Shaping a better world

In 1971 werd de Zeehondencrèche in Pieterburen geopend, tegenwoordig Zeehondencentrum Pieterburen, door oprichtster Leentje Godlieb, beter bekend als Lenie ‘t Hart. Dit was één van de allereerste ‘attracties’ waar vrijetijdsbesteding gecombineerd werd met goed bezig zijn voor de wereld, ofwel ‘shaping a better world’. Maar eigenlijk is Holle Bolle Gijs de oudste duurzaamheidsattractie van het land, zegt Wyke Smit, manager bestuurlijke zaken en duurzaamheid van De Efteling. Deze afvalvreter staat al ruim zestig jaar in de Efteling. In 2020 wil de Efteling volledig klimaatneutraal zijn.

Eind mei stond de Breda University of Applied Sciences (voorheen NHTV/NWIT) stil bij het feit dat er inmiddels al 55 jaar toeristisch HBO-onderwijs in Nederland bestaat. Het thema van het Congresstival dat hieraan gewijd was, luidde “shaping a better world”. Of je dit nu doet door fysieke maatregelen, zoals dierenopvang of afvalinzameling of dat je dit doet door een boodschap door middel van thematisering en marketing uit te dragen, het is meer dan ooit een actueel thema.

De sector ligt onder een vergrootglas. Steeds vaker komt de toeristische sector in beeld als een milieuvervuilende industrie die landschappen en culturen vernietigt. Met name de massaliteit leidt tot het dichtslibben van steden en wegen, geluidsoverlast, stank, onderlinge hinder en irritaties tussen toeristen vanwege te lange wachttijden op luchthavens en bij attracties. Naast deze direct in het oog springende negatieve effecten, leidt een massale ontwikkeling ook tot een grote inbreuk op de lokale identiteit van bijvoorbeeld monumentale steden of strandbestemmingen. Bovendien kan toerisme nadelige ecologische effecten hebben: erosievorming, verstoring van het dierenleven en verstening van natuurlijke landschappen zijn enkele gevolgen van grootschalige toeristische ontwikkelingen. Verder staat de leefbaarheid van sommige toeristische steden onder druk. Doordat toeristische verhuur – denk aan Airbnb – meert rendeert dan het huisvesten van de lokale bevolking, lopen steden leeg en worden het kitscherige attractiedecors.

Op zoek naar balans

Om een goede balans te creëren tussen economisch profijt enerzijds en duurzaamheid en continuïteit anderzijds is het noodzakelijk toeristische ontwikkelingen te sturen. Voor de Breda University of Applied Sciences (BUas) is dit één van de speerpunten bij het opleiden van het toekomstige kader van onze sector. Hans Mommaas, directeur van het Planbureau voor de Leefomgeving en parttime Hoogleraar Regional Sustainability Governance aan het Tilburg Institute for Law and Regional Governance (TiREG) van Tilburg University gaf hierover een keynote-speech tijdens het Congresstival ter gelegenheid van het 55-jarig bestaan én de opening van de nieuwe campus van de BUas..

Om evenwicht te vinden, is het zaak om inzicht te hebben in het reisgedrag, de effecten daarvan én in de belevingswereld van vakantiegangers. Hoe trigger je hen. Leek dit in het recente verleden nog een eenvoudige zaak, tegenwoordig blijkt de leidraad voor gedrag niet gemakkelijk traceerbaar gezien de veranderende behoeften van de consument.

Shaping a better world - World Food Experience

Thema-attracties die focussen op een betere wereld

Nieuwe toeristische initiatieven spelen nadrukkelijk in op de veranderende behoeftes van de consument en hun drive een bijdrage te leveren aan een betere wereld. Zo wordt in Ede de World Food Experience gerealiseerd. Een attractie die een steentje wil bijdragen aan een gezonde, smakelijke en duurzame toekomst voor ons, Nederland en de wereld. De ambitieuze doelstellingen van dit ‘voedselavontuur’ zijn:

1. Het vergroten van de kennis en het bewustzijn van de consument over ons voedsel en de gevolgen van onze voedselkeuzes.

