Hoe groei en duurzaamheid hand in hand gaan
Op een zonnige dag in mei 2025 opent Wim Hubrechtsen, CEO van SnowWorld, in Neuss het nieuwste paradepaardje van de groep: Abenteuer Alm. Dit Duitse buitenspeelparadijs — uiteraard mét biergarten — markeert een belangrijke mijlpaal voor het bedrijf. Niet alleen is het de grootste investering ooit in een bestaande locatie, het weerspiegelt ook de bredere transformatie die SnowWorld de afgelopen jaren heeft doorgemaakt: van een kleinschalige, seizoensgebonden speler naar een pan-Europese leisuregroep met een ambitieuze toekomstvisie.
Sinds zijn aantreden in 2018 heeft Hubrechtsen het bedrijf door stormachtige jaren geleid, van bliksemsnelle expansie tot de bijna verlammende impact van corona. Onder zijn leiding ging SnowWorld van de beurs, groeide het aantal vestigingen van twee naar tien en werden er stappen gezet richting energieneutraliteit. En belangrijker nog: de focus verschoof van pure wintersport naar jaarrond beleving, met een stevig accent op duurzaamheid, risicospreiding en klantretentie.
In dit uitgebreide gesprek, afgenomen kort na de opening van Abenteuer Alm, blikt Hubrechtsen terug én vooruit. We spreken over groeistrategieën, internationale ambities, organisatorische uitdagingen, het belang van goede mensen én de rol die SnowWorld kan spelen in een wereld waarin natuurlijke sneeuw steeds minder vanzelfsprekend is.
Welkom bij het eerste deel van een diepgravende Q&A met een CEO die zijn onderneming als een sneeuwbal groter wilt maken en daarnaast nog duurzamer en veerkrachtiger. Deel twee volgt in het volgende nummer.
SnowWorld en duurzaamheid — het lijkt een tegenstelling. Mensen denken aan energieverslindende hallen. Hoe ga je om met die perceptie, en belangrijker: wat doen jullie echt?
Dat is inderdaad een veelvoorkomende misvatting. Mensen horen ‘indoor skihal’ en denken meteen aan een energieverslindend gebouw dat constant moet koelen, vooral in een tijd waarin duurzaamheid steeds belangrijker wordt. Maar die perceptie klopt simpelweg niet met de feiten. De realiteit is dat koudeproductie, zoals wij die doen, veel minder energie-intensief is dan warmteproductie. Vergelijk het bijvoorbeeld met een gemeentelijk zwembad: daar wordt gigantisch veel energie verbruikt om het water op temperatuur te houden. Bij ons gaat het om het vasthouden van koude — een veel efficiënter proces.
Ik leg het mensen graag uit aan de hand van een simpel voorbeeld dat iedereen snapt: de vriezer bij je thuis. Denk eens aan dat apparaat: dat kan -18 of -20 graden halen, draait dag en nacht, en je steekt het gewoon in een normaal stopcontact. Het motortje is relatief klein en vraagt niet veel stroom. Je hebt geen speciale aansluiting nodig. Daartegenover staat je inductieplaat of elektrische oven — die trekt zóveel stroom dat je aparte zekeringen nodig hebt. En als je die tegelijk met andere apparaten aanzet, slaat soms de stroom eruit. Koude is technisch dus veel gemakkelijker beheersbaar dan mensen denken.
Onze skihallen werken op eenzelfde principe, maar dan op veel grotere schaal. De koelinstallaties draaien op natuurlijke koudemiddelen (ammoniak) en circuleren koude lucht efficiënt door het gebouw. Alles is goed geïsoleerd. En net als bij je vriezer: zolang de deuren dicht blijven, verlies je nauwelijks energie. Wat mensen niet beseffen is dat ons energieverbruik juist heel stabiel is. Er zijn geen pieken zoals in een fabriek of kantoor. Zomer of winter, dag of nacht — het verbruik is vrijwel vlak. En daardoor zijn we een bijzonder interessante partner voor duurzame energieopwekking.
Neem onze zonne- en windenergieprojecten. In Neuss ligt 30.000 m² zonnepanelen, in Landgraaf 16.000 en in Zoetermeer bijna 5.000. Die panelen voorzien in zo’n 20 tot 25% van ons energieverbruik. Maar het echte verschil maken we via directe afspraken met windmolenexploitanten — zogenaamde Power Purchase Agreements (PPA’s), zonder tussenkomst van energiemaatschappijen. In Nederland kopen we de volledige output van twee windmolen direct in. En omdat wij ook ’s nachts en in de winter blijven draaien, past ons profiel perfect bij windenergie. In 2024 kwam zo’n 82% van onze totale energiebehoefte uit zon en wind.
En we zitten stevig op koers om in 2030 volledig energieneutraal te zijn — op échte, gelijktijdige basis.
En dan is er nog de interne verduurzaming. We doen energie-audits op al onze locaties. Vervangen oude installaties door nieuwe, energiezuinigere technologie. Alle verlichting gaat naar slimme LED, gekoppeld aan het ticketingsysteem: zijn er minder gasten op een piste, dan dimt het licht automatisch. Is een piste tijdelijk ongebruikt? Dan zakt de verlichting tot het minimum. Warmte die vrijkomt bij koudeproductie wordt via warmteterugwinning hergebruikt voor onze hotels, restaurants of kantoren — zo halen we onze panden van het gas.
Duurzaamheid gaat bij ons verder dan energie. We zetten in op circulair watergebruik bij de sneeuwproductie, stellen eisen aan leveranciers voor verpakkingsreductie en transport. Vanaf 2028 accepteren we alleen nog elektrische leveringen. En omdat we inmiddels een grote speler zijn, kunnen we ook die eisen stellen. Duurzaamheid is voor ons geen trend of PR-verhaal. Het is onze license to operate. We kunnen niet anders. En eerlijk: we wíllen ook niet anders.
De klimaatverandering raakt ook traditionele skigebieden. Hoe zie jij de rol van SnowWorld in dit veranderende landschap? En is er contact met natuurgebieden?
