Een visie op recreatie en toerisme: Jos Klerx over de toekomst van de vrijetijdssector
Tijdens LeisureTalk sprak Jos Klerx, sectormanager horeca, recreatie en toerisme bij Rabobank, over de uitdagingen en kansen binnen de vrijetijdssector. Tegen de iconische achtergrond van de Domtoren in Utrecht gaf hij zijn visie op hoe deze vitale sector zich richting 2040 kan ontwikkelen.
“Recreatie is essentieel voor ons geluk en onze productiviteit”
“De recreatiesector is niet alleen belangrijk voor de economie, maar ook voor ons welzijn,” benadrukt Klerx. “Vrije tijd helpt ons ontspannen en maakt ons gelukkig. Het belang hiervan is onmiskenbaar, vooral in een wereld waar werkdruk en verantwoordelijkheden toenemen.”
Met een bijdrage van 4-7% aan het Nederlandse bruto binnenlands product is de sector een economische pijler. Tegelijkertijd ziet Klerx dat slimme investeringen, innovatie en samenwerking noodzakelijk zijn om toekomstbestendig te blijven.
Zes grote uitdagingen voor de sector
Tijdens het gesprek schetste Klerx zes thema’s die de toekomst van recreatie en toerisme bepalen:
Ruimtegebrek
“Nederland heeft simpelweg niet genoeg ruimte om aan alle groeiambities te voldoen,” stelt Klerx. Innovatieve oplossingen zoals multifunctionele recreatiehubs kunnen hier uitkomst bieden.
Personeelstekorten
De sector blijft arbeidsintensief. Technologie kan echter helpen bij het efficiënt inzetten van personeel door middel van datagedreven processen en slimme planningstools.
Digitalisering
Automatisering wordt steeds belangrijker. Denk aan digitale inchecksystemen of robots die schoonmaak- en logistieke taken overnemen. Dit verhoogt niet alleen de efficiency, maar biedt gasten ook meer autonomie.
Voedseltransitie en verspilling
Met een verschuiving naar plantaardige producten en minder voedselverspilling kan de sector kosten besparen en duurzaamheid stimuleren. Horecaondernemers die verspilling meten, realiseren al tot 20% reductie.
Klimaat en duurzaamheid
Investeringen in energiebesparing, biodiversiteit en hernieuwbare energie zijn essentieel. Klerx noemt als voorbeeld recreatieparken die inzetten op zonnepanelen en warmtepompen.
De veranderende gast
Demografische veranderingen vragen om nieuwe concepten. Oudere gasten zoeken rust en comfort, terwijl jongere generaties avontuur en beleving willen. Glamping is een van de niches die hierop inspeelt.
Vanuit het perspectief van de ondernemer
Ondernemers in de vrijetijdssector worden geconfronteerd met een groeiende lijst van eisen. “De ondernemers moeten al zoveel,” erkent Klerx. “Er is wetgeving, er zijn transities en de druk om betaalbaar te blijven is enorm. Ketens worden dominanter, vervuiling moet worden doorberekend, en zonder aanpassingen raak je out of business. Daarnaast kampen ondernemers met personeelstekorten en stijgende loonkosten. Het inspelen op generatie Z, met hun behoefte aan zingeving, voegt een extra laag van complexiteit toe.”
Inspelen op automatisering, AI en robotisering is volgens Klerx cruciaal. “Het is veel, maar het biedt ook kansen. Digitalisering kan processen stroomlijnen en gastvrijheid verhogen. Duurzaamheid is net zo belangrijk: de tijd dringt. Ondernemers moeten nu investeren in waterbesparende oplossingen en energie-efficiënte systemen, anders dwingen regelgeving en Europese normen ze hiertoe.”
Voor familiebedrijven is de uitdaging extra groot. “Bij een derde generatie bedrijf speelt ook de vraag naar onafhankelijkheid een rol. Hoe blijf je zelfstandig terwijl je moet voldoen aan complexe eisen?”
“We moeten anders naar de sector kijken”
Ondanks deze uitdagingen pleit Klerx voor een positief perspectief. “We moeten anders naar de sector kijken. Het is complex, maar wel noodzakelijk. Met de schaarste aan personeel moeten we op een andere manier productiever worden. Innovatie en samenwerking zijn de sleutel.”
Hij wijst erop dat duurzaamheid kansen biedt. “Waterbesparingsplicht en andere milieueisen komen eraan, maar ondernemers die hier proactief op inspelen, kunnen concurrentievoordeel behalen. Het vraagt om aanpassingsvermogen, maar het opent ook de deur naar nieuwe markten en klantgroepen.”
Klerx vat het samen: “De gast, verduurzaming en digitalisering vormen de driehoek waar we het antwoord moeten vinden.”
Samenwerken en vooruitdenken
“Ondernemers hoeven deze uitdagingen niet alleen aan te pakken,” benadrukt Klerx. “Samenwerking is de sleutel. Er zijn al prachtige voorbeelden van innovatie en duurzaamheid in Nederland. Leer van elkaar en groei samen.”
Een sterk voorbeeld is een netwerk van campings dat gezamenlijk investeert in duurzame energieprojecten. Dit verlaagt niet alleen kosten, maar creëert ook een gedeeld platform voor kennisuitwisseling.
Blik op de toekomst
Ondanks de vele uitdagingen blijft Jos Klerx positief. “Blijf de gast centraal stellen. Investeer in een product waar je achter staat en wees flexibel. Met samenwerking en een strategische aanpak kan de recreatiesector uitgroeien tot een nog vitalere en toekomstbestendige pijler van Nederland.”
Over Jos Klerx
Jos Klerx is al ruim 13 jaar verbonden aan Rabobank, waarvan de laatste acht jaar als sectormanager horeca, recreatie en toerisme. Met een achtergrond in de restaurantbranche en een master in Supply Chain Management heeft hij een unieke blik op trends en ontwikkelingen binnen de sector.
“Vrije tijd is essentieel,” aldus Klerx. “Als je vraagt wat mensen afgelopen weekend hebben gedaan of kijkt naar hun laatste 10 foto’s, is de kans groot dat deze momenten in onze sector zijn genomen.”
Gastvrijheid en medewerkerstevredenheid zijn essentiële pijlers voor succes in veel organisaties, waaronder in dag- en verblijfsrecreatie. Maar hoe zorg je ervoor dat medewerkers niet alleen de juiste vaardigheden leren, maar ook hun werk met trots en plezier uitvoeren? We gingen in gesprek met Belinda Dekkers, directeur en mede-eigenaar van het in Culemborg gevestigde trainingsbureau UL-Team, gespecialiseerd in maatwerkopleidingen. Zij vertelt hoe gerichte training kan bijdragen aan tevreden gasten én medewerkers. Dekkers deelt haar inzichten en aanpak en laat zien waarom investeren in mensen altijd loont.
Praktijkgericht en persoonlijk
Volgens Dekkers is het essentieel dat trainingen aansluiten bij de dagelijkse praktijk van medewerkers. “We trainen 95% van de tijd op locatie bij de klant, met de materialen die ze dagelijks gebruiken,” legt ze uit. Het doel is om medewerkers direct handvatten te bieden die ze kunnen toepassen. Dit praktijkgerichte werken wordt gecombineerd met maatwerk. Elke training begint met een uitgebreide intake, waarin de specifieke behoeften van de opdrachtgever worden besproken. Vervolgens wordt de inhoud afgestemd met de trainer.
“Trainingen zijn alleen effectief als ze op maat zijn gemaakt voor de situatie,” zegt Dekkers. “Dat geldt ook voor borging: deelnemers krijgen hulpmiddelen, zoals persoonlijke feedbackkaarten, waarop ze hun eigen afspraken noteren. Zo blijft het geleerde langer hangen.” Duurzaamheid is eveneens een belangrijk speerpunt. Het papiergebruik is sterk teruggebracht door digitale lesmaterialen in te zetten, die via QR-codes altijd actueel blijven.
Investeren in mensen loont
Veel organisaties zien training als een kostenpost, vooral in sectoren met een hoog personeelsverloop. Volgens Dekkers is dat een misvatting. “Goede onboarding en training vanaf dag één vergroten werkplezier en loyaliteit. Als je daar niet in investeert, omdat je denkt dat mensen toch snel vertrekken, creëer je juist een vicieuze cirkel.” Ze benadrukt dat training niet alleen de vaardigheden van medewerkers verbetert, maar ook hun trots en betrokkenheid vergroot. “Een schoonmaker identificeert zich vaak met de locatie waar hij of zij werkt, zoals een luchthaven of hotel. Door hen te ondersteunen, maak je niet alleen hun werk beter, maar ook de algehele beleving voor gasten.”
