Natuurlijk… groen!

Toen ik in 1996 als commercieel directeur aan de slag ging bij Aegon Vakantieparken, hadden we precies 12 weken de tijd om een nieuwe naam te verzinnen. Aegon verkocht namelijk haar parken aan Indofin en die vroegen mij voor deze nieuwe functie. Om ons te onderscheiden van de toenmalige nr.2 Gran Dorado en het pretparkachtige Nr.1 CenterParcs, wilden wij iets met ‘Green’ in de naam. Alleen ‘Greenparcs’ was te weinig en zou zich slecht laten beschermen als naam. Het bureau dat we hadden ingehuurd kwam met een lijst namen. De bedoeling was dat een van deze namen dè merknaam zou worden en het 2e woord zou GreenParks worden. Met een hoofdletter P en Parks met een k. Immers iedereen schreef het al met een c dus ….be different!

Ik koos Landal

Ik koos uit de lijst het woord ‘Landal’. Het klonk wel een beetje als een medicijn maar dat zou wel gaan wennen. Ik had immers gewerkt voor ‘Bilderberg’, ook best een gek woord maar inmiddels een begrip. Na overleg met mijn toenmalige algemeen directeur, Leo van der Meer, waren we er in 4 minuten uit : Landal GreenParks was geboren!! In de daarop volgende 19 jaar hebben we ons in alle marketing strategieën en profilering vastgehouden aan het belang van het groen, de natuur en de omgeving. En tot op de dag van vandaag voert Landal consequent deze lijn (GreenParks is inmiddels wat naar de achtergrond geraakt zoals voorspeld). Uiteraard ben ik erg benieuwd hoe ze dit in de toekomst gaan doen onder de nieuwe eigenaar ‘Platinum Equity’…

Groen is luxe

Inmiddels is groen en natuur ‘het nieuwe luxe’. Helaas is het voor veel parken ook een van de eerste posten om op te bezuinigingen als het even tegen zit met het omzetbudget…

Gelukkig zijn we wel een beetje af van de gedachte dat “sommige boomsoorten hier niet thuis horen’’ zoals veel ‘landschaps-goeroes’ ons deden geloven. Zo kwam ik 12 jaar geleden op een park en zag een 100 jaar oude eik met een blauw kruis erop. “Die hoort hier eigenlijk niet”, zei het dure landschapsbureau, “die gaan we omzagen”….. Maar daar stak ik een stokje voor en gelukkig staat die prachtige eik er nog. We worden inmiddels gelukkig wijzer en planten vele landen miljoenen bossen aan in het kader van CO2 reductie. 

Snoeien doet bloeien

Moraal van dit groene verhaal: Groenvoorziening is het kapitaal van je park. Bezuinigen op groenvoorziening is dan ook geen optie. Snoeien doet bloeien maar wel met beleid en nieuwe aanplant op lege plekken is een goed plan.

Immers, groen zorgt voor privacy, en daar hebben gasten meer en meer behoefte aan!

Attracties zijn niet meer alleen te vinden in attractieparken. Ook instituten die een boodschap willen overbrengen ontdekken dat zij dat door middel van een attractie veel effectiever kunnen realiseren. Andersom liggen er voor de recreatiesector kansen om een attractie te voorzien van een zinvolle invulling. Daarmee creëren ze een ervaring waar men nog lang aan terugdenkt. Bij attractie-ontwikkelaar Lagotronics Projects heeft men inmiddels volop ervaring met het inzetten van attracties die in dienst staan van een boodschap.

Wat is het belangrijkste verschil bij het ontwikkelen van een attractie met een boodschap t.o.v. het aanbieden van een attractie voor een pretpark? 