Er is absoluut contact. En wat je misschien niet verwacht: we hebben een uitstekende relatie met veel skigebieden in bijvoorbeeld Oostenrijk. Ik spreek er regelmatig op congressen, laatst nog op uitnodiging van het Oostenrijks ministerie van Toerisme. Waarom? Omdat ook daar de realiteit hard binnenkomt. Gebieden onder de 2.000 meter hebben serieuze problemen met sneeuwzekerheid. De winters zijn korter, onvoorspelbaarder, en de gletsjers krimpen. Indoor skiën kan daar een oplossing bieden. Denk aan een indoor hal naast een bestaand skigebied — de berg en liften zijn er al. Je bouwt als het ware een ‘koelkast’ die seizoensonafhankelijk is.
We werken al samen met professionele ski-teams uit binnen- en buitenland. In Landgraaf trainen elke zomer topatleten, juist omdat buiten trainen niet meer vanzelfsprekend is. Vroeger gingen teams in de zomer naar Zuid-Amerika of Nieuw-Zeeland, nu komen ze naar ons. Dat is goedkoper, duurzamer én efficiënter. De Oostenrijkse skifederatie zegt het zelf: indoor is noodzakelijk, ook in Oostenrijk zelf. Om kinderen te laten kennismaken met skiën. Om trainingstijd te garanderen. En om skicultuur te behouden.
We worden dus niet gezien als concurrent van de Alpen — integendeel. We zijn partner. En de toekomst wijst in die richting. Indoor skiën wordt geen vervanging, maar een noodzakelijke aanvulling.
Jullie zijn in 2023 van de beurs gegaan. Hoe anders is het om een organisatie als SnowWorld te leiden onder private aandeelhouders in plaats van als beursgenoteerd bedrijf?
Toen ik in oktober 2018 begon bij SnowWorld — toen nog een beursgenoteerde onderneming — zag ik de beurs niet als beperking, maar als hefboom. We hadden een helder groeiplan en de beurs zou ons daarbij juist kunnen helpen. Al in december datzelfde jaar deden we de eerste acquisities. Helaas, kort daarna brak COVID uit en werden we keihard getroffen, net op het moment dat we écht wilden doorpakken. Drie lockdowns in Nederland, de onzekerheid in de leisuremarkt — dat was niet alleen een economische klap, maar ook een psychologische. De energie rond de beursnotering verdween. Tegelijkertijd zagen we hoe disproportioneel veel tijd, geld en moeite ging naar de verplichtingen die het beursbestaan met zich meebrengt: administratie, compliance, audits, rapportage-eisen.
We waren inmiddels een bedrijf met een dominante grootaandeelhouder — Marc Coucke via Alychlo — en een klein percentage vrij verhandelbare aandelen. Dan moet je je gaan afvragen: is die beursnotering het allemaal nog waard? Het antwoord was nee. We hebben vervolgens een delistingstraject opgestart en het bedrijf in private handen gebracht. En sindsdien… ja, je voelt een andere dynamiek. Meer snelheid. Meer focus. Minder bureaucratie. Onze rapportage is nog steeds professioneel en gestructureerd, maar we kunnen onze energie nu veel meer steken in de toekomst van het bedrijf. Het resultaat: we groeien harder, met meer overtuiging, en kunnen sneller schakelen als het moet.
Auteur: Micha Reij
In het tweede deel van het interview, die in het volgende nummer zal verschijnen, praten we over de groeistrategie, de uitdagingen die bij die groei komen kijken, de jaarrondstrategie en over de carrière van Wim Hubrechtsen.
Dit jaar viert Stichting Keurmerk Milieu, Veiligheid en Kwaliteit (KMVK) haar 25-jarig jubileum en dit zal. Sinds 1999 zet de stichting zich in voor duurzaamheid binnen de recreatie- en vrijetijdssector. Wat begon als de Milieubarometer groeide uit tot het internationale keurmerk Green Key, waarmee ruim 800 bedrijven in Nederland inmiddels werken. We gingen in gesprek met Erik van Dijk, managing director van Green Key en spraken ook met Pim Kromhout, eigenaar van vakantiepark de Delftse Hout om in te gaan op Green Key vanuit het perspectief van de ondernemer.
Van Milieubarometer naar Green Key
In de jaren negentig besloot brancheorganisatie RECRON dat duurzaamheid in de recreatiesector niet vrijblijvend mocht zijn. Stichting KMVK werd opgericht om onafhankelijk recreatiebedrijven te toetsen via de Milieubarometer. Dit instrument stelde ondernemers in staat om aan te tonen dat hun bedrijf milieuvriendelijk opereerde en geen bedreiging vormde voor de natuur.
In 2007 werd de Milieubarometer opgenomen in Green Key, een internationaal keurmerk van de Foundation for Environmental Education (FEE). Deze stap betekende een bredere erkenning en aansluiting bij een wereldwijd netwerk dat duurzaamheid en milieueducatie hoog in het vaandel heeft staan. Inmiddels zijn niet alleen campings en bungalowparken, maar ook hotels en jachthavens aangesloten.
Een positieve kentering
De afgelopen 25 jaar is het denken over duurzaamheid sterk veranderd. Waar in de beginjaren de nadruk lag op het voorkomen van milieuschade, ligt nu de focus op de kansen en voordelen van duurzaam ondernemen. Innovaties zoals led verlichting, duurzame bouwmaterialen, hernieuwbare energie en uitgebreide vegetarische en veganistische menu’s zijn inmiddels de norm geworden.
Duurzaam ondernemen in de praktijk: Delftse Hout
In gesprek met Pim Meijkamp, eigenaar van Recreatiecentrum Delftse Hout, werd duidelijk hoe Green Key ondernemers helpt bij verduurzaming. “Door Green Key voldoe je aan wet- en regelgeving en zorg je er structureel voor dat je bedrijf op orde is en klaar voor de toekomst,” zegt Meijkamp. Hij ziet Green Key niet alleen als erkenning, maar ook als voortdurende stimulans: “Green Key en de keurmeester zijn voor mij een stok achter de deur om bezig te blijven met duurzaamheid.”
De praktische voordelen zijn ook helder: “Als je aan de Green Key normen voor waterverbruik voldoet, scheelt het je de helft aan waterkosten en ben je goed bezig voor het milieu.” “Het bezoek van de Green Key keurmeester is de goedkoopste adviseur die je kan hebben om te sparren over de verduurzaming van je bedrijf.” Meijkamp benadrukt dat duurzaamheid naast maatschappelijke verantwoordelijkheid ook financieel voordeel oplevert:“Green Key is naast goed voor milieu en samenleving ook goed voor je portemonnee.”