2. De World Food Experience moet op inspirerende wijze internationaal laten zien wat het belang van een duurzame voedselproductie is en wat daarbij komt kijken.

3. World Food Experience moet uitgroeien tot een internationaal icoon op het gebied van voedsel en voeding, met een actieve rol in het maatschappelijk debat.

4. Het is dé plek waar Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen elkaar ontmoeten, inspireren en laten zien welke rol de innovatieve Nederlandse voedselsector speelt bij het oppakken van grote mondiale uitdagingen.

Maar ook op kleinere schaal zie je dat toeristische ondernemers al duurzame keuzes maken. Restaurants zonder vegetarische opties op de kaart zul je amper meer tegenkomen. Verblijfsaccommodaties kiezen voor groene stroom, gescheiden afvalinzameling, energiebesparende maatregelen etc. etc. In Recreatie Totaal zijn hier al meerdere artikelen aan gewijd.

Internationale voorbeelden van Shaping a better world

Al sinds 2016 is de kabelbaan naar de Tafelberg in Kaapstad (Zuid-Afrika) carbonneutraal. Het Eden-project in Groot-Britannië is een ander schoolvoorbeeld van duurzaamheid. Deze klimaatattractie laat ons de weg zien naar een schone en groene toekomst.

De Copenhill in Denemarken is een groene energiecentrale waarboven een skihelling is aangelegd. Jaarlijks komen hier meer dan 300.000 bezoekers om te ervaren dat een duurzame stad niet alleen beter is voor het milieu, maar ook voor inwoners en bezoekers. Het Climate Museum in New York is zo’n andere must-see-attractie. Het moedigt bezoekers nadrukkelijk aan zélf te strijden voor een betere toekomst.

Op de Bahama’s probeert men het duiktoerisme naar de kwetsbare koraalriffen te verminderen door een attractief kunstrif te bouwen. Jason deCaires Taylor, een Britse beeldhouwer en milieu-activist heeft een aantal bizarre onderwatersculturen ontworpen, waaronder de 60 ton zware Oceaangod Atlas.

In Australië rijdt sinds 2017 de aller eerste trein op zonne-energie: de Byron Bay Solar Train. Deze volledig gereconstrueerde historische trein rijdt een pittoresk traject, waardoor duizenden toeristen hiervan graag gebruik maken. Als laatste voorbeeld noemen we hier de Vena Cava wijnmakerij in Mexico. Deze hippe wijnmakerij is onder andere volledig opgetrokken uit gerecycled materiaal – waaronder vergane vissersboten – , en laat zien dat een trendy lifestyle prima samengaat met een 100% duurzame bedrijfsvoering.

Dit jaar schreef Recreatief Totaal in iedere editie onder de rubriek MVO over duurzaam ondernemen in de recreatiesector. De ene keer over materiaalgebruik, de andere keer over groen investeren en weer in een andere editie over MVO-initiatieven in de watersportsector. Dat we ons bedrijf maatschappelijk verantwoord runnen zou inmiddels zo tussen eenieders oren moeten zitten, dat wake-up-calls als de klimaattop in Glasgow niet meer nodig zijn.

Maar ook als u het zelf al op orde heeft, kunt u nog een verdere rol vervullen in het verduurzamen van onze samenleving. Want duurzaamheid houdt niet op aan de poort van uw bedrijf. U maakt onderdeel uit van een keten en daar zijn misschien nog wel wat slagen te maken.