Mark Beumers, CEO bij Lagotronics Projects vertelt: “Bij attracties voor pretparken gaat het vaak over het bieden van een vernieuwende fun-beleving; ze zijn op zoek naar nieuwe attracties die meer bezoekers gaan trekken en bestaande bezoekers langer te laten blijven óf vaker terug te laten komen. Bij experiences met een boodschap komt er een tweede aspect bij: educatie. Bezoekers kunnen ervan leren en vaak komt er ook een stukje bewustwording bij kijken. Dat maakt, naast de fun die bezoekers ervaren, zo’n attractie bijzonder, verrassend en leerzaam.  

Verder is in beide gevallen storytelling een zeer belangrijk aspect. Echter bij een educatieve experience kun je je fantasie niet de vrije loop laten in het verhaal. Bij een attractie in een pretpark is dat anders: vaak bedenk je, op basis van de wens van de klant, al enkele showelementen of ervaringen. Daar kan een verhaallijn makkelijk op aangepast worden. Je bent hier flexibeler in. Als er een serieuze boodschap overgebracht moet worden, moet die boodschap wel kloppen. De boodschap is vaak een vast gegeven waar een experience omheen bedacht en gebouwd moet worden.” 

Hoe zorg je er voor dat de attractie leuk is voor zowel jong als oud? 

Beumers: “Als de attractie meerdere doelgroepen moet aanspreken, doen we dit door meerdere ‘lagen’ aan te brengen. Daarmee bedoel ik dat er belevingen worden ‘ingebouwd’ op diverse niveaus. Bijvoorbeeld gebaseerd op leeftijd, kennisniveau of interesses. Elke doelgroep zal zaken opvallen die hem of haar het meeste triggeren. Iedere persoon ziet dus wat hij of zij interessant vindt. Een voorbeeld: je kijkt naar een video scherm. Op de voorgrond zijn grote eenvoudige en grappige elementen te zien die de aandacht van de kids zullen trekken. Op de achtergrond zijn (vaak kleinere) dubbelzinnige boodschappen voor ouders verstopt. Zo wordt het hele gezin getriggerd, maar wel op een andere manier. 

Nieuwe verborgen laag

Wij vinden het altijd een geweldige uitdaging om dit soort ‘lagen’ te bedenken en creëren. De kinderen zien de grote elementen in het verhaal en blijven deze aandachtig volgen. De ouders echter raken hierdoor snel verveeld en gaan ‘verder’ kijken. Ze vinden dan een nieuwe, verborgen laag die hen verrast, waardoor ze nieuwsgierig worden naar méér. Door meerdere lagen toe te passen, kan je dus in één attractie of beleving de interesse wekken van meerdere doelgroepen!

Wat uiteraard ook vaak voorkomt, is dat een attractie (en daarmee ook de boodschap) op één specifieke doelgroep is gericht (bijvoorbeeld kids). We proberen dan tóch om bijvoorbeeld de ouders mee te laten doen. Als een kind op een leuke, interactieve manier iets leert in een attractie over een specifiek onderwerp, en er verschijnt de vraag op een scherm “vraag ook maar eens aan papa of mama!” Dan is er opeens ook interactie met de ouders. Of dat ouders bijvoorbeeld fysiek iets moeten doen bij een spelelement, want hun kind helpt het spel beter te kunnen spelen (of meer punten te halen!) dan worden jong én oud betrokken.”

Hoe bewaar je de balans tussen ‘fun’ en ‘boodschap’? 

Beumers: “Om überhaupt een boodschap over te brengen, moet de bezoeker enthousiast gemaakt worden. Het moet een échte belevenis zijn! Dit begint al direct bij binnenkomst. De wow-factor moet er meteen zijn. Verder zijn er natuurlijk heel veel manieren om op een leuke en verrassende manier een boodschap over te brengen. Denk b.v. aan interactieve elementen, de bezoekers deelgenoot maken van het verhaal, of zelfs het gevoel geven dat ze de hoofdrolspeler zijn in het verhaal, verrassingen inbouwen, schrikeffecten realiseren (het liefst veroorzaakt door de bezoeker zelf), uitdagen om een handeling te verrichten, terwijl men wéét dat er een gevolg komt…. Door dit soort elementen blijft een boodschap beter hangen. Uiteraard moet alles passen bij het thema of het verhaal, zodat de totale experience compleet wordt. Alle zintuigen worden geprikkeld, van begin tot het eind.”

