Uit Recreatief Totaal

Hoe staat het met de innovatiekracht van de Nederlandse recreatiesector?

Geplaatst op: 3 januari 2020

Deze vraag legden we voor aan Cees Slager, o.a. voorzitter van branchevereniging RECRON en oprichter van de vakantiepark-keten Molecaten; “Het lastige aan innovatie is dat je iets moet uitvinden waar de gebruiker en/of de samenleving in de toekomst de voorkeur aan gaan geven. Maar niemand heeft een glazen bol…”

Wat is de kern van innovatie?  

Slager: “Innoveren is ook vooruit kijken. Waar gaan je gasten over vijf jaar naar vragen? Het is bijzonder lastig om dat te voorspellen. Maar dat is juist de kracht en visie  van innoverende ondernemers.” Is er een rol weggelegd voor een brancheorganisatie als RECRON om een visie op de toekomst te schetsen? Slager: “Nee, Dat is niet onze taak. Wij zijn primair belangenbehartiger. We hebben ons in het verleden wel bezig gehouden met bijvoorbeeld marketing, maar daar zijn we van terug gekomen.”

Is de Nederlandse recreatiesector innovatief?

Slager: “De afgelopen decennia hebben we enorm veel innovatie gezien in de Nederlandse recreatiesector. Het is een relatief jonge branche en juist de pioniers hebben moeten innoveren om nieuwe producten uit te vinden. Denk bijvoorbeeld aan de concepten voor vakantieparken die voortkwamen uit de campings. Nu de markt wat meer volwassen is geworden zie je dat er relatief minder, en minder grote innovaties plaatsvinden.”

Op welke vlakken ziet u in de Nederlandse recreatiesector vooral innovaties? 

Slager: “Ik zie dat bedrijven op dit moment vooral nieuwe concepten bedenken om kosten te besparen en de marketing te verbeteren. Het ontwikkelen van echt nieuwe productconcepten blijft achter. Dat is jammer, want het is belangrijk dat dit wel gebeurt.” 

Wie zijn de grootste aanjagers van innovatie?  

Slager: “Dat zijn ongetwijfeld de kleinere MKB bedrijven. Vaak zijn dat ondernemers die een idee hebben en hun droom willen realiseren. Juist dat zijn de bedrijven die risico durven te nemen. Grotere ketens worden vaak gedreven door aandeelhouderswaarde en die zitten helemaal niet te wachten op spannende risicovolle avonturen met ‘hun’ geld. Die willen vooral zekerheden en rendement. Grotere bedrijven concurreren vooral op prijs en focussen daarmee meer op concurrentievoordeel dan op onderscheidend vermogen. Het is daarom een zegen voor onze sector dat er zoveel kleinere bedrijven actief zijn.”

Helpen subsidies vanuit de overheid om innovatie aan te jagen? 

Slager: “Voorop gesteld; de overheid kent vele gezichten en je kunt die niet over één kam scheren. Overheden zijn niet de natuurlijke partner van ondernemers, maar er zijn voldoende situaties waarop de doelstellingen parallel kunnen lopen. Als je dan kijkt naar subsidies dan zijn er zeker goede voorbeelden te vinden. De subsidie dient wel een vliegwieleffect te hebben, zodat een project na de subsidiefase op eigen benen kan staan. Wij zien ook dat ondernemers om meerdere redenen juist subsidies vermijden. Ik noem er drie:

De papieren rompslomp en lange planning rondom subsidies schrikt veel ondernemers af. Bovendien moet je dan ook nog aan allerlei randvoorwaarden voldoen. De doelstelling van een overheidssubsidie is niet altijd hetzelfde als die van een ondernemer. 

Een subsidie moet eenmalig het sluitstuk zijn van een investering. Een project moet kunnen doordraaien nadat de subsidie is gestopt. 

Veel ondernemers willen hun afhankelijkheid van de overheid zoveel mogelijk beperken.”

Met dank aan: 
Cees Slager, Voorzitter RECRON, www.recron.nl 

Uw nieuws op de website

Heeft u interessant nieuws of een bijzonder verhaal? Laten het ons weten via [email protected] of via deze handige upload module. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de lancering van een nieuw product, bedrijfsovername, de opening van uw nieuwe locatie, of wat te denken van het winnen van een award.