“Door mijn jarenlange ervaring kan ik het juiste advies geven om een bedrijf weer vitaal te krijgen”
Als je 35 jaar in de klei hebt gestaan weet je hoe de hazen lopen. Ron Koopmeiners, Branchespecialist Recreatie en Horeca bij Countus, heeft jarenlange ervaring in dit veld. Hij gebruikt deze kennis in het expertiseteam Recreatie & Horeca om ondernemers met een recreatief of horecabedrijf te helpen. Ook zet hij zich in om te zorgen dat het toeristisch recreëren in Nederland behouden blijft. In gesprek met Ron vertelt hij over zijn specifieke rol en de toegevoegde waarde van het expertiseteam.
Countus is een accountants- en adviesorganisatie voor ondernemers in diverse sectoren, waaronder recreatie en horeca. Om deze branche zo goed mogelijk van dienst te kunnen zijn heeft de organisatie een speciaal expertiseteam opgezet, dat naast Ron bestaat uit Bertijn Vos en Jesca Wemmenhove. Bertijn en Jesca adviseren over vraagstukken vanuit hun accountancyachtergrond. Ron komt van de andere kant van de tafel, hij is namelijk zelf een ondernemer in de sector geweest. Zo kan het team onderwerpen vanuit verschillende invalshoeken bekijken.
Ron: “We merken dat er steeds meer behoefte vanuit de klant is om met iemand te sparren die dezelfde taal spreekt als de ondernemer. Omdat wij zelf uit de sector komen kunnen wij dit ook bieden. Met ons team delen wij opgedane kennis niet alleen richting bestaande en nieuwe klanten, maar ook aan overige geïnteresseerden en natuurlijk binnen ons bedrijf. We houden bijvoorbeeld bijeenkomsten waarin we de meest recente ontwikkelingen binnen de branche bespreken en proberen die verbindende rol op ons te nemen wanneer ondernemers op zoek zijn naar specifieke partners of andere partijen.”
Countus begeleidde ook Ronald en Digna Bosma van Camping Padjelanta in Vledder bij de overname van de camping. Ronald: ‘Je merkt aan alles dat de specialisten van Countus veel ervaring hebben met bedrijfsovernames van campings. Ze kennen het verhaal achter de cijfers en schetsen een realistisch toekomstperspectief’.
Wat is jouw specifieke rol binnen het expertiseteam van Countus?
Ron: “Ik ben aangesteld als branchespecialist Recreatie en Horeca, omdat ik hier al ruim 35 jaar ervaring in heb opgedaan en zelf het een en ander heb meegemaakt. Zo heb ik jarenlang bij meerdere grotere toonaangevende ketens gewerkt en heb ik de fundering gelegd onder het huidige Hof van Saksen als eerste directeur. Hierdoor vervul ik de behoefte van de klant om te kunnen sparren met iemand uit het veld. Ik weet inmiddels wat de ondernemer nodig heeft en kan het juiste advies geven om een bedrijf weer vitaal te krijgen.” “Naast mijn rol bij Countus ben ik ook actief als Directeur van Ontwikkelmaatschappij Vitale Vakantieparken. Hier ondersteunen wij ondernemers en gemeenten bij hun financiële plan en grijpen wij in waar nodig. Dat kan bijvoorbeeld zijn omdat er een goede ondernemer ontbreekt of er geen toekomst meer is voor het park. Je kunt dan bijvoorbeeld kiezen voor herontwikkeling of overname door een keten. Binnen deze rol staan wij echt aan de onderkant van de ondernemersvraag en dat sluit, naast mijn eerdergenoemde ervaring in het veld, perfect aan bij mijn functie als branchespecialist binnen Countus.”
Welke vraagstukken komen er op dit moment vooral vanuit de recreatiebranche bij jullie terecht?
“Vooral de onderwerpen inkoop en personeel zien wij regelmatig voorbijkomen. Hierbij is het tekort aan personeel echt een groot probleem geworden. Vraagstukken als ‘Hoe krijg ik de juiste materialen op tijd binnen?’ of ‘Op welke manier ga ik mijn personeelsrooster rond krijgen voor het seizoen?’, komen regelmatig naar voren. Wij proberen ze dan die stip aan de horizon te laten zien en op ideeën te brengen door samen te werken, ervaringen te delen en uiteraard te enthousiasmeren.”
Hoe zorgen jullie ervoor dat jullie kennis ook buiten jullie klantenkring wordt opgepakt?