Case 1: Risk Factory Limburg 

Dit educatieve concept is overgewaaid uit Groot- Brittannië. In de Risk Factory (Venlo) leren kinderen hoe ze op een veilige manier kunnen handelen in verschillende onveilige situaties. Ze beleven de situaties op een realistische manier; dat maakt het extra leerzaam én spannend. Enkele voorbeelden van de scenario’s zijn brandgevaar, internetgebruik, verkeersveiligheid, groepsdruk, contact met hulpdiensten en het belang van hygiëne. Ze leren en ervaren (on)gezondheid en (on)veiligheid én leren hoe te handelen. Levensechte ervaringen veranderen de kijk op risico’s.

Meer informatie: 

www.riskfactorylimburgnoord.nl 

Case 2: Wereldpaviljoen

  • Dit culturele en educatieve experience center in Steyl biedt scholen, gezinnen en organisaties een leerzaam kijkje in andere culturen. Het nieuwste thema gaat over Ghana en laat bezoekers kennis maken met het dagelijkse leven in Ghana, de cultuur, religie en vluchtelingen. Er zijn drie hoofdbelevingen:
  • De busreis is een bijzondere: in de bus zijn de ramen vervangen door monitoren waarop video content van een echte reis door Ghana te zien is.. De beelden zijn ook daadwerkelijk in Ghana opgenomen. Dit maakt de rit zeer realistisch.
  • Het dorpsleven: bezoekers zetten een VR-bril op, die 360º beelden laat zien van een Ghanees dorp. De bezoeker loopt als het ware door het dorp, waar-door ze zich écht in Ghana zullen wanen.
  • De derde, erg aangrijpende beleving is de gevaarlijke reis van een bootvluchteling. Om dit te ervaren stappen bezoekers in een heuse vluchtelingenboot. Via Virtual Reality ziet en beleeft men wat deze mensen meemaken tijdens hun gevaarlijke tocht.

Meer informatie: www.wereldpaviljoen.nl 

Welke lessen jullie zelf hebben geleerd door de samenwerking met de opdrachtgever. 

Beumers: “Of je nu een beleving creëert voor grote commerciële attractieparken of voor experience centers zoals de Risk Factory en het Wereldpaviljoen, uiteindelijk gaat het altijd om storytelling. Je probeert de gast mee te nemen in een verhaal en deze even te onttrekken aan de echte wereld. Bij een educatieve beleving is dit minder gemakkelijk omdat je vaak binnen bepaalde kaders moet blijven en dus moet je creatiever zijn. Je moet de juiste balans zien te vinden tussen het educatieve karakter en plezier. In het geval van het wereldpaviljoen is de content een enorm belangrijk aspect. Zou de VR content een animatie zijn in plaats van real life beelden, dan komt de educatieve boodschap veel minder goed over. Het is dus belangrijk om hierbij telkens de balans in het achterhoofd te houden en de juiste keuzes te maken.


Bij grote Dark Ride attracties komen andere budgetten kijken in vergelijking met bovengenoemde projecten. Ook dit betekent dat je creatiever moet zijn om desondanks een hoogwaardige innovatieve beleving te kunnen creëren binnen het gestelde budget. Dit kan soms best een uitdaging zijn, maar daar houden we juist van! Door deze innovatieve flexibiliteit kom je tot nieuwe inzichten die je weer in andere projecten kunt toepassen, waaronder Dark Rides voor attractieparken.” 

Welk advies zouden jullie meegeven aan een recreatiebedrijf dat een boodschap wil meegeven aan een attractie? 