Green Key blijft in beweging
In mijn gesprek met Erik van Dijk, managing director van Green Key, benadrukt hij dat het keurmerk continu meebeweegt met de markt. “Onze criteria worden elke vijf jaar herzien. Wetgeving wordt automatisch uit het systeem gehaald, omdat Green Key altijd bovenwettelijk is. Optionele criteria die breed worden toegepast, maken we verplicht. En innovatieve maatregelen van ondernemers kunnen als bonusmaatregel worden beloond.”
Van Dijk ziet dat de meest fanatieke deelnemers hun motivatie uit intrinsieke overtuiging halen: “Ze doen het omdat ze vinden dat ze de aarde beter moeten achterlaten voor volgende generaties. En omdat het bijdraagt aan de kwaliteit van hun bedrijf. Ik vind het prachtig om te zien hoe inventief ondernemers zijn en hoe ze de Green Key gebruiken als een soort APK op duurzaamheid.”
De toekomst van duurzaamheid
Stichting KMVK heeft in 25 jaar tijd laten zien dat duurzaamheid en commercieel succes hand in hand gaan. Met ruim 800 Green Key-bedrijven is de impact groot. Van Dijk sluit af: “We blijven continu aan de slag. Met onze deelnemers, met keurmeesters, met Green Key International en alle andere partners. Ons motto blijft: een juiste balans vinden tussen duurzaam ondernemen, gastvrijheid, kwaliteit en comfort. We hopen dit werk nog heel lang te mogen doen.”
Feiten over Green Key
- Opgericht in 1999 als project van RECRON (via Stichting KMVK)
- Internationaal keurmerk onder FEE (Foundation for Environmental Education) sinds 2007
- Ruim 800 Green Key-bedrijven in Nederland, variërend van campings tot hotels
- 145 jachthavens met de Blauwe Vlag, het keurmerk voor waterrecreatie
- Herziening criteria elke 5 jaar: optionele maatregelen kunnen verplicht worden, wetgeving wordt automatisch geschrapt
- Bonus-normen: ondernemers worden beloond voor innovatieve duurzame maatregelen
Wil je meer informatie over Green Key? [email protected] of www.greenkey.nl
In het hart van recreatiegebied Nieuw Wulven, tussen Utrecht, Houten en Bunnik, verrijst deze zomer een bijzonder project: Wereld van Weelde. We bezochten de plek tijdens de laatste loodjes van de bouw; de opening is gepland net voor het uitkomen van dit nummer.
Onder leiding van de Houtense ondernemer Saskia Hagedoorn wordt hier een duurzame ontmoetingsplek gecreëerd, waar natuur, gastronomie en gemeenschap samenkomen. “Dit gebied verdient een plek die schoonheid, rust en betekenis samenbrengt,” zegt Hagedoorn. “In de moestuin wordt het voedsel geteeld dat door de chef-koks elke dag vers wordt bereid tot heerlijke gerechten.”
Een visie geworteld in de natuur
Wereld van Weelde is veel meer dan een restaurant; het is een levendig ecosysteem dat letterlijk geworteld is in de natuur. Op vier hectare grond past het team agroforestry-methoden toe, waarbij bomen, struiken, gewassen en kruiden niet alleen een heerlijke oogst opleveren maar ook de biodiversiteit versterken. “We willen de grens tussen natuur en voedselproductie vervagen,” aldus Hagedoorn. Groenten, fruit en kruiden groeien hier in harmonie met de natuur, en worden direct verwerkt in een keuken die voor 99% biologisch is.
Het gebouw zelf is een statement. Biobased materialen — waaronder hergebruikt hout uit damwanden, vlonders en Oost-Europese schuren, leemstuc, kurkvloeren en kurkbehang — geven het geheel een warme, aardse uitstraling en heerlijk binnenklimaat. “Kurk is fantastisch,” zegt Hagedoorn. “Je stript de boom zonder hem te kappen én het verbetert de akoestiek. Daarna herstelt de boom zich vanzelf, waardoor het volledig hernieuwbaar is.” Technisch is het pand uitgerust met triple glas, zonnepanelen, een warmtepomp en vloerverwarming. Duurzaamheid is hier geen marketingterm, maar tot in het fundament doorgevoerd. “Alles wat we hier doen sta ik achter en doen we omdat we er zelf in geloven, zowel uit ideaal perspectief als ondernemerschap.”
Van corporate carrière naar duurzaam ondernemerschap
Voordat ze aan Wereld van Weelde begon, werkte Hagedoorn jarenlang in het duurzame bedrijfsleven, onder andere binnen de sector voor hernieuwbare energie en circulaire innovaties.. “Ik vind het geweldig om een bedrijf op te zetten vanuit niets en een positief voorbeeld te kunnen zijn voor anderen om ook iets duurzamer te gaan leven”. Voor haar is Wereld van Weelde het antwoord op de vraag wat er gebeurt als idealisme en ondernemerschap samenkomen.
“Natuurlijk is het spannend. Een investering van bijna drie miljoen euro maak je niet zomaar. Maar mijn plan op deze plek klopt — inhoudelijk, esthetisch en economisch. En een grote uitdaging past gewoon ontzettend goed bij mij.” Het plan heeft ze in 2023 gemaakt, in 2024 begon de bouw en nu, halverwege 2025, is het bijna klaar. De bouw en aanleg van het terrein stuurt ze zelf aan. “We bouwen hier aan iets dat je voelt zodra je het terrein oploopt. Mensen herkennen echtheid. En dat maakt het verschil.”
Een plek voor iedereen
Wereld van Weelde wil niet alleen inspireren, maar ook uitnodigen. “Of je nu komt wandelen, lunchen, vergaderen of met je kinderen op ontdekkingstocht wilt — het moet toegankelijk zijn voor iedereen,” zegt Hagedoorn. De locatie biedt een grote zaal met balkon, kleinere ruimtes voor zakelijke bijeenkomsten en uitzicht op het groen. Er passen 130 personen in de grote zaal en het restaurant beschikt straks over 130 zitplekken, met een evenwichtige verdeling tussen binnen en buiten.