“Wij organiseren bijeenkomsten waarbij we ingaan op de ontwikkelingen binnen de branche, laten ondernemers aan het woord en delen hier ook onze kennis. Deze bijeenkomsten zijn toegankelijk voor de hele recreatiesector. Op 27 september dit jaar staat er vanuit ons expertiseteam dan ook een congres gepland, we zitten volop in de voorbereiding en hebben de eerste inspirerende spreker kunnen vastleggen. We nodigen alle geïnteresseerden van harte uit deze datum alvast in de agenda vast te zetten en ons die dag op te zoeken.”
Over Countus
In bijna 100 jaar is Countus uitgegroeid tot dé accountants- en adviesorganisatie in vier sectoren: Agro & Agri, Zorg, Recreatie & Horeca en MKB. Countus heeft als doel ondernemers succesvol te maken en volledig te ontzorgen. Dit doen zij door middel van het geven van advies en het helpen met de kennis die zij in huis hebben, van accountant tot strategische partner. Dit kan op 1 van de 25 vestigingen of bij de ondernemer thuis. Samen werken en delen staat voorop. Meer weten? www.countus.nl
Mölke is door de vakbond FNV Recreatie genomineerd voor de titel Leerbedrijf Recreatie van het jaar 2021/2022. Mölke mag hiermee de strijd aangaan met het in de volksmond zeer bekende Camping Bakkum en Vakantiepark de Schatberg. Het is een waardering voor de inzet die Mölke dagelijks doet om talenten breed op te leiden tot sectorspecialisten.
Bedrijven in de gehele recreatiesector kunnen genomineerd worden. Mölke is bij de FNV Recreatie op de radar gekomen door de tips van studenten, welke hun opleiding deels volgen op Mölke. Uit een eerste landelijke voorselectie van 17 recreatiebedrijven werd Mölke geselecteerd en mocht het zich presenteren voor de jury.
De jury beoordeelde hierbij onder meer de volgende aspecten: opleidingsklimaat voor leerlingen, stimulerend personeelsbeleid, begeleiding door een praktijkbegeleider, contacten met (hoge) scholen, deelname aan brancheactiviteiten, de mate van innovativiteit van het bedrijf en hoe onderscheidend het bedrijf is. “We zijn bijzonder trots op de leergierige studenten in ons recreatiebedrijf. Deze allrounders maken het iedere dag mede mogelijk dat we een slow living vibe aan onze gasten kunnen bieden. Want zij zijn degenen die dagelijks vrolijk onze gasten helpen en durven te switchen in functies.
Deze enerverende tijd komen we niet door zonder de eindeloze inzet van deze flexibele talenten. De uitdagingen in de sector zijn enorm, maar wij geloven erin dat we de uitdagingen als team aan kunnen. We staan vierkant achter ons getalenteerde vriendenteam, zodat zij zich altijd gesteund en vertrouwd voelen. Ze staan hierdoor sterk in hun schoenen en durven alle stappen te zetten om een verwonderende gastbeleving in Zonnig Zuna te realiseren.” Aldus Denise van de Maat, praktijkopleider en HR-manager.
Het doel van de verkiezing Leerbedrijf van het Jaar is om ambitieuze bedrijven uit het hele land hun talent te laten tonen. Zo zetten ze de toon van goede praktijkbegeleiding in de branche en daarmee staat het bedrijf in de spotlights bij toekomstige medewerkers. Op dinsdag 7 december 2021 wordt de winnaar van de titel: “Leerbedrijf Recreatie van het jaar 2021/2022” bekend gemaakt, tijdens de dag van de Recreatiemedewerker.
Met een digitaal meegaande onderneming ben je beter voorbereid op de toekomst. Je kunt met behulp van digitale oplossingen vaak efficiënter werken en nieuwe doelgroepen aanboren. Tijdens de Corona pandemie zijn ook veel ondernemers de stap naar digitale dienstverlening gaan maken of uitbreiden, omdat ze niet altijd fysiek bij hun gasten in de buurt mochten komen. Digitale dienstverlening, wat valt daar dan onder wanneer we naar de recreatiesector kijken?
Dienstverlening uitbreiden met een app
Een app inzetten om informatie te delen en direct contact te maken met je gast wordt steeds vaker gebruikt. Vakantieparken kunnen hier de algemene vragen die zij normaliter bij de receptie krijgen in opvangen, tips over de omgeving plaatsen en bij sommige aanbieders is er zelfs de mogelijkheid tot reserveren van broodjes als ontbijtservice. Niet alleen de verblijfsrecreatie is gebaat bij zo’n app, ook de dagrecreatie treft voordelen hiervan wanneer je de app ook nog eens in zet om gasten eenvoudig te laten reserveren voor een dagdeel of tijdslot.