Rubriek MVO Lekker Lokaal

Duurzame keten

Bij aankoopbeslissingen let je meestal op de prijs, de kwaliteit en de levertijd van een product. Als MVO-bewust bedrijf let je ook op sociale en milieu- aspecten. Overleg en samenwerking met leveranciers leiden tot procesverbetering en een transparanter, efficiënter en gunstiger aankoopbeleid en kan u een positief effect genereren op het gedrag van uw toeleveranciers, bijvoorbeeld op het gebied van milieu. Dit is niet alleen goed voor het milieu, maar ook voor de gastbeleving én het imago van uw bedrijf.

Weten waar de grondstoffen vandaan komen, welke (verpakkings-)materialen er worden gebruikt, wat er speelt bij toeleveranciers en door wie producten vervaardigd worden, is eveneens belangrijk. Eerlijkheid is ook een hoog goed. Uw (marketing) verhaal is geloofwaardiger wanneer u transparant bent over de herkomst van uw producten. Het draagt bij aan een goede reputatie. Oók als u nog niet bent daar waar u wilt zijn. Als u eerlijk bent en eraan werkt om in jaartal X energieneutraal bent, kweekt dat goodwill bij uw huidige en toekomstige gasten.

Wat zijn de risico’s wanneer u geen ketenverantwoordelijkheid neemt?

We noemen er drie:

– Afnemers willen steeds vaker antwoord op vragen over duurzaamheid. Heeft u deze antwoorden niet, dan loopt u het risico deze afnemers als klant te verliezen.

– De Nederlandse overheid koopt steeds duurzamer in. U loopt dus kans de overheid als klant te verliezen als uw restaurant of vergaderaccommodatie niet gecertificeerd is.

– Als media misstanden aantreffen, kan uw reputatie een flinke deuk oplopen met Fort Oranje als absoluut dieptepunt van onze Sector

(Duurzaamheids)uitdagingen

Energie wordt duurder. Verlichting, verwarming, luchtbehandeling en keukentoestellen vreten stroom. Onderzoek wijst echter uit dat een horeca-ondernemer de eerste tien procent besparing op energie kan binnenhalen zonder een cent uit te geven. Hetzelfde geldt voor water. Het wordt duurder maar er kan bespaard worden: spaarknop in de toiletten en de douches, elektronische sensor op kranen…

Wie horeca zegt, zegt ook voedsel; de herkomst, voedselveiligheid, vers en gezond voedsel, maar ook voedselverspilling. De consument besteedt veel meer aandacht aan wat hij op zijn bord krijgt. En ook wat er daarvoor en nadien mee gebeurt, wil hij graag weten. Onze horeca gooit nog jaarlijks tonnen voedsel weg. De campagne ‘No food waste’ probeert het tij te keren. Inmiddels zijn er al restaurants die eens (of vaker) per maand een ‘no food waste’ lunch serveren. Zij koken met ingrediënten, die anders weggegooid zouden worden. Denk daarbij aan brood, dat een dag oud is. Vis of vlees dat is overgebleven, omdat er te veel van was. Of groente en fruit met een schoonheidsfoutje. Ze halen die producten dagelijks op bij telers, verpakkingsbedrijven en producenten en gaan ermee aan de slag in de keuken van het restaurant. Dit vraagt om de nodige creativiteit en improvisatietalent van de chefs. Fermentatiespecialist Christian Weij van het hippe restaurant Smaakpark in Ede op de Veluwe is hierop ingesprongen en biedt workshops aan om koks wegwijs te maken in het omgaan met ‘rottend voedsel’. En dat is een stuk minder vies dan het lijkt!

Andere duurzame trends waarmee de sector rekening dient te houden zijn de opkomst van de deeleconomie (airbnb, campr, chef aan huis, thuisafgehaald). Het eerste nummer van Recreatief Totaal van dit jaar heeft een uitgebreid artikel gewijd aan deze peer-to-peer initiatieven.

Samenvattend: duurzaam ondernemen doe je voor jezelf, je omgeving en voor je klant. MVO-bewust opereren, het gebruik van duurzame producten en de communicatie hierover draagt bij tot de positieve beleving van die consument. De mate van duurzaamheid is op die manier een essentieel instrument om je te onderscheiden in een concurrerende markt.