Beumers: “De boodschap hoort al in de visie en kernwaarden van de organisatie te zitten. Een losstaande attractie met een boodschap zal veel minder effectief zijn dan een heel park met één bepaald thema en boodschap. Het is niet zomaar een kwestie van ‘we gieten een soort thema-sausje over een attractie heen’. Het begint met de achterliggende gedachte die je aan de attractie mee wilt geven. Daarna volgt het creatieve proces en het creëren van de beleving. Het eindresultaat is een beleving die leerzaam is en tegelijkertijd ook erg leuk. Dan heb je je doel bereikt, en komt de boodschap samen met plezier.”

Stappenplan voor het integreren van een boodschap in een attractie 

  • Het begint met verplaatsen in de klant: Wat is het voor een organisatie? Welke strategische visie hebben zij? Wat zijn hun doelgroepen? Wat is hun wens en doel met de nieuwe attractie/beleving? Is er een bepaald thema en/of boodschap? 
  • Dan volgt verdieping in het onderwerp en research. Wat zijn de meest belangrijke onderdelen? Wat mag absoluut niet ontbreken? 
  • Vervolgens is het de kunst om de vertaalslag te maken: hoe kunnen onze producten en diensten bijdragen aan dat uiteindelijke doel? Hoe brengen we die boodschap over op de uiteindelijke bezoekers? En dat gaat vaak verder dan alleen ‘technische hoogstandjes’; een nieuw, verrassend idee leidt vaak tot de beste oplossingen waar alle partijen enthousiast van worden. De klant, de bezoekers én wijzelf!
  • Daarna volgt natuurlijk de verdere specifieke uitwerking, concept design en tussentijds toetsen of het idee daadwerkelijk gaat bieden wat klant en bezoeker wenst. Is de juiste vertaalslag gemaakt naar de gewenste beleving? Biedt het de fun-factor, maar wel met een duidelijke boodschap? 
  • Vanuit het concept gaan we steeds verder finetunen en vertalen naar techniek en show. Hier komt dan ook de know-how van de techniek om de hoek, om in te schatten hoe een bepaalde beleving het beste opgebouwd kan worden.
  • De uiteindelijke uitvoering gebeurt niet alleen door onze projectmanagers en technici, het blijft gedurende het hele project een samenspel met de organisatie zelf én soms ook met derde partijen. 
  • Na de realisatie is het uiteraard van belang om in contact te blijven. Wordt de boodschap op een goede manier overgedragen? Bereiken we het doel? Wat zijn de ervaringen van de bezoeker?

Met dank aan:

Mark Beumers, Lagotronics Projects

Meer informatie: www.lagotronicsprojects.com

Nederland heeft een van ’s werelds grootste bouwers van achtbanen in huis; Vekoma Rides Manufacturing – sinds maart 2018 onderdeel van Sansei Technologies. In 2018 openden zij de Family Boomerang Dueling Racer in Wildlands Emmen. Deze attractie is de doorontwikkeling van een rollercoaster die al langere tijd in het assortiment is opgenomen.

Wereldprimeur in Emmen

Met de plaatsing van de Family Boomerang dueling Racer had Wildlands de wereldprimeur van dit model. Deze Racing-versie verdubbelt niet alleen de capaciteit van de achtbaan, maar biedt ook een prachtige duellerende interactie aan de gasten.

De twee banen zijn uniek, elk met een andere unieke layout waardoor de gasten uiteraard beide banen willen rijden en ervaren. Eenvoudig gezegd is het een imposante structuur met een hoge marketingwaarde, een achtbaan die geschikt is voor het hele gezin.

Voor Wildlands was deze attractie destijds een logische keuze. Tweestryd ligt in themagebied Serenga. Deze wereld staat in het teken van zorgen voor de natuur. De verhaallijn rondom de attractie past dan ook bij dit thema. De naam Tweestryd symboliseert de enorme strijd die de lokale bevolking van Serenga ruim 40 jaar geleden voerde met de mijnbouwgigant om de mijn te sluiten. De oude mijn is inmiddels omgebouwd tot een attractie waar toeristen letterlijk tegen elkaar racen voor het goede doel. Tweestryd: een mijn met een missie. 