Bij het full-service bedrijf Libelnet focussen ze zich op software ontwikkeling en bieden ze zich ook aan als sparringpartner om innovatieve oplossingen te bespreken en te realiseren. Welke vragen krijgen zij in deze tijden van Corona vooral binnen? “Ook wij merken dat een eigen ‘gasten-omgeving’ zoals een app om onder andere de receptie en horeca te ontlasten in trek is. Hier krijgen wij de meeste vraag naar op het moment. Veel bedrijven zijn zich er bewust van geworden dat het op aankomstdagen veel te druk was bij de receptie en willen dit op deze manier spreiden en onnodig contact met personeel vermijden’, vertelt Harold Stemkens, directeur van Libelnet.
Receptieloze aankomst
In het gesprek met Harold bespraken we de receptieloze aankomst, een trend wat steeds meer op komt en waar zij als bedrijf ook veel mee te maken hebben wat betreft de digitale dienstverlening. “Het klinkt heel duur en ingewikkeld, maar wanneer je langzame stappen neemt, en eerst het proces leert kennen kun je een heel eind komen. Neem nou het receptieloze voorbeeld, wanneer je eerst werkt met lockers en een pincode heb je al een aankomst zonder receptie geregeld, als je dan ook nog eens zorgt dat de gast op een link klikt of SMS stuurt zodat jij weet wanneer hij of zij vertrokken is, hoeven ze ook niet meer uit te checken. Het hoeft namelijk niet meteen perfect, 70% is ook al goed en de rest komt wel. 100% zal naar mijn idee nooit kunnen, omdat er toch altijd een vorm van receptie zal blijven bestaan”, geeft Harold mee.
Het gebruiken en verbeteren van digitale dienstverlening vraagt om experimenteren en bijstellen, gaandeweg kom je er achter wat wel en wat niet werkt voor jou en je gasten. Er zijn tal van aanbieders en adviseurs binnen de recreatiesector die hierover mee kunnen denken. Mocht er contact opgenomen willen worden met Harold Stemkens van Libelnet kan dat via www.leisureconnect.nl
Het nieuwe normaal, hoe zou dat er uit zien? Ik erger me een beetje aan de gebruikers van deze term, omdat zij er naar mijn idee van uitgaan dat het al een voldongen feit is. En daar weiger ik aan toe te geven, misschien wel omdat ik net gewend was aan het ‘oude’ normaal, wat dat dan ook precies moge inhouden. Maar toch kan ik er ook niet omheen, de wereld veranderd en dat is niet alleen maar tijdelijk door de corona crisis. Het troost me wel dat de wereld altijd wel aan het veranderen is, alleen niet zo schokkend en snel als nu.
We zitten er dus nog middenin, die crisis en we merken dagelijks wat een enorme gevolgen dat heeft. Sluiting, aanpassingen, weer sluiting en nog langer dicht, hoe moeten we dat volhouden en wanneer mogen we weer ‘normaal’ doen? En vooral, hoe moeten we straks verder. In de honderden, misschien wel duizenden nieuwberichten worden we prima op de hoogte gehouden van wat er gebeurt. En er zijn ook tientallen artikelen gewijd aan voorspellingen hoe het gaat worden. Lijstjes met tips te over en de vele consultancybureaus, brancheorganisaties en overheden staan in de rij om je van de beste adviezen te voorzien. Maar wie moet je geloven, waar kan je op vertrouwen en wat kan je zelf nu eigenlijk doen?
Bij al die twijfels is er één onderwerp waarvan we nu al kunnen zeggen dat het niet meer weg te denken is. Digitaal wordt (voor heel veel en steeds meer mensen) het nieuwe normaal. Nu moeten we ook wel, zo lang de winkels dicht zijn en we maar beperkt er op uit kunnen. Het is een geluk bij een ongeluk dat we zoveel met onze telefoon kunnen bestellen en thuis laten brengen. We doen dat massaal en de bezorgdiensten hebben nog nooit zo’n goede tijd gehad. Straks gaan we misschien wel weer een beetje op pad om producten en diensten te kopen, maar je zaken digitaal regelen gaat niet meer verdwijnen.