Het interieur bestaat uit zorgvuldig geselecteerde tweedehands meubels, natuurlijke materialen en aardse tinten. Buiten worden een grote verscheidenheid aan bomen, struiken, kruiden en bloemen geplant en komt er een educatieve bijenstal. Daarnaast gaat Wereld van Weelde investeren in de bestaande openbare speeltuin in het gebied, zodat ook kinderen uit de buurt profiteren van deze ontwikkeling.
Kwaliteit als verdienmodel
Hagedoorn is uitgesproken over hoe duurzaam en commercieel elkaar niet hoeven te bijten. “Je hoeft geen concessies te doen aan kwaliteit om duurzaam te zijn. Integendeel. Genieten en een betere wereld gaan perfect samen.”
Het menu wordt overwegend plantaardig, maar niet dogmatisch. “Geen biefstuk, maar ook niet alleen maar groente,” grapt ze. Ze bemoeit zich tot op zekere hoogte met het menu, maar laat het team ruimte voor creativiteit. De keuken zal seizoensgebonden koken, met veel uit eigen tuin. “We richten ons ook op mensen die helemaal niet bezig zijn met duurzaamheid,” zegt ze. “Die gewoon een mooie plek en iets lekkers zoeken. En ongemerkt nemen ze iets mee naar huis. Een idee. Een ervaring.”
Samenwerking en toekomstvisie
Wereld van Weelde is tot stand gekomen in samenwerking met Staatsbosbeheer, de gemeente Houten en de provincie Utrecht. “We zijn onderdeel van een groter systeem. Zonder draagvlak vanuit de omgeving ben je nergens,” aldus Hagedoorn.
Het natuurgebied rondom het restaurant blijft vrij toegankelijk. De recreatieve waarde wordt vergroot, niet beperkt. “We versterken wat er al is. We voegen wat toe.” Met de opening gepland voor juni 2025 is Wereld van Weelde een voorbeeld van wat er mogelijk is wanneer visie, vakmanschap en vertrouwen samenkomen. Het is een vooruitstrevend project, dat laat zien hoe duurzaamheid niet alleen een morele plicht is, maar ook een motor voor innovatie, gemeenschap en economische waarde.
Auteur: Micha Reij
Van 4 t/m 6 november verandert Montpellier in het epicentrum van de Europese outdoor hospitality-sector. Met ruim 18.000 vakbezoekers, 730 exposanten en 10 beurshallen was de SETT-beurs in 2024 al indrukwekkend te noemen en heb ik de afgelopen 15 jaar waarin ikzelf als expert en exposant de beurs heb mogen bezoeken flink zien groeien in omvang en in professionaliteit. De editie van 2025 belooft dat succes verder uit te bouwen. SETT – een afkorting van Salon Européen des Tendances Touristiques – staat al jaren bekend als dé toonaangevende Europese vakbeurs voor professionals in de recreatiesector.
Een breed speelveld voor recreatieprofessionals
SETT richt zich op een breed scala aan vakgebieden binnen de recreatiesector: van campingeigenaren en glampingondernemers tot leveranciers van zwembaden, software, wellness, horeca-apparatuur en landschapsinrichting. Ook voor gemeenten, attractieparken en recreatieontwikkelaars is deze beurs relevant.
In totaal worden zeven sectoren bediend, waaronder:
- Recreatieve accommodaties zoals chalets, safaritenten en tiny houses
- Spel & recreatie, met sportvoorzieningen, speeltuinen en opblaasstructuren
- Digitale diensten, van reserveringssoftware tot marketingbureaus
- Zwembaden en wellness, inclusief jacuzzi’s, hamams en energiezuinige installaties
Franse oorsprong, Europese allure
Wat begon in 1978 als een regionale beurs van de Fédération de l’Hôtellerie de Plein Air Occitanie, is inmiddels uitgegroeid tot een ijkpunt voor de hele branche. De beurs wordt gedragen door zeven regionale Franse federaties en heeft door de jaren heen een sterke internationale uitstraling gekregen. In 2024 was al 10,5% van de bezoekers afkomstig uit het buitenland.
Netwerken, innoveren en vieren
SETT biedt meer dan stands alleen. Gedurende drie dagen kunnen bezoekers deelnemen aan inhoudelijke conferenties, netwerkmomenten en feestelijke bijeenkomsten. Een vast onderdeel zijn de SETT d’Or Awards, waarbij de meest innovatieve oplossingen voor de sector in de spotlights worden gezet. In 2024 deden meer dan 50 bedrijven mee, met inzendingen variërend van software en energieoplossingen tot originele accommodatieconcepten.
Waarom SETT relevant is voor Nederlandse ondernemers
De Franse kampeermarkt is met een jaarlijkse omzet van bijna 3 miljard euro nog steeds een van de grootste in Europa. SETT is dan ook een uitstekende plek om trends te signaleren, partners te vinden en inzicht te krijgen in de investeringsbehoeften van Franse en internationale exploitanten. Campings besteden gemiddeld 22% van hun omzet aan investeringen — dat maakt deze beurs commercieel interessant voor aanbieders van producten én diensten. Bovendien fungeert SETT als ontmoetingsplek aan het einde van het seizoen. Zoals een exposant treffend zei: “Het is een moment om bij te komen, nieuwe dingen te ontdekken en tegelijkertijd te bouwen aan relaties.”
Praktisch
Datum: 4 t/m 6 november 2025
Locatie: Montpellier Exhibition Centre, Frankrijk
Meer info: www.salonsett.com
Of je nu leverancier bent, ondernemer met uitbreidingsplannen of gewoon op zoek naar nieuwe inspiratie voor jouw recreatiebedrijf — SETT 2025 is een must op de agenda.
Inspiratiereis naar SETT 2025 met exclusief kijkje achter de schermen!