Themapark stond centraal bij bouw

Tweestryd is gebouwd in de tijd dat het concept ‘themapark’ centraal stond en logisch in die ontwikkeling. Door strategische keuzes van het park Wildlands is de nadruk tegenwoordig wat meer verschoven richting de dierenbeleving. (en dus wat minder gefocust op de attracties.) De attractie heeft nog altijd een functie in het park, laat directeur Erik van Engelen weten: “Het zorgt voor veel blije gezichten, vooral bij kinderen en jongeren die de achtbaan dan ook zeer waarderen. Dus het heeft vandaag de dag zeker een functie om de dag nog completer te maken. Soms werkt het bevreemdend voor mensen die dit niet verwachten bij
een dierenpark.”   

Family boomerang racer layout

Ontwikkeling van de Family Boomerang

De unieke achtbaan Family Boomerang Racer is het resultaat van de doorontwikkeling van een succesvol model rollercoaster in het assortiment van Vekoma; de Family Boomerang. We blikken terug hoe dit model zich over de afgelopen jaren heeft ontwikkeld…

De eerste Family Boomerangs

Gebaseerd op het succes van de thrill coaster Boomerang, waarvan er wereldwijd en bijna 60 staan, creëerde Vekoma een nieuwe en innovatieve attractie; de Family Boomerang.  In dit ontwerp zijn de belangrijkste factoren van de klassieke Boomerang Coaster, met de voorwaartse en achterwaartse run door het station, (dus een dubbel gebruik van de lengte van de baan) en compacte voetafdruk (layout), over te dragen naar een gezinsvriendelijke ervaring. Met links-rechts zwaaiende, plotselinge snelheidswisselingen en kleine airtime-heuvels en de spanning om met volle snelheid door het station te racen, spreekt de baanindeling van de Family Boomerang niet alleen de jongere rijders aan, maar biedt ook opwinding voor tieners en de meer doorgewinterde achtbaanfans.

In 2011 is de eerste achtbaan uit deze serie op de markt gekomen in Engeland en Frankrijk. Dit werd wederom een succes en in een tijdsbestek van 8 jaar zijn ook van dit type al 12 geïnstalleerd en 4 in productie.  

In deze relatief korte periode zijn er al diverse varianten van dit type baan
ontworpen: Na de basis Family Boomerang, werd de Family Boomerang Rebound en de Family Boomerang Racer ontwikkeld.

Family Boomerang Rebound

De tweede re-iteratie van deze layout is groter, maar heeft eveneens een kleine footprint omdat gasten onder het hoge deel van de track door kunnen lopen dus naast het plezier van de rijders biedt deze layout ook een prachtige mogelijkheid voor de toeschouwers om de rit vanaf de zijkant te volgen. Daarnaast heeft de rit opwindende elementen zoals een Flat Turn laag bij de grond, een Headchopper (onder Dead End sectie), Camel Backs Dive Turn, Headchopper, een grote Bunny Hop en een Dead End.

De nieuwe ‘top van de piramide’, de Family Boomerang Dueling Racer kunnen we dus in eigen land (Wildlands Emmen) uitproberen. 

Meer informatie: www.vekoma.com 

De consument wordt steeds kritischer op de duurzaamheid van de bedrijven die bezocht worden. Het zorgt er voor dat ook ondernemers steeds meer aandacht besteden aan een groene en natuurinclusieve bedrijfsvoering. De kennis om de juiste maatregelen te nemen is echter niet altijd op het bedrijf aanwezig. We vroegen Ernst-Jan Damen van Duurzaamhout.nl, die deze kennis wel in huis heeft, om enkele adviezen te delen voor natuurvriendelijke maatregelen.