Er komen steeds meer campings in Nederland die zich profileren als duurzame campings. Was je voorheen misschien bang daarmee uitsluitend ‘geitenwollensokkkenpubliek’te trekken, anno 2021 hoef je daar niet meer bang voor te zijn. Het is eerder een must om als bedrijf jouw groene kant te laten zien. Jong en oud, afkomstig uit de Randstad en daarbuiten voelt zich aangetrokken tot verblijfsaccommodaties die zich profileren als maatschappelijk verantwoorde ondernemingen die duurzaamheid hoog in het vaandel hebben staan.

We zijn met z’n allen steeds milieubewuster bezig. Windmolens, zonnepanelen en elektrische auto’s. Dat we zuinig moeten zijn op onze planeet is ons inmiddels wel duidelijk. En bij kampeerders is dat gevoel misschien nog wel sterker aanwezig. Want juist op de camping staat genieten en kunnen blijven genieten van de natuur centraal.

Maar doen campings zelf ook mee met het verduurzamen? Laat ik maar direct met de deur in huis vallen: heel veel campings zijn op een of andere manier duurzaam bezig. Van een slimme sensor voor het licht in het sanitairgebouw tot waterbesparende kranen. En van het scheiden van afval tot het gebruik van ecologische schoonmaakmiddelen. Er zijn veel relatief simpele manieren om al een steentje bij te dragen en campings doen dat dan ook massaal. Op Ameland vind je mooie voorbeelden van duurzame accommodatie. Ameland is het eerste energieneutrale waddeneiland van ons land. Zo zijn op Vakantiepark Klein Vaarwater op de toiletgebouwen zonnepanelen en heatpipes geïnstalleerd, is de verlichting vervangen door LED-verlichting en zijn c.v.-ketels vervangen door een warmtepomp. Op deze manier gaan de voorzieningen “van het gas af”, een weg die nog veel meer vakantieparken de komende jaren zullen moeten gaan afleggen.

GreenKey Campings

Voor consumenten is de makkelijkste manier om te checken of een camping een beetje duurzaam is, door te kijken of het een GreenKey certificering heeft. Een certificaat – waarover we al eerder schreven – dat wordt uitgereikt aan bedrijven die aan strenge normen op het gebied van afval, duurzaam inkopen, communicatie, maatschappelijke betrokkenheid, water etc. doen. Op de site van Green Key vind je een overzicht met locaties en (mini)campings die het certificaat al behaald hebben. Groene, bewuste campings waar je heerlijk je tentje op kunt zetten en kunt ontspannen. Duurzaam genieten in eigen land.

Een prachtig voorbeeld is Camping Buitenland. Gewoon in Drenthe. Vijf ondernemende vrienden, waaronder programmamaakster en presentatrice Floortje Dessing toverden in 2017 een overwoekerd stukje Drenthe om tot een gouden Greenkey camping waar je nooit meer weg wilt. Op 9 hectare grond, verscholen tussen het bos en een natuurlijk zwemmeertje vind je Camping Buitenland, met Instagramwaardige accommodaties én kampeerplekken. De kleurrijke en eigenzinnige camping is fijn voor families óf einzelgängers die van de natuur willen genieten. ‘s Avonds leren de gasten elkaar beter kennen bij de biologische BuitenBar en genieten van een relaxte sfeer en muziek.

Wil je je als bedrijf groen en duurzaam presenteren en door bewuste consumenten gevonden worden, oriënteer je dan zeker eens op aansluiting bij het GreenKey-label. Het ACSI-campingplatform eurocampings. eu biedt op haar site zelfs het filter ‘ecocampings’ aan. Hiermee wordt de consument direct naar GreenKey-campings geleid.