Ook de recreatie- en toerismesector moet daar vol op inspelen en flink in investeren. Het is onvermijdelijk om de relatie met de gast ook digitaal op te bouwen. Digitale dienstverlening is een nieuw vakgebied dat een brug moet slaan tussen communicatie en dienstverlening, die direct gelinkt is aan de gast en ICT, management en bestuur faciliterend op de achtergrond. Het ideaal is een totaal dienstverlening waarbinnen veel zaken digitaal kunnen, maar waarin ook ruimte blijft voor een persoonlijke benadering. Er wordt juist nu enorm veel ontwikkeld en je hoeft alleen maar om je heen te kijken – afkijken mag – om de beste kansen voor jezelf te selecteren en te verzilveren.
Maar dat is wat iedereen doet en dat is misschien wel niet genoeg. Je kunt er wel in vooroplopen, maar je niet echt mee onderscheiden. Dan moet je met vernieuwende concepten komen, waarin de componenten digitaal, veranderd gedrag na de crisis en innovatief stevig verankerd zijn. Het moet problemen oplossen en (sluimerende) wensen vervullen. Dat lukt alleen maar als je daar de tijd voor neemt en niet alleen maar noodverbanden aan het aanleggen bent of ad hoc oplossingen toepast.
Laatst was ik in gesprek met medewerkers van een evenementenbureau, die (eigenlijk) niets te doen hadden, want niets kon of mocht. Eén van de gespreksonderwerpen was crowd control bij de entree en hoe daar om te gaan met de 1,5 meter afstand. Mijn idee: geef iedereen zijn eigen ingang, dan heb je nergens last van. Natuurlijk is dat niet de ultieme oplossing, maar we merkten meteen in het gesprek dat er veel meer ruimte kwam voor allerlei alternatieve ideeën en oplossingsrichtingen, waarvan sommige echt nieuw voor het bedrijf en prima toepasbaar.
Er zijn vele manieren om in de gedachtewisselingen met elkaar gebruik te maken van de kracht van onze hersenen. We noemen dat creativiteitstechnieken en ik weet uit ervaring dat die kunnen helpen bij het stimuleren van je denkkracht en het openstaan voor nieuwe ideeën. Je moet het wel durven en niet meteen beginnen met ‘ja maar’ en andere puur rationele benaderingen, want dan kom je niet verder. Bedenk dat een idee nog geen oplossing is, maar je wel een stap dichterbij kan brengen.
Creativiteitsmethodieken dus. Voor mij is de definitie van creativiteit het lat en samenwerken van fantasie en verstand door het gebruik van creativiteit in een juist toegepast proces. Deze definitie geeft ook meteen de twee fasen aan, die daarbij horen. In de eerste fase fantasieën, dromen, onmogelijkheden, wilde ideeën, vooral om nieuwe invalshoeken en richtingen te verkennen. De tweede fase kenmerkt zich vooral door het vertalen van het voorgaande naar mogelijke oplossingen. Om dit proces op gang te brengen gebruik ik vaak methodieken die je aan het denken zetten.
In het hierboven genoemde voorbeeld maakte ik gebruik van één van de termen uit Osborn’s checklist, namelijk ‘omkeren’. In deze methodiek wordt gebruik gemaakt van vragen die van de deelnemers een andere kijk op het probleem eisen. Hulpmiddel hierbij is een negental gedwongen wijzigingen in de probleemstelling om nieuwe oplossingsrichtingen te genereren. Stel dat we het probleem veranderen, vergroten, verkleinen, aanpassen, herschikken, omkeren, vervangen, anders gebruiken of samenvoegen, wat zou er dan gebeuren?
Het zijn krachtige methodes om tot vernieuwing en innovatie te komen, mits de durf er is om eerst te fantaseren. De innovaties en vernieuwing die hard nodig is om klaar te zijn voor het ‘nieuwe normaal’ en zo onderscheidend te zijn dat de continuïteit van het bedrijf verzekerd is. En het kan op ieder moment van de dag met een willekeurige groep worden opgepakt. Maar het is ook een goede keuze om een professional in te schakelen, die het gehele proces begeleid en uitwerkt, waarbij de hoeveelheid ideeën en mogelijke oplossingen alleen maar groter zal zijn.
Laatste tip: als je er dan toch mee aan de slag gaat, zorg dan dat je de ideeën niet enkel in het gesprek naar voren laat komen, maar leg ze allemaal vast, zodat je er nog een keer op terug kunt kijken. Tegenwoordig kan dat natuurlijk allemaal digitaal en op afstand. Kijk bijvoorbeeld maar eens op https://en.linoit.com/.