Maatregelen rond verlichting

Damen: “Op camping Bakkum zijn recent diverse maatregelen genomen rond de verlichting van het park. Deze camping bevindt zich midden in het Noord-Hollands Duinreservaat en het is ook de wens van het management om de parkinrichting zo natuurvriendelijk en duurzaam mogelijk te maken.”

De maatregelen die hier genomen zijn: 

  • De oude metalen verlichtingspalen werden vervangen door duurzaam Europees hout. 
  • Voor de lampen zelf werd gekozen voor de nieuwste led-technologie; met lampjes van slechts 1 watt. Dat zorgt voor een lager energieverbruik; goed voor het milieu, maar ook kostenbesparend. 
  • Een vakantiepark moet altijd de balans zoeken tussen duurzaamheid en de noodzakelijke voorzieningen. Zo is er altijd functionele verlichting nodig waardoor gasten in het donker de route, en het sleutelgat van hun caravan kunnen vinden. Deze verlichting is naar beneden gericht om lichtvervuiling van de omgeving zoveel mogelijk te beperken. 
  • Vooral nachtdieren als vleermuizen ondervinden hinder van de verlichting. Daarom is er gebruik gemaakt van amber licht, waar vleermuizen minder last van hebben. 
  • Watertappunt en verlichting geïntegreerd in één houten zuil.

Ook de gasten op het park weten de maatregelen te waarderen.

De resultaten:

Door het nieuwe verlichtingsplan is het wat donkerder op het park en ook de lichtkleur van de vleermuisvriendelijke lampen zorgt voor een andere sfeer. Het was natuurlijk de bedoeling dat de matregelen er voor zorgen dat de nachtdieren minder worden verstoord; en dat is gelukt. Wat vinden de gasten er van? Damen: “Ook de gasten op het park weten de maatregelen te waarderen. Het is nu weliswaar iets donkerder, maar de sfeer wordt ervaren als vriendelijker, toch nog veilig en passend bij de omgeving. Het gebruik van mooie duurzame materialen zorgt er ook voor dat de natuurlijke uitstraling van het park wordt versterkt. Dat spreekt de meeste bezoekers gewoonweg meer aan.”

Het kostenplaatje:

Damen denkt ook mee in de kosten-baten analyse van de investering: “De kosten voor een natuurvriendelijke verlichting zijn vergelijkbaar met de gangbare modellen van dezelfde kwaliteit. Voor de afschrijving van de materialen gaan wij uit van een periode van 15 jaar. Bijkomend voordeel is dat door het gebruik van energiezuinige oplossingen er ook aanzienlijk wordt bespaard op de energiekosten.”

duurzaamhout.nl Natuurvriendelijk verlichten recreatiebedrijf hek

duurzaamhout.nl Natuurvriendelijk verlichten recreatiebedrijf hek
duurzaamhout.nl Natuurvriendelijk verlichten recreatiebedrijf hek

Nog meer maatregelen voor een duurzame uitstraling

Zonder er al te diep op in te gaan, neemt Camping Bakkum nog veel meer maatregelen om de duurzame uitstraling van haar bedrijf te verbeteren. Teamleider technische dienst Van der Tuin noemt nog specifiek de afrastering: “We passen op onze drie campings duurzaam hout toe in de vorm van kastanje- en eikenhouten hekwerken. Dat is niet alleen duurzaam, maar geeft ook een mooi en sfeervol beeld. Je ziet het vaak terug op foto’s. Het zorgt er voor dat de beleving van een natuurlijke duin- en strandomgeving niet verstoord wordt.”

Met dank aan: Ernst Jan Damen van Duurzaamhout.nl. Duurzaamhout heeft ervaring met diverse (duurzame) houten voorzieningen op recreatiebedrijven; van hekwerken en poorten (v.h. ook bekend onder de naam Van Vliet Kastanjehout.nl) tot landschapsmeubilair en duurzame verlichting. 