Voorbeelden uit het buitenland

Duurzame menukaart

Campo Felice Village in Zwitserland heeft op de menukaart van haar restaurant uitsluitend gerechten staan met producten uit de regio. En dat doen ze niet alleen omdat de producten zo lekker zijn (dat zijn ze natuurlijk wel), maar juist óók vanwege de duurzaamheid. Het gebruik van deze regionale producten scheelt namelijk een heleboel kilometers in de auto of vrachtwagen om de camping te bevoorraden. Camping Cisano/San Vito aan het Gardameer heeft begrepen dat water – zeker in het zuiden van Europa – soms een schaars goed is. Dus als het dan een keer regent, moet je er ook zuinig op zijn. Het regenwater wordt hier opgeslagen en onder andere gebruikt voor het bewateren van de planten. Uiteraard is ook op de toiletten een waterbesparend spoelsysteem gemonteerd.

 Natuurlijk is er altijd een baas boven baas: Jesolo International Club Camping. Op de ACSI-blog ‘zo vind je de weg naar een duurzame camping’ lezen we: ‘Deze camping in de buurt van Venetië is compleet verbouwd en CO2-neutraal ingericht. De camping maakt gebruik van groene energie, ledlampen en efficiënte warmtepompen. Alle accommodaties zijn goed geïsoleerd en voor het vervoer op en rondom het park zijn er elektrische auto’s aangeschaft. Op de daken van de supermarkten, kantoren en sanitair gebouwen liggen zonnepanelen en zelfs de boottripjes naar Venetië gaan per elektrische boot. Natuurlijk is er nog wel wat onvermijdelijke uitstoot, maar in plaats van 450.000 kilo CO2-uitstoot in 2008, stoot de camping jaarlijks nu nog maar 55.000 kilo CO2 uit. Deze uitstoot wordt trouwens weer ruimschoots gecompenseerd door de energie die de camping zelf opwekt en weer terug levert.’

Je kunt als campingeigenaar dus heel veel doen aan duurzaamheid, maar uiteindelijk is de kampeerder zélf de grootste vervuiler. Komt die op jouw terrein met een verouderde zwaar vervuilende dieselcamper, met dakkoffer en fietsen achterop, dan kun je als bedrijf verduurzamen wat je wilt, maar de z footprint is al gezet. Of zou je bereid zijn deze gasten voortaan misschien toch te weren?

Wist u dat :

– De reis het minst duurzame onderdeel is van een vakantie; de reis naar de vakantiebestemming veroorzaakt voor kampeerders vaak al zo’n 60 tot 80 procent van de totale CO2-uitstoot van de vakantie

– Het rijden met een dakkoffer of fietsen op het dak voor meer CO2-uitstoot zorgt; een dakkoffer zorgt bijvoorbeeld voor gemiddeld 15% meer brandstof gebruik, één of meer fietsen op het dak kunnen zelfs voor 20 tot 30% meer brandstofverbruik zorgen; fietsen acht op de auto zorgen voor 18% meer brandstofverbruik. Fietsverhuur op je accommodatie is dan ook een milieuvriendelijk alternatief

– Een auto met caravan tot 60% meer brandstof verbruikt dan zonder; een verblijf in een stacaravan of glampingaccommodatie is daarom qua CO2 voetprint dan ook een duurzamere vorm van vakantie vieren.

Rijstvlies, bamboe, kurk en hennep

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen zonder gebruik te maken van milieubelastende kunststoffen of metalen? Het kan, maar blijft soms nog pionieren. Toch kun je zeker bij je parkinrichting al kiezen voor een aantal bio-based materialen, die niet alleen duurzaam zijn, maar ook een boost geven aan de uitstraling van je recreatieobjecten of speeltoestellen. Niet voor niets neemt het gebruik van materialen als rijstvlies, kurk, bamboe en hennep de laatste jaren sterk toe. Ook andere alternatieven zoals riet, vlas en zelfs turf komen naar voren. En niet onbelangrijk, het wordt steeds betaalbaarder.