Wil je niet alleen de beurs bezoeken, maar ook nog inspiratie op doen en netwerken met andere Nederlandse ondernemers? Van 3 t/m 6 november 2025 organiseren HISWA-RECRON en France-Compagnie een unieke inspiratiereis naar Montpellier voor recreatieondernemers. Deelnemers bezoeken niet alleen de vakbeurs SETT, maar krijgen ook exclusieve toegang tot een aantal van de meest toonaangevende Zuid-Franse topcampings, waaronder Le Sérignan Plage, Sandaya Domaine de la Dragonnière, Club Farret, en het nieuwe Roompot Beach Resort Agde.
Daarnaast bevat het programma een bezoek aan het hoofdkantoor van Sandaya én een netwerkborrel met de Franse nationale campingfederatie FNHPA – ideaal om je internationale netwerk uit te breiden.
Kosten: €1.895,- p.p.
Meer info en aanmelden:www.hiswarecron.nl/inspiratiereis
De watersportsector staat voor een grote uitdaging: hoe maken we jachthavens en vaargebieden niet alleen aantrekkelijker, maar ook duurzamer? Terwijl de verblijfsrecreatie al jaren vooroploopt met maatwerk en comfort, blijft de watersportsector vaak steken in technische faciliteiten en standaardoplossingen. In dit interview deelt Rob Vrolijks, watersportexpert en bedenker van Havens à la Carte, zijn visie op de toekomst van waterrecreatie. Hij belicht trends zoals elektrisch varen, samenwerking tussen overheden en ondernemers, en internationale voorbeelden die Nederland kunnen inspireren. Hoe zorgen we ervoor dat jachthavens veranderen van parkeerplek naar verblijfsplek – en hoe kunnen we onze unieke waterkaart benutten als duurzaam toeristisch visitekaartje? ik sprak hierover met Rob Vrolijks, watersport expert en initiatiefnemer van onder meer Havens à la Carte.
Duurzaamheid in de jachthaven: keuzes en kansen
Volgens Vrolijks heeft de watersportsector veel te leren van de verblijfsrecreatie. “In dertig jaar is de kampeersector getransformeerd van een basisproduct naar een veelzijdig aanbod. De jachthavens zijn daarentegen nog te veel gericht op de technische kant: ligplaatsen en faciliteiten die voor iedereen gelijk zijn,” stelt hij. Vrolijks pleit voor maatwerk: “Havens moeten individuele keuzes bieden qua comfort, service en duurzaamheid, zoals duurzame energievoorzieningen op ligplaatsniveau.”
Duurzaamheid is al een thema, met bijvoorbeeld het groeiend aantal Blauwe Vlaggen en de aandacht voor duurzame materialen. Toch ziet Vrolijks ruimte voor verbetering. “Duurzaamheid wordt vaak gekoppeld aan elektrisch varen, maar het vervangen van een motor die nog goed functioneert is niet per se duurzaam. Het knelpunt zit vaker bij de energie-infrastructuur van havens. Met slim energiemanagement, bijvoorbeeld opladen op momenten dat er veel wind- of zonne-energie beschikbaar is, kunnen havens een flinke slag slaan.”
Van parkeerplek naar verblijfsplek
De rol van jachthavens verandert: van vertrekpunt naar verblijfsplek. Vrolijks licht toe: “Steeds meer mensen overnachten in hun boot of op de wal. Dit vraagt om betere voorzieningen, service en een hogere verblijfskwaliteit. Maatwerk per ligplaats zorgt bovendien voor lager energieverbruik en bewuster gebruik. En aantrekkelijke havens zorgen ervoor dat mensen minder vaak wegvaren, wat de impact op natuurgebieden vermindert.”
Een belangrijke trend ziet hij in het toenemende gebruik van boten als dagboot. “Mensen varen korter en minder ver. Dit maakt elektrisch varen aantrekkelijker, zeker in combinatie met de trend van bootdelen of huren. Elektrisch varen vraagt bovendien minder onderhoud, is stiller, schoner en vriendelijker voor natuurgebieden.”
Innovatie en samenwerking als sleutel
Met Havens à la Carte ontwikkelt Vrolijks instrumenten om keuzes en scenario’s voor jachthavens inzichtelijk te maken. “Door keuzes zichtbaar te maken en eenvoudig uit te leggen, ontstaat er een brug tussen watersporters, beleidsmakers en ondernemers. Zo kun je gezamenlijk werken aan een toekomstvisie voor een haven, stad of vaargebied waarin duurzaamheid een vanzelfsprekend onderdeel is.”
Samenwerking tussen overheden, bedrijven en gebruikers is cruciaal. “Watersport is bij uitstek een sector waar die samenwerking noodzakelijk is. Overheden moeten niet te solistisch opereren, en bedrijven moeten oog hebben voor de bredere belangen van de overheid en omgeving. Op gebiedsniveau werken aan een gezamenlijke visie is de basis.”
Inspiratie uit binnen- en buitenland
Vrolijks noemt Kopenhagen als inspirerend voorbeeld. “Daar is water een integraal onderdeel van de openbare ruimte, met zwemplekken, wandelroutes over steigers en trapjes naar het water. Dat vraagt lef en investeringen, maar levert een bruisende en toegankelijke waterkant op.”
Ook haalt hij de narrowboats in Engeland aan: “Vroeger werden die kleine vrachtscheepjes gebruikt als woonruimte voor de armsten. Nu vormen ze een uniek toeristisch vaarproduct, met kleurrijke schepen en een bijzondere sfeer. Zulke initiatieven brengen nieuwe vormen van watersport, vragen om andere voorzieningen en zorgen voor levendigheid op het water.”
Toekomstvisie: een veelzijdige en duurzame sector
Over tien tot vijftien jaar voorziet Vrolijks een sector waarin nieuwe generaties watersporters de rol van de oudere garde overnemen. “Zij zullen kiezen voor duurzamere opties, zoals elektrische boten en gedeeld eigendom. Dat is deels wensdenken, want de verkoop van snelle motorboten blijft sterk. Daarom is zonering cruciaal: hardvaren moet kunnen waar het weinig impact heeft op natuur en andere gebruikers.”
De grootste uitdaging is volgens hem het verjongen van de sector. “We moeten nieuwe concepten ontwikkelen die aansluiten bij verschillende levensfasen, zoals verhuur en gedeeld gebruik. Nederland heeft met zijn unieke waterkaart – van oude trekvaarten tot rivieren en afgesloten zeearmen – een ongekend veelzijdig aanbod. Dat biedt enorme kansen voor duurzame waterrecreatie, zowel voor Nederlandse als buitenlandse gasten.”