De trainingen richten zich op een breed scala aan medewerkers, van receptie- en schoonmaakpersoneel tot zwembadmedewerkers en parkeerterreinmedewerkers. “Omdat we voor verschillende expertises specialistische trainers hebben, kunnen we maatwerk bieden. Van weerbaarheidstraining tot ergonomisch werken en gastvrijheid. Gastvrijheid neemt in de recreatiesector een steeds belangrijkere plaats in en is onderdeel van het onderscheidend vermogen,” aldus Dekkers. Ze raadt organisaties aan goed te kijken welke groepen medewerkers welke ondersteuning nodig hebben.
Leiderschap en teamvorming
Een belangrijk onderdeel van de trainingen is het betrekken van leidinggevenden. “Als een trainer weggaat, begint het werk pas echt,” zegt Dekkers. “Leidinggevenden moeten het geleerde ondersteunen en verankeren in de dagelijkse praktijk.” Voor hen biedt UL-Team specifieke trainingen, bijvoorbeeld in omgaan met diverse teams en weerstand.
Goede leiderschapstrainingen zijn essentieel om teamdynamiek te versterken. Dekkers merkt op dat leidinggevenden vaak snel oordelen in plaats van vragen te stellen. “Als je begrijpt waarom mensen handelen zoals ze doen, kun je echte verandering teweegbrengen. Medewerkers voelen zich gehoord, wat hun betrokkenheid vergroot. Zeker als je hen ook nog eens meeneemt in waarom bepaald gedrag gewenst is.”
Verbeteren, niet oplossen
Dekkers benadrukt dat training geen oplossing is voor structurele problemen in een organisatie. “We worden soms gevraagd om een probleem op te lossen, maar dat is niet wat training doet. Opleiden is gericht op verbeteren, niet op snel fixen. Het is belangrijk om realistische verwachtingen te hebben en eerst een duidelijke nulmeting te doen.”
Volgens Dekkers is er nog veel te winnen in het opleiden van medewerkers, vooral in het omgaan met diverse culturele achtergronden. “We hebben iedereen nodig, en goede trainingen kunnen bijdragen aan betere samenwerking en wederzijds begrip. Dat weten wij uit ervaring bij UL-Team 100% zeker.”
Duurzaam en relevant
Met een sterke focus op duurzaamheid en praktijkgerichtheid weet UL-Team een onderscheidende aanpak te hanteren. Het papiergebruik is met 90% gereduceerd door over te stappen op digitale materialen. Ook wordt er gewerkt met de middelen van de klant om de trainingen zo realistisch mogelijk te maken.
Dekkers besluit: “Investeren in training is investeren in mensen. Het verhoogt niet alleen de kwaliteit van het werk, maar ook de tevredenheid van medewerkers en gasten. En uiteindelijk profiteert iedereen daarvan.”
De funnel is een kernbegrip in marketing en sales. Alles wat we doen – van strategie tot het meten van resultaten – vindt plaats binnen deze structuur: SEE, THINK, DO, CARE. Het is precies deze meetbaarheid die marketing zo aantrekkelijk maakt. Toch is er een deel in de klantreis dat zich onttrekt aan de tools en analysemogelijkheden: de zogenaamde dark funnel. Dit ongrijpbare aspect vormt een groeiende uitdaging, zeker nu privacyregels strenger worden.
In de jaren ‘80 moesten bedrijven nog vertrouwen op panels en onderzoeksbureaus om de impact van campagnes te meten. Dankzij online marketing is de meetbaarheid enorm verbeterd. Toch blijft er een onzichtbaar stuk over, waarin contactmomenten plaatsvinden buiten directe controle of zichtbaarheid. Denk aan mond-tot-mondreclame of privégesprekken via WhatsApp. Deze interacties zijn moeilijk te volgen, maar spelen een cruciale rol in het beslissingsproces van consumenten.
Wat is de dark funnel?
De dark funnel verwijst naar de verborgen interacties in de klantreis. Veel van deze momenten zijn niet te meten met analysetools. Voorbeelden hiervan zijn mond-tot-mondreclame, informele sociale mediaposts en reviews. Consumenten bespreken bijvoorbeeld een leuke vakantie-ervaring via privéberichten, zonder dat dit zichtbaar is voor bedrijven. Ook platforms zoals Tripadvisor, waar consumenten inspiratie opdoen zonder direct contact op te nemen met een aanbieder, vallen binnen de dark funnel.
Het probleem? Veel bedrijven richten zich uitsluitend op meetbare resultaten zoals klikken en conversies. Hierdoor missen ze een groot deel van het beslissingsproces dat buiten de zichtbare kanalen plaatsvindt. Dit is een gemiste kans, want juist deze verborgen momenten bepalen vaak of een consument voor jouw merk kiest.
De rol van privacy en technologie
Meten staat soms haaks op privacy. Steeds meer consumenten blokkeren cookies of beperken tracking. Dit maakt het lastig om hun gedrag volledig in kaart te brengen. Daarnaast schakelen ze moeiteloos tussen apparaten en platforms, waardoor het nog moeilijker wordt om een consistente klantreis te volgen.
Deze ontwikkeling raakt ook de recreatiesector. Gasten vertrouwen bijvoorbeeld meer op aanbevelingen van vrienden en reviews dan op advertenties. Social evidence – zoals authentieke ervaringen van anderen – speelt een steeds grotere rol. Platforms als Go-Kids.nl, waar gezinnen inspiratie zoeken, zijn belangrijker dan ooit. Toch zien veel ondernemers dit over het hoofd.
Inspiratie en emotie in de klantreis
In de SEE- en THINK-fases van de klantreis maken consumenten hun beslissingen vaak op emotionele basis. Inspirerende content, zoals blogs en reviews, helpt hen verder in het proces. Pas in de DO-fase, waar de daadwerkelijke boeking plaatsvindt, komt de rationele overweging naar boven. Bedrijven die alleen focussen op boekingsplatforms zoals Booking.com missen een belangrijk stuk van de klantreis.
Waarom de dark funnel belangrijk is voor recreatie
De recreatiesector is sterk afhankelijk van merkbekendheid en vertrouwen. In een markt waar consumenten niet over één nacht ijs gaan, is het cruciaal om aanwezig te zijn in zowel zichtbare als onzichtbare contactmomenten. Dit betekent investeren in inspiratieplatforms, mond-tot-mondreclame en authentieke content.
Een goed voorbeeld hiervan is de ‘Rule of 7’. Traditioneel stelde deze regel dat een consument gemiddeld zeven contactmomenten nodig heeft voordat hij tot aankoop overgaat. Dit principe, afkomstig uit de filmindustrie van de jaren ’30, geldt nog steeds – al zijn het er in de digitale wereld waarschijnlijk meer. Consumenten worden dagelijks blootgesteld aan duizenden advertenties. Het aantal contactmomenten dat nodig is om impact te maken, groeit daardoor.
Hoe kunnen recreatieondernemers inspelen op de dark funnel?
Een succesvolle strategie begint met een omnichannelbenadering. Dit houdt in dat je zowel online als offline contactmomenten optimaliseert. Zorg dat je zichtbaar bent waar inspiratie ontstaat – niet alleen waar geboekt wordt. Denk aan het actief beheren van reviews, het delen van authentieke verhalen en het aanwezig zijn op inspiratieplatforms. Authentieke content van derden is hierbij essentieel, omdat consumenten hier meer waarde aan hechten dan aan reclameboodschappen.
Daarnaast is het belangrijk om offline kanalen niet te vergeten. Mond-tot-mondreclame en lokale samenwerkingen kunnen een grote impact hebben op de klantreis. Veel ondernemers onderschatten deze onzichtbare momenten, terwijl juist deze contactmomenten vaak doorslaggevend zijn.
De uitdaging voor de recreatiemarkt
Hoewel veel meetbaar is, blijft een groot deel van de klantreis afhankelijk van inschatting en ervaring. De dark funnel vraagt om een aanpak waarin zichtbare en onzichtbare contactmomenten hand in hand gaan. Het is een kwestie van experimenteren, monitoren en aanpassen. Ondernemers die dit goed beheersen, onderscheiden zich van de concurrentie.
Het opnemen van de dark funnel in je marketingstrategie biedt niet alleen kansen om meer gasten te trekken, maar helpt ook bij het opbouwen van langdurige relaties. Door te begrijpen waar je doelgroep inspiratie opdoet en hoe zij beslissingen nemen, kun je inspelen op hun behoeften – zelfs als deze niet direct meetbaar zijn.