Alleen maar registreren en je kunt gratis gebruik maken van je eigen canvas, maar ook anderen uitnodigen hier aan deel te nemen. Een brainstormsessie op afstand is dan snel georganiseerd. Maar als het weer mag na de corona, kan je natuurlijk ook weer gewoon bij elkaar gaan zitten. Maak dan gebruik van echte post its om zoveel mogelijk ideeën op papier te krijgen. Je kunt ze daarna gemakkelijk ordenen of combineren. In beide gevallen kan iedereen op heel eenvoudige wijze zijn aandeel in het resultaat leveren, alleen maar opschrijven.
Auteur: Max van Leeuwen
Deze vraag legden we voor aan Cees Slager, o.a. voorzitter van branchevereniging RECRON en oprichter van de vakantiepark-keten Molecaten; “Het lastige aan innovatie is dat je iets moet uitvinden waar de gebruiker en/of de samenleving in de toekomst de voorkeur aan gaan geven. Maar niemand heeft een glazen bol…”
Wat is de kern van innovatie?
Slager: “Innoveren is ook vooruit kijken. Waar gaan je gasten over vijf jaar naar vragen? Het is bijzonder lastig om dat te voorspellen. Maar dat is juist de kracht en visie van innoverende ondernemers.” Is er een rol weggelegd voor een brancheorganisatie als RECRON om een visie op de toekomst te schetsen? Slager: “Nee, Dat is niet onze taak. Wij zijn primair belangenbehartiger. We hebben ons in het verleden wel bezig gehouden met bijvoorbeeld marketing, maar daar zijn we van terug gekomen.”
Is de Nederlandse recreatiesector innovatief?
Slager: “De afgelopen decennia hebben we enorm veel innovatie gezien in de Nederlandse recreatiesector. Het is een relatief jonge branche en juist de pioniers hebben moeten innoveren om nieuwe producten uit te vinden. Denk bijvoorbeeld aan de concepten voor vakantieparken die voortkwamen uit de campings. Nu de markt wat meer volwassen is geworden zie je dat er relatief minder, en minder grote innovaties plaatsvinden.”
Op welke vlakken ziet u in de Nederlandse recreatiesector vooral innovaties?
Slager: “Ik zie dat bedrijven op dit moment vooral nieuwe concepten bedenken om kosten te besparen en de marketing te verbeteren. Het ontwikkelen van echt nieuwe productconcepten blijft achter. Dat is jammer, want het is belangrijk dat dit wel gebeurt.”
Wie zijn de grootste aanjagers van innovatie?
Slager: “Dat zijn ongetwijfeld de kleinere MKB bedrijven. Vaak zijn dat ondernemers die een idee hebben en hun droom willen realiseren. Juist dat zijn de bedrijven die risico durven te nemen. Grotere ketens worden vaak gedreven door aandeelhouderswaarde en die zitten helemaal niet te wachten op spannende risicovolle avonturen met ‘hun’ geld. Die willen vooral zekerheden en rendement. Grotere bedrijven concurreren vooral op prijs en focussen daarmee meer op concurrentievoordeel dan op onderscheidend vermogen. Het is daarom een zegen voor onze sector dat er zoveel kleinere bedrijven actief zijn.”
Helpen subsidies vanuit de overheid om innovatie aan te jagen?
Slager: “Voorop gesteld; de overheid kent vele gezichten en je kunt die niet over één kam scheren. Overheden zijn niet de natuurlijke partner van ondernemers, maar er zijn voldoende situaties waarop de doelstellingen parallel kunnen lopen. Als je dan kijkt naar subsidies dan zijn er zeker goede voorbeelden te vinden. De subsidie dient wel een vliegwieleffect te hebben, zodat een project na de subsidiefase op eigen benen kan staan. Wij zien ook dat ondernemers om meerdere redenen juist subsidies vermijden. Ik noem er drie:
De papieren rompslomp en lange planning rondom subsidies schrikt veel ondernemers af. Bovendien moet je dan ook nog aan allerlei randvoorwaarden voldoen. De doelstelling van een overheidssubsidie is niet altijd hetzelfde als die van een ondernemer.
Een subsidie moet eenmalig het sluitstuk zijn van een investering. Een project moet kunnen doordraaien nadat de subsidie is gestopt.
Veel ondernemers willen hun afhankelijkheid van de overheid zoveel mogelijk beperken.”
Met dank aan:
Cees Slager, Voorzitter RECRON, www.recron.nl