De overheid hanteert steeds striktere voorschriften ten aanzien van duurzaamheid en voetafdruk van de bouw. Er wordt dan ook al volop geïnvesteerd in duurzame alternatieven voor hout, beton of staal. Sommigen daarvan zijn veelbelovend. Architecten en ontwerpers zijn enthousiast. Vroeger was het grootste struikelblok bij het kiezen voor duurzame alternatieven de hoge kosten, beperkte keuze en de lange levertijden, deels veroorzaakt door de beperkte productiecapaciteit. Ook moest er altijd rekening worden gehouden, zeker bij grote verwerkers, met een “learning curve”. Verwerkers moeten eerst leren omgaan met nieuwe materialen die vaak onder veel striktere voorwaarden moeten worden gemonteerd. Dit alles heeft de algemene keuze voor duurzame alternatieven altijd gestremd. Maar deze pioniersfase is langzamerhand voorbij. Tal van bio-based materialen worden al volop ingezet bij inrichting en ontwerpen van bijvoorbeeld recreatiemeubilair.

Rijstvlies het nieuwe bouwmateriaal

Rijstvlies heeft met name in Azië en het Midden-Oosten al een behoorlijke opmars gemaakt, maar wordt de laatste jaren ook meer en meer gebruikt in Europa. Rijstvlies is feitelijk de rijsthuls die de rijstkorrel beschermt terwijl deze groeit. Het materiaal wordt vaak in het voedselproces gescheiden en in grote hoeveelheden afgevoerd als afval, maar meer-en-meer gebruikt als nieuwe grondstof. Eigenlijk heel logisch, want het is zeer bestendig tegen vocht en UV-licht en kan – door het te combineren met hars of olie – ook thermisch vervormd worden, waardoor mooie vloeiende vormen in ontwerp mogelijk worden. Inmiddels worden al picknickbanken, vlonders, steigers en zelfs skatebanen vervaardigd met dit duurzame materiaal. Ook de viaducten langs de ‘Hunebed Highway ‘(N34 in Drenthe zijn bekleed met dit nieuwe materiaal. De erkenning van rijstvlies als nieuw bouwmateriaal heeft, blijkt uit de RedDot-designaward die dit materiaal in 2017 ontving en de Green Product Award in 2018 in de categorie architectuur.

Kurk

Kurk is de schors van een kurkeik. De eik kan na het “oogsten” gewoon blijven staan en kan eenmaal in de pak-en-beet 10 jaar worden geoogst. Kurk komt met name uit landen in de Middellandse Zee; Portugal en Spanje zijn de grootste leveranciers. Kurk heeft heel andere toepassingen voor gebruik dan rijstvlies. Met name de isolerende en dempende eigenschappen worden gewaardeerd bij gebruik. Als valondergrond bij speeltoestellen kom je al vaak een ondergrond van kurk tegen. Verder wordt het gebruikt als wandbekleding om een interieur een warme, natuurlijke uitstraling te geven. Kurk is wel relatief duur, zeker vergeleken met de traditionele alternatieven zoals schuim of rubber.

Hennep, de enige CO2-negatieve grondstof

Hennep is in de recreatiesector met name bekend in omgevingen waar (hennep-) touwen gebruikt worden. Denk aan de watersport, in klimbossen of als chique ‘geleiding’ of leuning in bijvoorbeeld de horeca. Ook als isolatiemateriaal is het uitermate geschikt. Zeker voor mensen met huid- en/ of ademhalingsproblemen voor mensen die daarvoor gevoelig zijn.

Bamboehotel op Bali mvo

Bamboe

Bamboe is waarschijnlijk de bekendste grondstof, die als duurzaam bouwmateriaal wordt gebruikt bij de inrichting van recreatieparken. Het is een veelgebruikt materiaal dat al enkele tientallen jaren op de markt te vinden is. Het is een sterk en lichtgewicht materiaal waardoor het ook vaak als vloer wordt gebruikt in bijvoorbeeld een boomhut.