De echte uitdaging ligt niet in wat meetbaar is, maar in wat je met die kennis doet. Succesvolle recreatiebedrijven zijn niet alleen aanwezig waar geboekt wordt, maar vooral daar waar de klantreis begint: in de inspiratiefase.
Riëtte Mulder-Lemein
Marketing- en communicatiespecialist en eigenaar go-kids.nl
Vakantieparken en campings hebben veelal te maken met grote pieken en dalen in het aantal contactmomenten met gasten. Vaak is het ook noodzakelijk om omnichannel contactmogelijkheden te bieden aan gasten, zoals telefonisch, maar ook via e-mail, chat en WhatsApp. Gasten verwachten in de huidige tijd ook een snelle en goede reactie. Die combinatie van factoren maakt het bieden van goede bereikbaarheid een logistieke en financiële uitdaging.
Judith Sapulette is Customer Success Manager bij Direct Klantcontact, die met teams in Nederland en Suriname voor 700 bedrijven het klantcontact geheel verzorgd, helpt piekuren op te vangen of de zorg draagt voor het klantcontact na kantooruren. Ze geeft haar visie op de dienstverlening in brede zin en hoe Direct Klantcontact zelf te werk gaat.
Judith, je loopt al een flink aantal jaren mee in de branche. Durf je te stellen dat het beroep van klantcontactmedewerker of adviseur een onderschat beroep is?
”100%! Zeker als iemand de term callcenter er op een negatieve toont aanhangt. Een goede adviseur heeft een hoop verschillende vaardigheden nodig, die veel verder gaan dan een script uitvoeren. Het vergt een bepaalde mensenkennis, een stukje psychologie vaak ook. Ook moet men kunnen multitasken, want vaak werkt men ook nog in onze systemen of die van onze opdrachtgever tijdens het bellen. Daarnaast moet het team bij ons ook enige kennis over de locatie hebben waarvoor ze de telefoon opnemen. Kortom, voordat iemand ook echt in de lijn gaat volgt er een uitgebreide training. We zijn tenslotte het visitekaartje van onze opdrachtgever. Dit goed doen is écht een vak. Zeker in de tijd dat klanten mondiger worden en veeleisender, is het goed toepassen van gesprekstechnieken een specialiteit.”
Je geeft net aan dat je jouw team bij Direct Klantcontact ook echt als visitekaartje ziet. We zien echter ook dat in de branche vaak zaken als chatbots en AI worden ingezet. Hoe kijk je hiernaar?
“AI is echt wel een mooi hulpmiddel, maar mist het persoonlijke contact en inschattingsvermogen van een persoon. Mits goed getraind is voor een klant iemand daadwerkelijk spreken, via welk kanaal dan ook, een meerwaarde. En als we het goed doen, heeft die klant niet eens door dat ze met een externe bellen. Vakantieparken trainen bijvoorbeeld vaak hun medewerkers op locatie erg goed, zoals receptionisten. Maar alle andere communicatiestromen zijn net zo belangrijk.”
Wat doen jullie primair bij Direct Klantcontact? We kunnen ons namelijk ook indenken dat een hoop bedrijven liever met klantcontact het heft in eigen handen nemen?
“Voorop gesteld; wij werken zo nauw samen met de opdrachtgever aan scripts – die altijd in beweging zijn door feedback van de klant en onze medewerkers – dat wie wij aan de lijn krijgen niet merken dat ze met Direct Klantcontact bellen. In de praktijk is het voor bijvoorbeeld een recreatiepark ook net zo makkelijk met ons; we filteren eigenlijk de telefoontjes en schakelen alleen de juiste contactpersoon van de opdrachtgever bij als het urgent genoeg is. Onze medewerkers en hun teamleiders weten dit heel goed te doen. Wat wij aanbieden is het verhogen van capaciteit tijdens piekuren, het verzorgen van de bereikbaarheid na kantooruren en kunnen desgewenst zelfs de hele klantcommunicatie overnemen. Het hangt echt af van de behoefte van opdrachtgever, of deze nou klein of groot is.”
Je noemde net al een paar voorbeelden van voordelen van het inschakelen van een externe partij zoals Direct Klantcontact. Zijn er nog meer voordelen voor de opdrachtgever?
“Nu kan ik lastig namens alle branchegenoten spreken, dus hou ik het inderdaad specifiek op onszelf. Omdat wij namens een groot aantal bedrijven hun telefonische of online visitekaartje mogen zijn, hebben we door de jaren heen ook ontzettend veel kennis in huis gehaald. Elke script, dus het draaiboek vanuit waar we werken, is op maat gemaakt voor de specifieke opdrachtgever. Echter is het grote voordeel dat wij tijdens het maken of bijschaven van de scripts casussen van situaties bij andere opdrachtgevers kunnen inzetten, waaronder zaken waar men wellicht anders nooit aan had gedacht. Daarnaast kan het kostenefficiënter zijn om het uit te besteden. Immers hoef je dan niet één of meerdere medewerkers zelf de hele nacht te laten werken of oproep te hebben voor wellicht dat enkele telefoontje.”
Welke uitdagingen zie jij voor het beroep klantadviseur, maar ook voor jezelf en Direct Klantcontact?
“Het behalen van een consistent niveau. Daarvoor moet je als bedrijf, zoals wij dat ook doen, echt investeren in het team. Dat komt niet vanzelf, daar moet je je iedere dag echt wel hard voor maken. Klantadviseur zijn zit zoveel meer achter dan je denkt. Maar als je dat goed aanpakt, zie je daar ook de resultaten van. Dat merken wij iedere week weer.”
In het pittoreske Reestdal, verscholen in het groen van Balkbrug, ligt Camping Si-Es-An. Deze familiecamping combineert traditie en innovatie op unieke wijze. Onder leiding van Jarno Keizer en zijn vrouw Willeke is het familiebedrijf getransformeerd tot een moderne, duurzame bestemming. Tijdens een gesprek met LeisureTalk deelt Jarno het inspirerende verhaal achter de evolutie van de camping.
Een naam met een verhaal
De naam Si-Es-An is een eerbetoon aan de oorspronkelijke eigenaren Sietse en An, de kinderen van de oprichters. Dit illustreert de verbondenheid met de familiegeschiedenis en de authenticiteit die de camping uitstraalt. “We wilden een plek waar traditie en vernieuwing hand in hand gaan,” vertelt Jarno.
Een culinaire ervaring met regionale trots
Een van de belangrijkste vernieuwingen sinds de overname is de transformatie van de kantine naar een moderne brasserie. “We wilden meer dan een plek waar gasten koffie drinken. Het moest een culinaire ervaring worden met kwaliteit en streekproducten in de hoofdrol,” legt Jarno uit. De rietgedekte brasserie is jaarrond geopend en trekt zowel campinggasten als bezoekers uit de regio. Hiermee versterkt het niet alleen de beleving op de camping, maar ook de band met de lokale gemeenschap.
Duurzaamheid als kompas
Si-Es-An zet sterk in op duurzaamheid. “We planten elk jaar bomen om de camping nog beter in de natuurlijke omgeving te laten passen,” zegt Jarno. Innovaties zoals milieuvriendelijke waterbeheeroplossingen, luxe accommodaties zoals tiny houses, en chloorvrije natuurzwembaden benadrukken het duurzame karakter. “We willen laten zien dat luxe en natuur prima samengaan.”
Leveranciers en samenwerking
Bij de herontwikkeling van de camping speelt samenwerking een grote rol. Zo heeft Facet Ruimtedenkers geholpen bij de indeling en inrichting van het terrein, inclusief een toekomstgericht ontwerp voor het centrumgebied. Nexus bouwde de unieke tiny houses en cosy houses, en Outstanding leverde diverse safaritenten, waaronder de innovatieve Ranger Lodge. Lokale partners zoals loonbedrijf Koonstra, installatiebedrijf Lindekroon, en hovenierbedrijf Arjan van de Veen hebben bijgedragen aan de uitbreiding en duurzame transformaties van het terrein. “Door lokaal samen te werken, versterken we niet alleen de camping, maar ook de regionale economie,” benadrukt Jarno.
Van generatie op generatie
Camping Si-Es-An is al jarenlang eigendom van de familie Snoek. De overgang naar de volgende generatie werd zorgvuldig voorbereid. “Willeke en ik zijn al vroeg betrokken bij de bedrijfsvoering en investeringen,” vertelt Jarno. Deze geleidelijke overdracht met wederzijds respect en inlevingsvermogen heeft geleid tot een succesvolle transitie. “Te vaak wachten ondernemers te lang met het doorgeven van het stokje. Dat leidt vaak tot stilstand. Bij ons was er juist ruimte voor vernieuwing.”