Meer informatie: www.duurzaamhout.nl

Wie het vakantiepark Loonsche Land van de Efteling oploopt kan nauwelijks geloven dat dit enkele jaren geleden nog akkers waren. De doelstelling om het park naadloos over te laten lopen in het naastgelegen natuurgebied is uitstekend gelukt. We gingen op bezoek bij de landschapsarchitect van de Efteling, Ivo Südmeier, die dit project mede heeft ontworpen.

Ons verhaal is ‘het verhaal van de natuur’

Alhoewel de huisstijl van De Efteling is bewaakt is Het Loonsche Land geen vakantiepark geworden waar de sprookjessfeer van De Efteling de boventoon voert. “Integendeel”, zegt Südmeier: “Het verhaal van de natuur staat hier centraal. Dat is niet alleen in de inrichting te zien, maar in het hele concept van het vakantiepark. Er zijn meerdere parken in Nederland die beweren dat je daar ‘in de natuur’ kunt verblijven, maar er zijn weinig parken waar dat zo goed is gelukt als in het Loonsche Land.”

Bij het ontwerp van het park ging men uit van een centraal concept: ‘Dichter bij de natuur kun je niet komen’. Dat is later verder uitgewerkt in drie themazones. De gasten op het park leven, net als de dieren in de natuur; op, onder of boven de grond. 

Het thema ‘boven de grond’ is duidelijk herkenbaar door de boomhutten op hoogte. Het thema ‘onder de grond’ werd wat lastiger, omdat de bouwwijze houtskeletbouw niet geschikt is om onder de grond te bouwen. Deze type huisjes werden daarom voorzien van een vegetatiedak En tot slot zijn er nog de meer traditionele vakantiewoningen – op de grond. Qua landscaping zien we in het park verschillende natuurtypen terugkomen; De bossen, de zandduinen (met vennetjes) en de heide. 

Natuurontwikkeling

Het naastgelegen natuurgebied Loonsche Land is gedeeltelijk in beheer ij Natuurmonumenten. Met de boswachter van die organisatie is goed afgestemd welke plantensoorten er van nature in het gebied voorkomen. Natuurmonumenten is daarmee betrokken geweest bij het groenontwerp van het vakantiepark. 

De gronden die voor het vakantiepark zijn gebruikt waren oorspronkelijk landbouwpercelen. Daar is nu weinig meer van terug te zien. De natuur is weer helemaal teruggebracht in het ontwerp. Bijzonder voor een vakantiepark is dat er zelfs helemaal geen hekken zijn die een grens aangeven tussen vakantiepark en natuurgebied. Slechts enkele bordjes wijzen de wandelaar er op dat zij het vakantiepark betreden. De dieren uit het bos komen dus ook veel makkelijker op het recreatieterrein. Verder is het park autovrij, zodat ‘het geparkeerde blik’ de natuurlijke uitstraling niet te veel verstoort. 

Hoge bomen de grens

Südmeier wijst er op dat de hoge bomen langs de rand van het park de grens zijn van het vakantiegedeelte: “We hebben de bosrand gedund om de bestaande bomen ruimte te geven om door te groeien, de slechtere bomen eruit gehaald en daarmee een natuurlijker bosrand te kunnen maken t.o.v. de voormalige rechte akkerrand. Op het parkgedeelte staan ook nog enkele hogere bomen. Die hebben we zoveel mogelijk proberen te behouden. Naarmate de nieuw aangebrachte beplanting verder uitgroeit ga je steeds minder het onderscheid zien tussen vakantiepark en natuurgebied.”

Natuur om te (be)leven

Een van de uitgangspunten in het ontwerp is dat grote en kleine mensen het landschap ook echt kunnen beleven. Waar je in veel traditionele parken niet geacht wordt om van de paden af te gaan, is dat bij de inrichting van het Loonsche Land duidelijk anders. 