Wist je trouwens dat bamboe een grassoort is die in de juiste condities wel tientallen centimeters per dag kan groeien? Gemiddeld duurt het ongeveer 5 jaar voordat een baboestam kan worden geoogst. De wortels blijven hierbij behouden waardoor er weer andere stammen kunnen groeien.

Het Bamboebos van Prafrance

In Frankrijk vind je trouwens een prachtige bamboe-attractie: het Bamboebos van Prafrance. Dit werd in 1856 gecreëerd door Eugène Mazel, een door botanica gepassioneerde inwoner van de Cévennen, en is een wonderlijke exotische tuin die uitnodigt tot kuieren. De rustgevende lanen, omgeven door hoge bamboe; het dal van de Draak, een prachtige Japanse zentuin; het bambusarium met talrijke soorten bamboe; de Mazelserres met geurplanten en exotische bloemen; het Laotiaanse dorp met typische bouwsels in bamboe; de watertuin, eindeloos vredig met zijn kooikarpers, waterlelies en lotussen … Zoveel schitterende zaken die deze tuin beroemd maakten.

De tijd van boten met stinkende dieselmotoren, buitenboordmotoren met grote rookwolken en ‘uren’ wachten met draaiende motor voor een brug die open moet om schepen door te laten, lijkt de watersportsector gelukkig ver achter zich te hebben gelaten. Milieubewust, maatschappelijk verantwoord en duurzaam ondernemen staat hoog op de agenda bij de meeste watersportbedrijven.

Blauwe vlag

De Blauwe Vlag is waarschijnlijk één van de bekendste milieuonderscheidingen in de watersportsector. Deze Blauwe Vlag is een internationale milieuonderscheiding, die al sinds 1987 jaarlijks wordt toegekend aan stranden en jachthavens die aangetoond hebben schoon en veilig te zijn. Ze moeten hierbij aan diverse criteria voldoen. De Blauwe Vlag wordt uitgereikt aan meer dan 4.500 stranden en jachthavens in ruim 50 landen wereldwijd. Nederland telt op dit moment 182 Blauwe Vlaggen, verdeeld over 128 jachthavens, 48 stranden en 6 recreatiestranden.

Groene wimpel

In Nederland kunnen Blauwe Vlag gecertificeerde jachthavens in aanmerking komen voor een extra award: de Groene Wimpel. Een jachthaven verdient deze wimpel als zij boven op de internationale criteria extra inspanningen gedaan hebben op gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen en verduurzaming van de jachthaven. Je kunt dan denken aan extra maatregelen op gebied van energie- en waterbesparing, duurzaam inkopen, gebruik van duurzame bouwmaterialen, extra afval fracties scheiden en maatschappelijke betrokkenheid. Afgelopen jaar ontvingen 25 jachthavens de Groene Wimpel. De wimpel heeft een geldigheidsduur van twee jaar.

Afvalwater, opvangen of lozen?

Het lijkt een vanzelfsprekendheid dat je het toiletspoelwater van je boot of het huishoudelijk afvalwater níet loost op het oppervlaktewater. Dit is ook al sinds 2009 verboden op grond van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren. De Wet Pleziervaartuigen schrijft daarom voor dat alle recreatieboten van 2,5 tot 24 meter lengte moeten beschikken over een reservoir om vuilwater op te vangen óf over een ruimte om een (tijdelijk) reservoir te plaatsen op plaatsen waar een lozingsverbod heerst.