Een visie op de toekomst
Onder de leiding van Jarno en Willeke is een heldere toekomstvisie ontwikkeld. De camping profileert zich sterker als natuurcamping met een focus op het unieke Reestdal. Traditionele velden maken plaats voor natuurvelden waarin recreanten zich te gast voelen in een landschap van heide en kreken. Samenwerking met het nabijgelegen Natuurinformatiecentrum De Wheem onderstreept deze groene ambitie. Het nieuwe circulaire receptiegebouw, gecombineerd met kleinschalige horeca, dient als een pleisterplaats voor gasten en omwonenden.
Een nieuw hoofdstuk voor Si-Es-An
Het vernieuwde terreinontwerp benut de kleinschaligheid van de camping optimaal. Vaste plekken en toeristische kampeerplaatsen zijn gescheiden, met elk een eigen toegang. Deze opzet biedt rust en ruimte voor elke gast. De oude generatie ondersteunt nog steeds met enthousiasme bij de dagelijkse werkzaamheden, wat bijdraagt aan een soepele overgang naar de nieuwe visie.
Een bestemming vol beleving
Camping Si-Es-An is een plek waar traditie en innovatie samenkomen. Of het nu gaat om rust in de natuur, een culinaire beleving in de brasserie, of een inspirerend voorbeeld van duurzaam ondernemen, de camping biedt het allemaal. Zoals Jarno zegt: “Onze gasten moeten zich gezien en gewaardeerd voelen, of ze nu voor het eerst komen of al jaren terugkeren.”
Met deze filosofie en hun blik op de toekomst blijft Camping Si-Es-An een unieke bestemming in het hart van het Reestdal.
Slotvraag: “En heb je nog de Postcode Loterij gewonnen?”
Jarno lacht: “Wij deden niet mee met de Postcode Loterij, dus uiteraard geen prijs. Wel veel mensen om ons heen natuurlijk, dus links of rechts profiteren wij altijd mee. Het is vooral leuk om te zien dat collega’s die voor het eerst een huis willen kopen dit niet konden en dat nu wel kan. Geld maakt natuurlijk niet gelukkig, maar wel makkelijker.”
Als verlichting voor de huidige krappe huizenmarkt wil minister Mona Keijzer het verbod op het permanent bewonen van vakantiehuisjes wettelijk opheffen. Tot die tijd vraagt ze gemeentes en andere betrokkenen het te gedogen wanneer bewoners van vakantiehuizen daar het hele jaar verblijven. Het gaat op dit moment om zeker 60.000 mensen die iedere dag van het jaar wonen in een vakantiehuis, terwijl dit volgens de wet vooralsnog niet is toegestaan.
De recreatiemarkt is nu in rep en roer. De minister heeft met haar voorstel iedereen in het harnas gejaagd (behalve natuurlijk de huidige legale bewoners). Hoe heeft het zo ver kunnen komen? Het is kommer en kwel als we de stakeholders rondom dit dossier mogen geloven.
Zag niemand dit aankomen?
Maar zij gaan er wel aan voorbij dat de situatie al jaren onhoudbaar is op heel veel campings en vakantieparken. Onder druk van de krappe huizenmarkt (dat nu het meest prangende dossier zou moeten zijn van dit kabinet) ziet men in het legaliseren een kleine verlichting voor dit maatschappelijke probleem. Overigens levert het legaliseren van wonen op een vakantiepark geen extra bijdrage in het aantal nieuwe woningen, maar voorkomt het dat er nóg meer woningzoekenden die dramatische markt op stromen.
Wat speelt er nog meer? Waarom hebben die stakeholders het in de eerste plaats zo ver laten komen, terwijl ze nu met grote krokodillentranen gezamenlijk optrekken tegen het aangekondigde beleid van Mona Keijzer? Dat is mij vreemd. Het is toch het resultaat van hun beleid? Het is heus niet zo dat alle vakantieparken verworden zijn tot een Vinex-woonwijk of een ghetto met criminelen, buitenlanders, arbeidsmigranten en bewoners met een handleiding. Desondanks staat er een nog groter probleem aan te komen van al die campings die door een aantal handige jongens zijn uitgepond in de laatste jaren, en getransformeerd zijn naar chaletparken voor semi-permanent recreëren voor eigen gebruik. De stap naar permanent wonen of verloedering van de betreffende locatie ligt in het verschiet. Het ontbreken van een toeristische agenda is hier veelal schuldig aan.
Ontstaan van het vakantiepark
We gaan even terug naar midden jaren vijftig toen ‘het huisjespark in de natuur’ is ontstaan. Op de Veluwe zagen we de eerste parken komen van o.a. PTT Pensioenfonds en de FNV, die aangesloten leden de mogelijkheid gaven in een huisje vakantie te vieren. Overigens was het dan alleen het vakantiehuisje: er waren verder geen recreatieve voorzieningen.
Andere spelers in die tijd waren o.a. Aegon, Landal GreenParks en Sporthuis Centrum (het huidige Center Parcs). Het zijn namen die ooit de basis hebben gelegd voor wat nu is verworden tot een exportproduct. Wist u dat de eerste accommodaties bij Sporthuis Centrum De Lommerbergen in 1968 bestonden uit tenthuisjes? En wist u ook dat de campingwet (inclusief voorwaarden) van recratiebrancheorganisatie RECRON uit die tijd dateert? In al die decennia daarna is er bijzonder weinig veranderd aan de voorwaarden van de RECRON. Maar de branche zélf wel! Het zijn echt niet meer alleen maar tenten. Tegenwoordig kennen we tourcaravans, stacaravans, bungalows, cottages en chalets. Boomhuizen, glamping, een tiny house of een lodge: het is niet meer te vergelijken. De vakantiewoningmarkt van tegenwoordig is compleet anders dan toen.
Ook ambtenaren bewegen weinig mee
Naast de starre voorwaarden van de RECRON hebben ook gemeentes hun beleid ten aanzien van accommodaties niet aangepast. Vandaar dat er ontwikkelaars zijn die knollen voor citroenen verkopen. Chalets worden verkocht als vakantiewoning, wielen worden ingegraven in de grond. De consument denkt een vakantiewoning te hebben gekocht, maar niets is minder waar!
Er zijn dus eigenlijk twee soorten vakantieparken. Eén die vanaf de oorsprong is bedoeld als ‘huisjespark’, en de andere waarbij een bestaande camping wordt omgeturnd tot een ‘chaletpark’. In beide gevallen bepaalt de gemeente of men er permanent mag wonen. Maar als bij de afgifte van een vergunning al geopperd wordt dat men daar mag recreëren voor eigen gebruik, is het hek van de dam. Als een camping feitelijk wordt getransformeerd naar een chaletpark, is het geen camping meer. En daar geldt geen verplichting voor toeristische verhuur. Daarmee is de kans groot te verworden tot een probleemvakantiepark.
Dus: veel campingeigenaren kregen dollartekens in hun ogen bij alleen al de gedachte aan een chaletpark. Op dezelfde plek van de tent plaats je een chalet die per seizoen duizenden euro’s meer oplevert! Ziezo: het simpele verdienmodel. Je kunt met permanente bewoning ook nog eens bezuinigen op een toeristisch aanbod of animatie en recreatie. Veel recreatieondernemers hebben zo dus zelf de hand gehad in de verloedering van hun ‘eigen’ camping of zijn ten prooi gevallen aan de chaletcowboys van de laatste jaren.
Wie zijn er allemaal verantwoordelijk? Dit zijn in onze ogen de veroorzakers:
1. Landelijke overheid
Door het gebrek aan centrale regelgeving op dit bestaande dossier moet elke gemeente het wiel opnieuw uitvinden. Door verpauperde vakantieparken ontstaat willekeur en verkwanselen de mooiste plekjes van Nederland. Juist nu de nieuwe Omgevingswet van toepassing is en er gewoonweg te weinig kennis is op het gemeentehuis. Dat is een ramp voor deze branche! Wat betekent dit voor de toekomstige ontwikkelingen? En niet in de laatste plaats het hele fiscale regiem dat investeren en/of bezit van een 2e vakantiewoning, het verdien model voor consument en projectontwikkelaar onder druk zet.