“De beplanting op de heuveltjes is bestand tegen betreding en we stimuleren het dat kinderen het landschap gebruiken om er in te spelen. Soms ontstaan er looppaadjes in het groen. Dat is niet erg. Op andere plekken is nog beplanting genoeg.” Legt Südmeier uit. Overigens blijkt nu al dat het naastgelegen bos de favoriete speelplek is voor kinderen. Südmeier: “Nee, daar hebben we eigenlijk weinig aan hoeven te ontwerpen. Er staan zelfs geen speeltoestellen. Toch zie je dat kinderen graag het bos intrekken. Daar slepen ze met takken en spelen hun eigen spel.”

Keuze voor speeltoestellen passend

De keuze van de speeltoestellen is ook passend gemaakt bij het concept ‘natuur beleven’. Er is vooral gebruik gemaakt van hout en vrijheid. Südmeier: “De speeltoestellen zijn zoveel mogelijk vrij te bespelen. Als je een schommel of glijbaan zou plaatsen, dan kun je daarop alleen schommelen of glijden. Wij wilden toestellen neerzetten waar kinderen zelf hun spel op kunnen verzinnen; net als dat gebeurt in een natuurlijke omgeving.”

Ook het water, dat een prominente plek heeft in dit ontwerp (diverse vennetjes) is op aangegeven plaatsen vrij toegankelijk. Südmeier: “Je ziet dat we zelfs speeltoestellen in het water hebben gezet. Dat is een open uitnodiging om daar te spelen. Je moet natuurlijk niet bang zijn voor natte voeten.” Voor zwemmen en duiken zijn de vennetjes vanwege de diepte niet geschikt. Ook over waterveiligheid is nagedacht. Het hele systeem van vennetjes heeft stromend water. Daarmee wordt het risico op hygiëneproblemen met het water beperkt. Het watersysteem is aangesloten op het waterzuiveringssysteem dat De Efteling zelf heeft ontwikkeld en ook in het themapark wordt gebruikt. 

Landschapsarchitect van de Efteling, Ivo Südmeier

Projectteam en organisatie

Het geheim van dit goed doordachte concept van een natuurlijk vakantiepark kan wel eens te maken hebben met de samenstelling van het projectteam. Er is bij De Efteling veel specifieke expertise aanwezig, want ook themapark De Efteling wordt als natuurpark beheerd en ingericht. 

Het projectteam voor het ontwerp van het Loonsche Land bestond uit 5 disciplines: 

  • Een projectmanager, 
  • een ontwerper, 
  • een bouwkundig ontwerper, 
  • een landschapsarchitect 
  • en een ontwerpcoördinator.

Daarnaast werd er, voor specifieke zaken, ook nog een beroep gedaan op diverse andere deskundigen. 

Enkele bijzonderheden en details in het parkontwerp

  • Kabels en leidingen lopen onder de halfverharding van de wandelpaden. Dat zorgt er voor dat men er bij onderhoud- en reparatiewerkzaamheden makkelijk bij kan. De Halfverharding is immers weer makkelijk te herstellen. 
  • Naast het hotel is een tuin ingericht waar eetbare planten worden gekweekt. De oogst wordt weer gebruikt in de keukens van het vakantiepark. 
  • Er is sprake van drie doelstellingen met de verlichting; de basisvoorziening is bedoeld voor veiligheid op de paden; dan zijn er nog de praktische lampen voor verlichting bij de vakantiewoningen; en tot slot worden er objecten aangelicht – vooral het hotel – die zorgen voor de sfeer. 
  • De kleur van de bestrating en halfverharding matcht met de oorspronkelijke zandkleur die in dit gebied voorkomt. Voor de stenen op de terassen bij de vakantiewoningen is er zelfs gezocht naar een kleurmix die de glinstering van het zand goed weergeeft. 

Meer informatie: www.efteling.com