Auteur: RICHARD OTTEN
Sinds twee jaar staat de Belg Carl Lenaerts aan het roer van de Plopsa Group, waar hij de in opspraak geraakte toenmalige CEO verving. Plopsa Group exploiteert zelf (indoor) pretparken, hotels, zwembaden, verblijfsaccomodaties en theaters in Nederland, België en Duitsland. Daarnaast zijn er parken van de groep onder licentie te vinden in Polen en Tsjechië. Met het seizoen in volle gang spraken wij met hem, met vanuit zijn kantoor uitzicht op het flagship park Plopsaland De Panne én een knuffel van Studio 100-figaar Bumba op de vensterbank.
Carl, hoe ben je bij Plopsa terecht gekomen?
“Plopsa heeft mij gevonden via een headhunter. Zo’n proces verloopt vrij klassiek: de headhunter heeft lijstjes met potentiële kandidaten en zo kwamen ze bij mij terecht. We zijn begin juni 2023 met gesprekken begonnen en waren er midden augustus uit. Het voordeel was dat Plopsa voor mij geen onbekende organisatie was, doordat ik vanuit mijn tijd bij Kinepolis al met hen had samengewerkt en we tijdens corona samen hebben opgetrokken om de entertainmentsector door de crisis te leiden. Daarvoor ben ik jarenlang actief geweest bij Kinepolis, waar ik verantwoordelijk was voor de Belgische markt en later de internationale expansie naar onder andere Nederland begeleidde. Vlak voor mijn overstap naar Plopsa was ik werkzaam in de retail, waar ik eindverantwoordelijke was bij een grote Belgische boekenhandel, tot Plopsa langskwam met deze uitdaging. Ondanks de negatieve media-aandacht rondom Plopsa op dat moment (i.vm. gedrag van de toenmalige directie, red.) heb ik nooit getwijfeld om hieraan te beginnen. Ik kijk altijd vooruit en ben van nature positief ingesteld. Ik voelde onmiddellijk dat er bij de aandeelhouders en het team veel ambitie en een positieve instelling aanwezig was. Dat gaf mij het vertrouwen om deze mooie uitdaging aan te gaan.”
Waar legde jij in de beginperiode de focus op binnen de organisatie?
“In het begin heb ik vooral gefocust op het creëren van een positieve mindset, om bij iedereen opnieuw die Plopsa-fierheid terug te brengen. We hebben samen een plan geschreven. Niet een plan dat zomaar uit de hoed van een nieuwe CEO kwam, maar echt luisteren naar de aandeelhouders, hun wensen en ambities begrijpen en die vertalen in een gezamenlijk gedragen strategie. Iedereen die het moest uitvoeren, zat mee aan de tekentafel. Het was niet alleen mijn verhaal of dat van Hans Bourlon en Gert Verhulst (oprichters en meerderheidsaandeelhouders moederbedrijf Studio 100) , maar van alle mensen binnen de organisatie. Die betrokkenheid zorgt voor verantwoordelijkheid en commitment.”
Hoe kijk jij naar contact met de medewerkers en je eigen aanwezigheid in de parken?
“Elke dag dat ik in De Panne of een ander park ben, neem ik altijd de tijd om het park rond te lopen. Als ik ‘s ochtends aankom, loop ik meteen even door het hotel en het park. Doorheen de dag probeer ik regelmatig even buiten te komen om het contact met medewerkers op te zoeken. Mijn deur staat altijd open, en iedereen kan bij mij een koffie komen drinken. Dat is geen gimmick, dat is echt zo. Mensen voelen daardoor dat ze me kunnen aanspreken als er iets is. Die korte lijnen, transparantie en communicatie in alle richtingen vind ik enorm belangrijk. Iedereen moet weten waarom we iets doen, hoe klein hun bijdrage soms ook lijkt. Als mensen weten dat hun werk écht het verschil maakt, voelen ze zich betrokken en verantwoordelijk.”
In andere media heb je wel eens gesproken over ‘’Worden wie we zijn”. Wat bedoel je daar precies mee?
“Met ‘we gaan worden wie we zijn’ bedoel ik dat we teruggaan naar de essentie van wat Plopsa uniek maakt. We willen duidelijkheid creëren over onze missie, ambitie en strategische richting, maar vooral ook écht trouw blijven aan onze identiteit en het DNA van onze parken. Dat betekent niet alleen vasthouden aan waar we al jaren sterk in zijn, maar ook bewust blijven investeren in kwaliteit, innovatie en een optimale bezoekersbeleving. Uiteindelijk is het belangrijk dat we vanuit die kernwaarden vertrekken en er samen met alle medewerkers voor zorgen dat Plopsa steeds beter wordt in wat we al zijn.”
En wat is die strategische richting?
“Onze strategie draait rond een 360-gradenaanpak, waarmee we een complete beleving willen bieden. Dat betekent op één locatie een combinatie van een outdoor park, indoor park, hospitality zoals hotels of vakantieverblijven, en ook een waterpark. Zo creëren we écht een resortervaring, zoals we dat hier in De Panne al hebben gedaan. Dit willen we ook zeker in andere landen verder uitrollen. Als we bijvoorbeeld in Holiday Park in Duitsland of elders hotels bouwen, zullen we dezelfde hoge standaard hanteren als in De Panne. Momenteel investeren we trouwens fors in Holiday Park, waar we zo’n 80 miljoen euro steken in uitbreidingen en vernieuwingen, waaronder een nieuw waterpark, extra attracties en nieuwe faciliteiten. Uitbreiden betekent overigens niet simpelweg overal een Studio 100-sausje overheen gieten. Elke locatie heeft haar eigen karakter, identiteit en behoeftes. Natuurlijk gebruiken we ons sterke Studio 100-IP, maar altijd aangepast aan de lokale markt en doelgroep. We willen niet klakkeloos kopiëren, maar steeds maatwerk leveren dat aansluit bij de bezoekerservaring die we op die specifieke locatie willen bieden.”
Jullie breiden dus flink uit in de parken, maar zijn nieuwe parken bouwen of bestaande parken overnemen ook nog opties voor de toekomst?