2. Gemeente
De spelregels rondom het afgeven van een bestemmingsvergunning zijn scheef. Waarom wordt bijvoorbeeld het hele jaar eigen gebruik toegestaan, zonder bijvoorbeeld verplichte verhuur met een maximumperiode van 8 weken eigen gebruik? Waarom is er geen handhaving van regels vanuit de gemeente, maar wordt de recreatieondernemer hiermee opgezadeld? Zelfs de kosten voor controle op de regels kunnen doorvertaald worden naar de toeristenbelasting. Forensenbelasting op chaletparken moet ook verdwijnen en gelijk worden getrokken met die van de vakantieparken. Er zal een landelijke regeling moeten komen om alle soorten accommodaties opnieuw in te schalen in welke categorie zij thuishoren. Wat maakt een vakantiepark een vakantiepark? Toerisme zal altijd de basis moeten zijn van nieuwe en bestaande ontwikkelingen. Maar wie pakt de regie? Wie heeft de kennis in huis binnen de gemeente om de ‘markt’ in de hand te houden? Ook de nieuwe omgevingswet lijkt een struikelblok te zijn door gebrek aan kennis en mankracht op het gemeentehuis. De markt is overgeleverd aan inhuurkrachten die als ZZP’er het beleid van de gemeente bepalen.
3. Recreatieondernemers
De ondernemer is de spil in alles als het gaat om de koers van het bedrijf. Er zijn enorm veel recreatieondernemers die achterover zijn gaan leunen met de jaaromzetten van het chaletpark, en te lang niets hebben gedaan om de tént weer sexy te houden als toeristische bestemming. Neen, één keer per jaar collecteren was voldoende…zij hebben veel loyaliteit e rechten verspeeld en het wantrouwen voor de sector vergroot.
4. De HISWA-RECRON
Met voorwaarden die niet meer van deze tijd zijn heeft HISWA-RECRON de projectontwikkelaars vrij spel geven. Ook hun recreatieadviseurs hebben het verval op veel campings en vakantieparken niet kunnen keren. Het contributiemodel maakt je afhankelijk van leden, dus moet je ze vooral pamperen en niet aanpakken. Het gezegde luidt dat een ezel zich niet twee keer aan dezelfde steen stoot, maar voor deze brancheorganisatie is dat niet van toepassing. Daar probeert men nu al voor de derde keer een boekingsplatform voor de leden op te tuigen…en zal wederom sneuvelen. Je kunt je afvragen of deze branche organisatie nog wel relevant genoeg is het tij te keren.
5. De provincie/Vitale Vakantieparken
De provincie strooit met gemeenschapsgeld in de vorm van subsidies, waaronder die naar Vitale Vakantieparken. Door vouchers voor recreatieondernemers worden kansloze parken beloond ondanks hun passiviteit en het laten verpauperen van hun bedrijf. Het valt op dat Provincie en Gemeenten veelal lijnrecht tegenover elkaar staan waar juist een gezamenlijke aanpak gewenst is.
6. Adviesbureaus
Er is al enorm veel overheidsgeld gevloeid naar commissies en adviesbureaus zonder kennis. Veel gezonde bedrijven heeft het nog niet opgeleverd. Hier ontbreekt niet alleen een centrale regie, maar ook de kennis voor het aanpakken van de lokale problemen die voor elk scenario een andere aanpak vereist. Het is toch van de gekke dat gemeenten plannen laat toetsen door adviesbureaus die als doel hebben zoveel mogelijk rapporten te slijten in plaats van echte kennis te leveren.
7. Projectontwikkelaars
De perverse prikkel die ontstaat bij het transformeren van een camping naar een chaletpark (waar enorme bedragen mee gemoeid zijn) speelt ook zeker een rol van betekenis. Vooral als men de gemeente mee krijgt om het bestemmingsplan te verruimen. Met droge ogen kunnen dergelijke partijen de eigenaren van tourcaravans en chalets de camping afgooien. Veel geld verdwijnt zo uit de markt en komt niet ten goede aan het toeristische product. Allemaal een gevolg van de houding en betrokkenheid van de overige stakeholders. Gelukkig hebben de goede ontwikkelingen nog steeds de overhand. Desondanks hebben deze partijen ook een aantal kansloze campings en vakantieparken een tweede leven bezorgd. De vraag is wat er over enkele jaren van overblijft, en of het geen locaties worden met het etiket ‘Vitale Vakantieparken’.
8. De consument
Soms is men verrast als blijkt dat het rendement niet wordt gehaald of als er nog rekeningen van parklasten en beheer moeten worden betaald. Hoewel dat toch in de kleine lettertjes stond! Over kleine lettertjes gesproken, ik moet gelijk weer denken aan zo’n cowboy die een chalet verkocht voor 100.000 euro, waarbij er 25.000 euro bonus beloofd werd. Die bonus was dus mooi een sigaar uit eigen doos. Ze weten allemaal dat bij het kopen van een chalet of vakantiewoning het niet is toegestaan om er permanent te wonen. Dat de verwachtingen anders zijn door de jaren heen komt weer door de houding van de stakeholders. En de verhuur resultaten worden bij lange na niet gehaald en ook hier niet het verwachte rendement voor de consument.
En nu? Gemeente is aan zet!
In Nederland is permanent wonen in een vakantiewoning over het algemeen niet toegestaan. Vakantiewoningen zijn bedoeld voor recreatief gebruik en vallen onder een andere bestemmingscategorie dan reguliere woningen. Gemeenten hadden dit oorspronkelijk moeten handhaven om te voorkomen dat vakantieparken veranderen in permanente woonwijken. Jammer genoeg moeten wij constateren dat men de afgelopen decennia juist de andere kant op gekeken heeft. Het bleek een makkelijke oplossing voor sociale probleemgevallen aan het loket van de gemeentes, die dit gebruikten als huisvestingsoplossing. Denk aan arbeidsmigranten, alleenstaanden door scheidingen, daklozenopvang en huisvesting van mensen met een psychische aandoening die vanwege bezuinigingen op straat kwamen te staan. Tel daar de criminelen bij op die dit veelal zagen als een prachtige uitvalsbasis buiten het zicht van de normale wereld, en je krijgt het afvalputje van de gemeente.
Er zijn echter uitzonderingen mogelijk. Sommige gemeenten staan permanente bewoning van de vakantiewoning toe, ook al voldoet de woning niet aan de oorspronkelijke eisen of bestemmingsplannen. Dit beleid verschilt per gemeente, en het is voor de consument en betrokkenen een willekeur van regelgeving en toeval waarop bijna geen peil is te trekken. Hier ontbreekt het aan landelijke spelregels.
Het is belangrijk om te benadrukken dat illegale permanente bewoning kan leiden tot handhaving door de gemeente, zoals boetes of zelfs ontruiming. Maar als er jarenlang niet wordt gehandhaafd, is het kwalijk om nu ineens als een olifant door de porseleinkast te banjeren. De rekening van deze lakse houding wordt ruw doorgeschoven. Wanneer bewoners nu zouden worden uitgezet, is er geen alternatief, ook weer door het slechte, vertraagde woningbouwbeleid van gemeentes en het door de gemeente veroorzaakte probleem van te weinig arbeidsmigrantenhuisvesting.
Wij hebben de oplossing in huis!
Steeds vaker worden wij benaderd met de vraag hoe wij tegen deze problematiek aankijken. Wij hebben wel een oplossing voor kansloze parken met het etiket #VitaleVakantieparken. Maar dat betekent: een strak regime met stappen die voor alle stakeholders gaan gelden, waarmee een logische oplossing komt. Hiermee zal niet alleen permanent wonen worden tegengegaan, maar ook de uitwassen zoals criminaliteit, witwassing en andere ongewenste neveneffecten. Zo werken we naar een gezonde bedrijfstak van vakantieparken.
Wij nemen u mee door het proces van deze aanpak, waarvan gemeenten als toekomstige opdrachtgever een gedegen uitwerking zouden kunnen verlangen.
Stappenmodel: van permanent wonen naar toeristische destinatie
Toeristische bestemming: documenteren en vaststellen wat een toeristische verhuurlocatie betreft.
Bestemmingsplan: vaststellen of dit een toeristische bestemming is óf een locatie voor eigen gebruik zonder toeristische voorzieningen.
Handhaving: controle op toeristische verhuur.
Permanent gebruik: vaststellen in welke staat accommodaties en het park verkeren en de gedoogtermijn bepalen.
Tijdelijke woonvergunning: alleen persoonsgebonden voor de duur van de vastgestelde gedoogperiode.
Exit-strategie en herontwikkeling: nog voordat de gedoogtermijn van start gaat, op basis van die vaststelling een nieuw herontwikkelingsplan opstarten.
Compensatie: percentage op de eventuele toekomstige herontwikkeling als compensatie voor ‘bewoners’ en ‘eigenaren’. Men heeft geen recht op financieel rendement en/of op de opbrengst van de verkoop kavel/accommodatie, omdat men er überhaupt al niet legaal mag wonen.