Scheepseigenaren en verhuurders gaan het gevaar van oppervlaktewatervervuiling tegen door het (laten) installeren van een vuilwaterinstallatie. Het met zo’n installatie opgevangen afvalwater kan bij vuilwater inzamelstations uitgezogen worden, waarna het gewoon in het riool terechtkomt. Na zuivering komt het dan weer schoon in het oppervlaktewater terecht. Er zijn meerdere systemen van vuilwateropvang op de markt, de bekendste zijn het chemisch toilet, het droogtoilet en de vuilwatertank. Dechos Engineering (saniship. nl) is een grote speler in dit segment.

Eind 2019 is de wetgeving gemoderniseerd. Toiletwater dat door een zuiveringsvoorziening aan boord is geleid die voldoet aan de gestelde eisen mag daardoor voortaan worden geloosd. Investeren in zuiveringsvoorzieningen aan boord zijn daarom zeker te overwegen.

Een sector die het goede voorbeeld geeft

De watersportsector is een sector die het milieu hoog in het vaandel heeft staan. Niet verwonderlijk, want het vaargenot wordt in hoge mate bepaald door de mate van vervuiling van het water waarin men vaart en de (geluids)overlast die men al dan niet ervaart.

Elektrisch varen

Elektrisch varen mag rekenen op groeiende belangstelling. Steeds meer mensen ontdekken de voordelen van het ‘groen varen’. Het is rustiger, milieuvriendelijker en simpeler varen. De snelheid is eenvoudiger te doseren en manoeuvreren is daardoor makkelijker.

Greenjoy is een voorbeeld van een innovatief watersportbedrijf in de verhuurmarkt voor elektrische sloepen. Deze ‘fluistersloepen’ varen o.a. in de wateren van Utrecht, Alkmaar, Haarlem, Loosdrecht en Leeuwarden. Je reserveert de sloep online en activeert de sloep met je mobieltje.

Afvalscheiden

Ook afvalscheiden in jachthavens en andere afmeerplekken wordt meer-en-meer bon ton. Een aardige innovatie om afvalscheiden eenvoudiger en aantrekkelijker te maken, is afgelopen zomer gerealiseerd in Zandvoort. Hier is naast strandpaviljoen Thalassa een afvaleiland voorzien van een kunstzinnig vormgegeven houten ombouw. Al eerder zijn vier afvaleilanden op het strand geplaatst met containers voor plastic, glas, papier en restafval. “Afval scheiden is de norm, niet alleen in huis, maar ook buitenshuis “, stelt initiatiefnemer Spaarnelanden. Als volgende stap wil Spaarnelanden de mogelijkheden bekijken om het afval te hergebruiken voor nieuwe producten door er bijvoorbeeld straatmeubilair van te maken. Daarnaast is afgelopen zomer een proef gestart om zwerfafval tegen te gaan. Tijdens drukke stranddagen worden zogeheten clean teams ingezet. In samenwerking met Spaarnelanden gaan de teams op het strand zwerfafval opruimen en bezoekers bewust maken van hun ‘afvalgedrag’. Ook delen ze papieren afvalzakken uit aan bezoekers die hiervan gebruik willen maken.

Duurzaam ondernemen

Duurzaam ondernemen is een niet te missen trend in de maatschappij en vormt voor veel bedrijven een belangrijke strategie om de bewuste consument van nu te bereiken. Voorbeelden van duurzame ondernemingen laten zien dat deze de toekomst hebben, waarbij klanten actief vragen naar bedrijven met een minimale footprint. Deze organisaties hebben aandacht voor het milieu, voor sociaal-ethische aspecten en gebruiken winst als middel om hun impact te vergroten. Buzzwords zoals ‘duurzaam’ of Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) worden in de praktijk veel door elkaar gebruikt, maar komen feitelijk op het in lijn brengen van korte- en lange termijn doelen voor alle stakeholders. Het winstoogmerk van deze bedrijven gaat verder dan economische winst, maar kan bijvoorbeeld ook gaan over sociale, impactvolle of reputatiewinst. Voorheen waren dit gescheiden werelden, maar tegenwoordig zie je dat dit goed hand in hand kan gaan.