“Absoluut. Groei is voor Plopsa belangrijk, zowel via uitbreiding en vernieuwing van onze bestaande parken als via het verwerven van nieuwe locaties. Nieuwe parken zijn dus zeker bespreekbaar voor ons. Natuurlijk is het eenvoudiger om te groeien in landen waar we al actief zijn, zoals België, Nederland of Duitsland, omdat we daar al een organisatie en affiniteit met de markt hebben. Maar we sluiten niets uit: als er kansen in andere landen voorbijkomen die passen bij ons DNA, dan kijken we daar zeker serieus naar. Nieuwe locaties moeten wel echt bij ons passen en aansluiten bij onze visie. Dus ja, we staan open voor nieuwe parken, mits de juiste opportuniteiten zich voordoen.”
Plopsa Group is een grote organisatie, met dus parken in verschillende landen. Bovendien blijven jullie groeien. Is de organisatiestructuur hierop ingericht?
“Bij Plopsa hebben we een duidelijke organisatiestructuur, omdat we inderdaad continu met veel projecten tegelijk bezig zijn. We hebben een managementteam met daarin onder andere operations, sales & marketing, techniek, human capital en sinds kort ook een Chief of Staff. Elk land waarin we actief zijn heeft daarnaast zijn eigen aanspreekpunten, zodat er lokaal snel geschakeld kan worden. De fysieke afstand tussen onze parken brengt uiteraard praktische uitdagingen met zich mee, zeker met Holiday Park in Duitsland, dat toch een eind verder ligt. Zelf ben ik minstens één keer per maand in Duitsland aanwezig, en onze andere directieleden bezoeken het park om de twee à drie weken. We laten Holiday Park absoluut niet aan zijn lot over; er is constant aandacht en betrokkenheid vanuit onze centrale organisatie. Daarbij geloof ik sterk in persoonlijk contact en een goede planning: if you care, be there. Zo zorg je dat iedereen zich verbonden voelt en dat de samenwerking optimaal blijft, ondanks de afstanden.”
In jullie portfolio is indoor pretpark Plopsa Station Antwerp een opvallende; de 360 graden benadering zal daar zeker niet lukken. Is een tweede indoor stationspark in een grote Europese stad iets wat op jullie verlanglijst staat?
“Op dit moment zijn er geen plannen voor een tweede Plopsa Station zoals in Antwerpen. Dat was inderdaad een unieke stap, omdat het concept van een indoor-pretpark in een stationsgebouw sterk afwijkt van onze 360-gradenstrategie die we op andere locaties toepassen. We blijven natuurlijk altijd openstaan voor nieuwe mogelijkheden en kansen, maar momenteel ligt onze focus duidelijk op verdere ontwikkeling en uitbreiding van onze bestaande parken volgens die 360-gradenbenadering.”
Je geeft aan dat je bij elk park ook sterk kijkt naar lokale wensen bij het publiek. Jullie hebben bijvoorbeeld in De Panne attracties voor de allerjongste bezoekers, maar zetten daar met Tomorrowland: Ride to Happiness een ontzettend heftige achtbaan van Europees topniveau neer. Dit zijn twee uitersten. Wie is binnen de gehele groep genomen jullie primaire doelgroep?
“We richten ons met Plopsa op een heel brede, familiaire doelgroep. Onze parken zijn bewust toegankelijk gemaakt voor alle leeftijden, letterlijk van de allerjongste bezoekers tot en met hun grootouders. Natuurlijk hebben we attracties zoals Bumba voor de jongste kinderen, maar tegelijkertijd kiezen we ook bewust voor extreem uitdagende attracties zoals ‘The Ride to Happiness by Tomorrowland’, wat echt een spectaculaire, heftige achtbaan is die op Europees topniveau staat. Daarmee spreken we nadrukkelijk ook oudere kinderen, tieners en volwassenen aan. Juist deze combinatie van uitersten maakt ons aanbod compleet en aantrekkelijk voor gezinnen en families. Ons primaire publiek blijft dus het gezin in de breedste zin van het woord: iedereen, jong en oud, moet zich bij ons kunnen vermaken. En juist doordat we duidelijk rekening houden met de wensen van elke leeftijdsgroep, bieden we ook daadwerkelijk voor iedereen een waardevolle ervaring.”
Je hebt het over familiaal, waarin in jullie visie ook echte thrillrides thuishoren. Echter is de net besproken The Ride to Happiness by Tomorrowland meestal een stuk rustiger dan de familieattracties in de Panne. Hoe kijk je hiernaar?
“Dat klopt inderdaad. Hoewel we The Ride to Happiness by Tomorrowland bewust hebben neergezet als extreme thrillride van Europees topniveau, zien we inderdaad dat deze attractie doorgaans rustiger is dan de typische familieattracties. Onze primaire doelgroep blijft natuurlijk gezinnen, maar we zien binnen Plopsaland De Panne duidelijk verschillende bezoekstromen: gezinnen met hele jonge kinderen trekken bijvoorbeeld direct naar indoor-gebieden als Mayaland, terwijl oudere kinderen en tieners juist snel richting de thrillrides zoals The Ride to Happiness by Tomorrowland gaan. Hoewel deze laatste groep misschien kleiner lijkt, vinden we het toch belangrijk om ook hen iets te bieden. Het gaat om een evenwicht en diversiteit binnen het aanbod. We zullen echter altijd blijven kijken naar wat het park nog nodig heeft, en naar wat past binnen onze familiale visie. Thrillrides blijven dus zeker onderdeel van onze strategie, maar altijd zorgvuldig in balans met de rest van het attractieaanbod.”
In het verleden kreeg Plopsa fikse kritieken op de kwaliteit van de horeca én de prijzen. De prijzen zijn zelfs een keer neer beneden bijgesteld. Ben je hier dan, met het oog op het verleden, extra scherp op om herhaling te voorkomen?