Uiteraard hoort bij elke stap een zeer gedetailleerde uitwerking. Hierin worden spelregels opgenomen met KPI’s, waarop men tot een eenduidige aanpak kan komen (rekening houdend met lokale omstandigheden). Denk creatief, door bijvoorbeeld op een locatie een miniresort te ontwikkelen met lange of korte verblijfsopties voor statushouders, arbeidsmigranten, studenten of personeel. Denk niet zo krampachtig in ‘bebouwen’ op toeristische locaties als dit past in een transitie naar een nieuwe vorm van een vakantiepark.
Moderne uitvoeringen zoals een hybride vakantiepark kunnen de oplossing zijn voor probleemgevallen. Maar ook het toestaan voor een periode van vijf tot zelfs twintig jaar gedogen kan een uitkomst zijn. Echter: dan moeten er wel beheer- en spelregels gemaakt worden voor dergelijke parken om een beheersbare situatie te realiseren. Criminaliteit en andere uitwassen moeten uitgesloten worden. En als ze toch komen bovendrijven, komt de harde handhaving-hand om de hoek kijken en volgt uitzetting. Gemeenten mogen ook uit sociaal oogpunt bewoners van zo’n vakantiepark met een dergelijke gedoogconstructie niet uitzetten. Zij hebben hun rechten al verspeeld. Uiteraard wordt er alleen gedoogd met persoonsgebonden rechten, zodat na afloop de locaties vrijkomen voor nieuwe herontwikkeling.
Op al deze stappen moet regie en controle uitgevoerd worden. De rekening hiervan moet niet alleen bij de bewoners komen te liggen die in zo’n gedoogsituatie verkeren. Ook de recreatie-eigenaar heeft, net zoals de gemeente, zijn aandeel verspeeld door het maar te laten gebeuren in plaats van er een toeristische bestemming van te maken. Mocht er eventueel tóch geld overblijven uit de opbrengst van de herontwikkeling en de opbrengsten tijdens de gedoogperiode minus de ‘kosten’, dan wordt dat naar rato tussen de eventuele eigenaren en de recreatie-eigenaar verdeeld. De sleutel hiervan wordt vastgesteld door de neutrale uitvoerder.
Je begrijpt dat dit proces niet bij een van de stakeholders moet worden neergelegd (want die buitelen over elkaar heen), maar bij een onzijdige tussenpartij. Dat is ook één van de redenen dat het nog maar zo’n twintig vakantieparken is gelukt om ze weer op de rails te krijgen. De stortvloed aan problematische vakantieparken waar het toeristische perspectief ontbreekt zal de komende jaren alleen maar groter worden. Bij gebrek aan daadkracht zal de ellende verergeren en zullen er meerdere Bibob-onderzoeken volgen. De verwachting is dat er een paar honderd “probleem” gevallen de kop op steken de komende jaren.
Hans van Leeuwen
#LeisureExpert – Trendwatcher & Recreatieadviseur
Boutiquehotels hebben hun plek in de hospitalitybranche al veroverd, maar boutique vakantieparken zijn een relatief nieuw fenomeen. Wat maakt een accommodatie eigenlijk “boutique”? Hoewel er geen eenduidige definitie bestaat, wordt het vaak gekoppeld aan een combinatie van luxe, een onderscheidend karakter en een kleinschalige opzet. Soof Heuvelrug, vertaalt deze principes naar de vakantieparksector, met een nadruk op duurzaamheid.
Luxe uitstraling
Soof Heuvelrug omvat meer dan 50 eco-lodges, opgezet met een duidelijke focus op ruimtelijkheid en privacy. Ondanks de nabijheid van de A12, is het park omgeven door natuur en biedt het bezoekers rust en een hoogwaardige verblijfservaring. Bij aankomst vallen de brasserie en receptie op door hun moderne en stijlvolle ontwerp, dat een andere sfeer oproept dan het grootschalige karakter van traditionele vakantieparken.
Het gebruik van hoogwaardige materialen is in alle aspecten van het park terug te vinden. De eco-lodges zijn circulair gebouwd en voorzien van moderne voorzieningen zoals een inductiekookplaat, combi-oven en een robuuste eettafel. De natuurlijke tinten en warme uitstraling van het interieur, sluiten naadloos aan bij de omringende natuur. Deze aandacht voor detail draagt bij aan de unieke positionering van het park binnen het hogere segment. Het park heeft het interieur laten verzorgen door het bedrijf Compleet in Stijl in.
Kwalitatieve en kleinschalige faciliteiten
In tegenstelling tot de massale voorzieningen van veel grote ketens, zet Soof Heuvelrug in op kleinschaligheid en kwaliteit. De faciliteiten, zoals een speeltuin met een klimrots en een zwembad met luxe ligstoelen, zijn niet groots van opzet, maar bieden wel een hoogwaardige ervaring. De keuze voor een relatief bescheiden, maar goed uitgevoerd voorzieningenaanbod onderstreept de boutique-benadering.
De brasserie fungeert als een centrale ontmoetingsplek en biedt naast reguliere maaltijden ook concepten zoals de thema-avonden in de zomerperiode. Dit versterkt de focus op kleinschalige, kwalitatieve beleving en onderscheidt het park binnen het recreatieve landschap.
Private dining en aanvullende services
Een belangrijk onderscheidend element van Soof Heuvelrug is het aanbod van aanvullende services. Zonder de eco-lodge te verlaten, kunnen gasten gebruik maken van opties zoals een barbecue-arrangement met producten van een lokale slager of private dining verzorgd door een professionele chef. Daarnaast worden ontspanningsdiensten zoals massages, Reiki-behandelingen en andere wellness-activiteiten aangeboden. Deze services dragen bij aan de exclusieve positionering van het park, maar maken ook deel uit van een bredere trend waarin gepersonaliseerde dienstverlening een belangrijk concurrentievoordeel is.
Duurzaamheid
Duurzaamheid speelt een centrale rol in het concept van Soof Heuvelrug. De eco-lodges zijn volledig gasvrij, uitgerust met warmtepompen en zonnepanelen, en voldoen aan de hoogste energienormen (A+++). Ook het zwembad wordt duurzaam verwarmd, en het park beschikt over oplaadpunten voor elektrische voertuigen en fietsen. Dit maakt het park aantrekkelijk voor een groeiende groep reizigers die waarde hecht aan milieubewuste keuzes. Voor investeerders biedt de sterke focus op duurzaamheid daarnaast een toekomstbestendige propositie in een markt waarin ecologische verantwoordelijkheid steeds belangrijker wordt.
Alternatief
Het boutique vakantieparkconcept biedt een onderscheidend alternatief voor traditionele verblijfsaccommodaties. Waar veel vakantieparken zich richten op een brede doelgroep met grootschalige voorzieningen, biedt een boutique-aanpak meer focus op kwaliteit, kleinschaligheid en persoonlijke beleving. Bovendien combineert het de vrijheid van een vakantiepark met de exclusiviteit en sfeer van een boutiquehotel, waardoor het een interessante optie is voor zowel gezinnen als koppels.
Voor exploitanten en investeerders biedt dit model mogelijkheden om in te spelen op veranderende klantbehoeften en de toenemende vraag naar duurzame, luxe verblijfsopties. Soof Heuvelrug illustreert hoe boutique vakantieparken niet alleen aansluiten bij hedendaagse trends, maar ook een duidelijke meerwaarde kunnen bieden in een competitieve markt.
In 2023 ging Vacansoleil, ooit een icoon in de Europese kampeerbranche, failliet. Kort daarna nam Maeva, een dochteronderneming van de Pierre & Vacances-Center Parcs Group, het merk over. Deze overname gaf Vacansoleil een tweede leven en een nieuwe kans om zijn positie als marktleider te herwinnen. “Het merk is te waardevol om verloren te laten gaan,” zegt Nicolas Beaurain, CEO van zowel Maeva als Vacansoleil.
De kracht van een merk en sterke relaties
Vacansoleil was decennialang een begrip in de kampeerwereld. Het bedrijf werd vooral gewaardeerd om zijn sterke naamsbekendheid en de langdurige relaties met campingeigenaren in heel Europa. Het wist zich te onderscheiden met innovatieve concepten zoals volledig ingerichte tenten, waarmee kamperen laagdrempeliger werd. Dit model trok een brede groep reizigers aan, van gezinnen tot avontuurlijke vakantiegangers.
“De kracht van Vacansoleil zit niet alleen in de merknaam, maar vooral in het vertrouwen dat campingeigenaren en klanten in ons hebben,” zegt Beaurain. Voor Maeva, dat al een breed netwerk in Frankrijk had, bood de overname een unieke kans om snel uit te breiden naar Noord-Europa.
De overname moest echter razendsnel plaatsvinden vanwege de faillissementsprocedure. “Bij een faillissement heb je geen maanden om een uitgebreid plan uit te werken,” legt Beaurain uit. “Het draait om snel schakelen. Natuurlijk spelen cijfers en analyses een rol, maar veel beslissingen zijn gebaseerd op ervaring en intuïtie.”
Wat het proces vergemakkelijkte, was de transparantie van Vacansoleil. “Ze waren een open boek,” zegt Beaurain. “We kregen volledig inzicht in hun financiën en de staat van het merk. Hierdoor konden we een realistisch plan maken en snel schakelen.”
Onmisbare hulp van Center Parcs
Tijdens het overnameproces was de hulp van de Nederlandse collega’s van Center Parcs van cruciaal belang. “Hun expertise gaf ons een diepgaand inzicht in de markt,” vertelt Beaurain. “Ze hielpen niet alleen met waardevol advies, maar leverden ook essentiële informatie over klantgedrag, markttrends en relaties met campingeigenaren. Dankzij hun ervaring konden we weloverwogen beslissingen nemen en snel vertrouwen opbouwen.”
Een herstart met lokaal en internationaal team Na de overname bleef een kernteam van 10 voormalige Vacansoleil-medewerkers in Nederland actief. Zij werken aan het herstel van relaties met Europese campingeigenaren en richten zich op het optimaliseren van de Nederlandse markt. “Deze medewerkers kennen de markt en onze partners door en door,” benadrukt Beaurain. “Dat maakt ze onmisbaar in het proces van vertrouwen herwinnen.”
Naast het Nederlandse team ondersteunt een team van 60 medewerkers in Frankrijk de operationele en technische kant van het merk. Zij hebben het Vacansoleil-platform opnieuw opgebouwd en zorgen voor IT-infrastructuur, financiële processen en digitale marketing. “Dit team zorgt ervoor dat we een soepel functionerend platform hebben dat klaar is voor groei in Europa,” legt Beaurain uit.
Trots op terugkeer naar de Vakantiebeurs
Een mijlpaal in de herstart van Vacansoleil was de terugkeer naar de Vakantiebeurs in Utrecht. Dit jaarlijkse evenement is een belangrijk platform voor de reisbranche en markeerde het herstel van het merk. “De reacties waren hartverwarmend,” zegt Beaurain. “Onze partners, klanten en medewerkers waren trots om te zien dat Vacansoleil terug is. Het voelde als een overwinning.” Tijdens de beurs benadrukten campingeigenaren en bezoekers hoe blij ze waren dat Vacansoleil weer actief is.
“Het was een krachtig moment,” voegt Beaurain toe. “Het symboliseerde dat we niet alleen terug zijn, maar ook sterker dan ooit bouwen aan de toekomst.”
Duurzaamheid als hoeksteen van de strategie Een belangrijke pijler voor de toekomst van Vacansoleil is duurzaamheid. “De toerismesector moet veranderen,” stelt Beaurain. “We richten ons op vakanties dichter bij huis en werken graag samen met campings die ecologische initiatieven omarmen.” Een van de meest innovatieve stappen is de mogelijke introductie van treinreispakketten voor campingvakanties. Dit concept is uniek in de branche en biedt reizigers een duurzamer alternatief. “Vervoer is verantwoordelijk voor 70% van de CO2-uitstoot in de toerismesector,” legt Beaurain uit. “Door treinreizen te combineren met ons aanbod hopen we een duurzamer alternatief te bieden.”
De introductie van treinpakketten brengt echter uitdagingen met zich mee. “De ‘last mile’, van station naar camping, blijft een obstakel,” erkent Beaurain. “We werken samen met campingeigenaren en lokale partners om oplossingen te vinden, zoals fietsverhuur. Daarnaast moet je daarbij ook kijken naar de faciliteiten op locatie en in de directe omgeving. Dat moet namelijk op orde zijn, omdat reizigers bij een treinreis vaak lichter inpakken dan een autovakantie.”
Naast duurzaamheid kijkt Vacansoleil naar nieuwe markten. Het merk onderzoekt de mogelijkheid om sneeuwbestemmingen aan te bieden, een logische uitbreiding van het portfolio. “Sneeuwbestemmingen passen perfect bij onze ambitie om gasten meer variatie te bieden,” zegt Beaurain.
Klantgerichtheid en flexibiliteit
Vacansoleil blijft investeren in klantgerichtheid. Zo zijn er flexibele annuleringsopties toegevoegd, en worden terugkerende gasten beloond met loyaliteitskortingen. Beaurain benadrukt dat luisteren naar klanten cruciaal blijft: “Feedback is een van de belangrijkste instrumenten voor ons om het merk verder te verbeteren. Daaruit kwam ook naar voren dat flexibiliteit voor onze gasten belangrijk is.”
Een belofte aan de sector
Beaurain sluit af met een duidelijke belofte: “Vacansoleil is terug. We blijven investeren in kwaliteit, innovatie en duurzaamheid. Samen bouwen we aan een sterk merk dat klaar is voor de toekomst. We faseren het merk ook niet uit, want we hebben het volste vertrouwen in Vacansoleil.”
De komende vier jaar zijn volgens Beaurain cruciaal voor de wederopbouw. “Onze ambitie is om Vacansoleil volledig te herstellen en opnieuw een leider te maken in de Europese kampeerbranche. Het merk heeft een rijke geschiedenis, en we willen die voortzetten voor de volgende generaties.”
Midden in de Brabantse Maashorst, een van de mooiste natuurgebieden van Nederland, ligt Camping Hartje Groen. Deze charme-camping weet rust, natuur en innovatie op unieke wijze te combineren. Tijdens een gesprek met LeisureTalk vertelt Joep Manders over hoe hij als conceptdenker een bestemming heeft helpen vormgeven die traditie, duurzaamheid en gastvrijheid samenbrengt.
Van groepscamping naar persoonlijke beleving
“We wilden een plek creëren waar rustzoekers en zingevingzoekers zich thuis voelen,” legt Joep uit. Acht jaar geleden werd het terrein overgenomen van de Paasheuvelgroep. Wat ooit een groepscamping was, is nu een locatie waar individuele gasten kunnen genieten van kleinschaligheid, persoonlijke aandacht en natuur. “Met respect voor de natuur hebben we het terrein volledig opnieuw ingericht,” vertelt Joep.
De innovatieve beleving van Cabin ANNA
Een van de meest opvallende kenmerken van Hartje Groen is de samenwerking met Caspar Schols, de ontwerper van de ANNA-cabins. Deze bijzondere verblijven, met hun verschuifbare glazen en houten wanden, bieden gasten in het nabijgelegen Holenbergbos de unieke kans om letterlijk dichter bij de natuur te slapen. “Het gevoel van slapen onder de sterren, beschut tegen de elementen of juist volledig in de open lucht, is wat de cabins zo speciaal maakt,” legt Joep uit. Hoewel Cabin ANNA inmiddels een internationaal succes is, blijft de Maashorst een unieke plek waar natuur en ontwerp samenkomen.
Duurzaamheid als kernwaarde
Hartje Groen hecht veel waarde aan duurzaamheid. “Het voelt voor ons logisch,” zegt Joep, “maar het is fijn om te zien dat dit ook internationaal wordt gewaardeerd.” De camping draait volledig op groene energie, beheert afval zorgvuldig en kiest voor accommodaties met een minimale voetafdruk. Deze inspanningen werden beloond met een vermelding in The Guardian’s top 10 ecobestemmingen in Europa.
Persoonlijke gastvrijheid als sleutel tot succes
Bij Hartje Groen draait alles om persoonlijke aandacht. Waar andere campings bordjes hebben met ‘Hier melden’, verwelkomt Hartje Groen zijn gasten met een entreebord waarop staat: ‘Fijn dat je er bent’. Dit kleine gebaar illustreert de gastvrijheid die de camping zo bijzonder maakt. Joep legt uit: “We willen dat mensen zich meteen thuis voelen en gezien en gewaardeerd worden.” Deze benadering zorgt voor een hoge mate van herhaalbezoek en tevreden gasten.
Joep’s achtergrond als onderwijzer blijft zichtbaar in alles wat hij doet. Hij vindt het belangrijk dat mensen in hun kracht worden gezet en dat zowel gasten als medewerkers hun passie kunnen ontdekken. Op de website wordt dit treffend omschreven met ‘Passie en Adriaan’, waarbij medewerkers delen wat hen drijft en inspireert. Joep’s humor en oprechte interesse maken hem een verbindende kracht binnen het team. Zijn ogen glinsteren wanneer hij vertelt over hoe hij mensen met elkaar verbindt en enthousiasmeert—zijn grootste drijfveren.
Een ambassadeur voor de Maashorst
Naast zijn rol binnen Hartje Groen is Joep een ware ambassadeur voor de regio. “De Maashorst is nog relatief onbekend in Nederland, maar dat maakt het juist zo bijzonder,” vertelt hij enthousiast. Samen met lokale ondernemers zet Joep de Maashorst op de kaart. “Je bezoekt niet alleen een camping; je bezoekt een regio. Daarom werken we nauw samen met lokale partijen om de Maashorst als geheel te promoten,” legt Joep uit. Deze regionale benadering versterkt zowel het aanbod als de beleving voor gasten.
Meer dan een camping
Hartje Groen is niet zomaar een camping; het is een ervaring. Of je nu op zoek bent naar rust, een innovatieve accommodatie zoals Cabin ANNA wilt proberen, of wilt genieten van de Brabantse natuur, hier ben je aan het juiste adres. Joep benadrukt dat het succes van Hartje Groen en Holenberg – home of Cabin ANNA voortkomen uit een combinatie van een sterke visie, samenwerking en liefde voor de natuur.
Wil je meer weten?
Luister naar de aflevering van LeisureTalk met Joep Manders live op de Recreatie Vakbeurs en ontdek hoe Hartje Groen een nieuwe standaard zet in recreatie. Laat je inspireren door een verhaal over duurzaamheid, gastvrijheid en innovatie in het hart van de Brabantse natuur.
’s-Hertogenbosch, 20 februari 2025 – De afgelopen drie jaar boekte 34% van de Nederlanders een reis bij een touroperator. TUI Nederland is favoriet, gevolgd door Corendon en Sunweb. Ruim twee op de drie (67%) bleef trouw aan dezelfde touroperator. Dit blijkt uit de tweede editie van de Nationale Benchmark Touroperators, een grootschalig onderzoek van Multiscope onder bijna 6.600 Nederlanders.
34% Nederlanders boekte via touroperator
Ruim een derde van Nederland (34%) boekte in de afgelopen drie jaar minstens één reis via een touroperator. Dat komt neer op ruim 5 miljoen boekers. Deze klanten zijn goed voor 12,1 miljoen boekingen in de afgelopen drie jaar.
Meeste reizen bij TUI Nederland geboekt
TUI Nederland is de populairste touroperator, gevolgd door Corendon, Sunweb, ANWB Reizen en Prijsvrij. De rest van de top tien bestaat uit aanbieders die zich oorspronkelijk specialiseerden in busreizen of verre reizen. Samen trokken deze tien partijen ruim 6,1 miljoen boekers in de afgelopen drie jaar.
Trouw aan één touroperator
Van de Nederlanders die bij een touroperator boekten, koos 67% steeds voor dezelfde. Een kwart (25%) wisselde tussen twee touroperators, terwijl 8% bij drie of meer boekte. De meeste Nederlanders blijven dus trouw aan één aanbieder.
Over Multiscope
Multiscope is een specialist in online marktonderzoek. We ondersteunen bedrijven en organisaties bij het nemen van de juiste beslissingen door middel van online panels, marktrapporten en innovatieve onderzoeksoplossingen.
De resultaten in dit persbericht komen uit de Nationale Benchmark Touroperators, een grootschalig onderzoek naar reclame, naamsbekendheid, klanten, besteding, NPS en loyaliteit in de Nederlandse markt voor touroperators. In het onderzoek zijn 6.583 respondenten van 18 jaar en ouder ondervraagd, representatief voor de Nederlandse bevolking.
Begin deze maand informeerden wij u over de verkoopstart van onze recreatiewoningen op Beach Resort Soal aan het IJsselmeer in Workum.
Het aantal reacties dat na deze nieuwsbrief binnen kwamen deden ons versteld staan. Inmiddels hebben wij, naast alle aanvragen die we hebben ontvangen, al ruim 50% van de genoemde 55 objecten verkocht.
Unieke locatie
MarinaPark Beach Resort Soal is een exclusieve vakantiebestemming met een schitterende ligging in Workum (Friesland), direct aan het IJsselmeer. Dit luxe vakantiepark is de ideale uitvalsbasis voor watersporters en natuurllefhebbers die willen genieten van rust, ruimte en comfort.
Op slechts 2 kilometer van het historische Workum biedt het resort een perfecte mix van ontspanning en activiteiten. Omgeven door prachtige wandel- en fietsroutes langs bossen, meren en authentieke Friese dorpjes, is het een paradijs voor elke vakantieganger. Het park beschikt over een eigen jachthaven, waar u uw boot kunt aanmeren en direct het water op kunt.
Aanbod en aankoopmogelijkheden
De accommodaties hebben een oppervlakte van 70 m2 en geschikt voor 4 of 6 personen. Alle objecten worden luxe en duurzaam gebouwd conform bouwbesluit, stijlvol ingericht en zijn volledig gasloos (voorzien van warmtepomp en zonnepanelen). Ieder object ligt op een royale kavel (280-350 m2) met een aangelegde tuin, terras en eigen parkeerplaats. De prijzen variëren van € 325.000,- tot € 595.000,- excl. btw k.k en incl. eigen kavel.
Let op: overdrachtsbelasting is niet van toepassing en de btw kunt u volledig terugvorderen als u de accommodatie voor volledige verhuur gaat aanbieden (ook bij privé aanschaf).
De 3 types:
- Villa Meerzicht (4/6 pers.)
- Villa L-Meerzicht (4 pers.)
- Villa L-Meerzicht (6 pers.)
Optioneel zijn deze objecten uit te breiden met o.a.:
- een berging van 2,5 x 2,5 m.
- een pergola
- een binnen- en/of buitenhaard
- een dakterras tot ruim 30 m2 (bij Villa L-Meerzicht)
- een turn-key levering
- airconditioning
Voor eigen gebruik of verhuur
Onze accommodaties kunnen worden aangeschaft voor eigen gebruik, volledige verhuur of een combinatie van beide. Bij volledige verhuur kunt u kiezen voor een vrije prognose of een gegarandeerd rendement.
’s-Hertogenbosch, 18 februari 2025 – Vakantiegangers gaven de afgelopen drie jaar €32,3
miljard uit aan boekingen via vakantieplatformen. Gemiddeld besteedden ze €697 per
boeking. Klanten gaven het meest uit bij D-reizen. Dit blijkt uit de tweede editie van de
Nationale Benchmark Vakantieplatformen, een grootschalig onderzoek van Multiscope
onder bijna 5.200 Nederlanders.
Gemiddelde besteding €697
Nederlanders besteden gemiddeld €697 per boeking, gerekend voor het hele gezelschap. Zeven
platformen overstijgen dit marktgemiddelde. In de afgelopen drie jaar deden ze in totaal 46,3
miljoen boekingen, goed voor in totaal €32,3 miljard.

Meest besteed bij D-reizen
Vakantiegangers geven meer uit op platforms die zich richten op reispakketten, zoals D-reizen
(€2.228) en Dé VakantieDiscounter (€1.668). D-reizen heeft de hoogste gemiddelde besteding van
alle platforms. Klanten besteden het minst bij HotelSpecials (€239), trivago (€306) en
Weekendjeweg.nl (€331).
Hoogste bestedingen 35- tot 49-jarigen
Vakantiegangers van 35 tot en met 49 jaar besteden gemiddeld €806 per boeking. Daarmee geeft
deze groep meer uit dan consumenten van 50 jaar of ouder (€691) en 18- tot en met 34-jarigen
(€631). Dit verschil komt doordat 35- tot en met 49-jarigen vaker kiezen voor pakketreizen.
Over Multiscope
Multiscope is een specialist in online marktonderzoek. We ondersteunen bedrijven en organisaties
bij het nemen van de juiste beslissingen door middel van online panels, marktrapporten en
innovatieve onderzoeksoplossingen.
De resultaten in dit persbericht komen uit de Nationale Benchmark Vakantieplatformen, een
grootschalig onderzoek naar reclame, naamsbekendheid, bezoek, besteding, NPS en loyaliteit in
de Nederlandse markt voor vakantieplatformen. In het onderzoek zijn 5.173 respondenten van 18
jaar en ouder ondervraagd, representatief voor de Nederlandse bevolking.