“Ja, daar zijn we absoluut scherp op. We hebben intern twee belangrijke principes opgesteld: ‘less is more’ en ‘wat we doen, doen we goed’. Met ‘less is more’ bedoelen we dat we niet overal alles willen aanbieden; we zorgen er liever voor dat elk horecapunt een duidelijke identiteit krijgt. Daarnaast hanteren we het principe ‘wat we doen, doen we goed’, waarmee we zorgen voor een betere prijs-kwaliteitsverhouding. Elk product, of dat nu een simpele snack of een uitgebreidere maaltijd is, moet kwalitatief goed zijn en passen bij de prijs die we vragen. Natuurlijk zullen mensen altijd kritisch zijn op prijzen, maar zolang bezoekers voelen dat de kwaliteit klopt bij de prijs, voorkom je het soort kritieken dat we in het verleden kregen. Daar letten we nu extra scherp op. Meer dan ooit werken we aan concepten en ideeën die uniek zijn voor onze bezoekers. De klassieke friet blijft uiteraard op het menu, maar we willen ook gerechten en snacks aanbieden die je thuis niet snel tegenkomt. Tenslotte ben je hier op vakantie!”
Dan even een totaal ander onderwerp, namelijk de fase voordat mensen de parken bezoeken. Hoe pakken jullie de marketing aan?
“Onze marketingstrategie sluit naadloos aan bij het uitgangspunt ‘worden wie we zijn’. We kiezen er heel bewust voor om terug te gaan naar de kern van ons merk: kwaliteit, entertainment en uiteraard ons sterke Studio 100-IP. Het afgelopen jaar waren de Studio 100-figuren daarom zichtbaarder dan ooit, met als absoluut hoogtepunt het grote Studio 100 Festival in Plopsaland De Panne. Zo versterken we actief de emotionele verbinding met onze bezoekers en brengen we onze parken letterlijk en figuurlijk nog dichter bij onze roots. Tegelijkertijd heeft elk park ook de vrijheid om lokale accenten aan te brengen, omdat het publiek in elk park natuurlijk nét iets anders is. Daarom heeft ieder park ook zijn eigen marketingverantwoordelijke, die specifiek inspeelt op de lokale behoeften. Overigens zien we ook dat dit aanslaat, zeker gecombineerd met onze 360-graden aanpak, want 2024 was het beste jaar ooit van de groep.”
Over jullie IP gesproken; tijdens ons gesprek viel het oog op de knuffel van Bumba die achter jou in de vensterbank staat. Vertel?
“Ja, Bumba is absoluut mijn favoriete Studio 100-figuur. Niet alleen omdat Bumba universeel en tijdloos is—want hij spreekt immers geen echte taal en bereikt daardoor zelfs de allerkleinste kinderen—maar vooral omdat dit figuurtje letterlijk generaties overstijgt. Om het persoonlijk te maken: mijn dochters zijn inmiddels jongvolwassenen, 21 en 24 jaar oud, maar hebben nog steeds een Bumba-knuffel thuis én zelfs op hun studentenkamer. Dat laat zien hoe sterk dit IP is en hoe diep het geworteld zit in gezinnen, inclusief het mijne.”
Je gaf eerder aan altijd vooruit te kijken en jouw enthousiasme voor de branche is ook duidelijk hoorbaar tijdens dit interview. De pretparkwereld is soms eigenlijk maar een klein wereldje waarin heel veel mensen elkaar kennen. Is er een park waar jij en Plopsa Group nog wat van kunnen leren?
“Zeker, en eigenlijk kunnen we van heel veel parken leren. Ik geloof sterk in de kracht van kijken naar anderen, want elk park heeft wel iets waar het uitzonderlijk goed in is. Natuurlijk haal je inspiratie bij de allergrootsten zoals Disney, met bijvoorbeeld hun indrukwekkende Star Wars-gebied. Hoewel hun budgetten natuurlijk onvergelijkbaar zijn met die van ons, kunnen we enorm veel leren van de principes die zij toepassen in thematisering, storytelling en oog voor detail. Ook Europa-Park vind ik inspirerend vanwege hun aandacht voor gastvrijheid en hospitality. Tegelijkertijd bezoek ik bewust ook kleinere parken zoals Hansa-Park en Tripsdrill, omdat zij juist met kleinere budgetten geweldige ervaringen weten neer te zetten. Ook kijk ik bijvoorbeeld naar Efteling, hoe zij op één locatie een sterk gevarieerd aanbod creëren. En ik kijk er absoluut naar uit om binnenkort zelf de uitbreidingen van Walibi Belgium te gaan bekijken; de nieuwe investeringen daar vind ik indrukwekkend en veelbelovend. Juist omdat het pretparkwereldje zo klein en toegankelijk is, ontstaan er vaak goede gesprekken en waardevolle uitwisselingen. Bovendien kijk ik niet alleen binnen de pretparksector, maar leer ik ook graag van andere sectoren. De kracht zit erin om steeds goed om je heen te blijven kijken en vooral ook te durven erkennen dat anderen bepaalde zaken simpelweg beter aanpakken. Dat houdt ons scherp en zorgt ervoor dat we continu blijven groeien.”
Auteur: Micha Reij
Na dit interview heeft Plopsa aangekondigd dat Holiday Park voortaan de naam Plopsaland Deutschland zal dragen.
Jarenlang heeft de ANWB de award verkiezing voor het Leukste Dagje Uit per provincie & landelijk op zich genomen. Het stopzetten van deze activiteit was dan ook een grote teleurstelling voor veel ondernemers uit de sector. Niet alleen was het een eer om genomineerd te worden; het was ook een van de spaarzame netwerkmomenten voor dagrecreatieve bedrijven. Om dit niet verloren te laten gaan, hebben oud juryleden van de award – onder regie van Go-Kids – besloten de activiteit vanaf dit jaar weer voort te zetten.
De dagrecreatie in Nederland is een bijzondere sector met ontzettend veel variatie in concepten en bedrijfsgrootte. Enkele grotere bedrijven (25) uit dit cluster werken samen in de De Club van Elf. Voor de wat kleinere organisaties is er eigenlijk geen specifieke brancheorganisatie en netwerkmoment. Zij zijn o.a. aangesloten bij diverse verschillende brancheverenigingen zoals de Museumvereniging, HISWA RECRON, KHN (horeca), Wizz (zwembaden) of vSKBN (kinderboerderijen). Voor hen was de jaarlijkse uitreiking van de ANWB Awards een mooi momentje om branchegenoten te ontmoeten en kennis te delen.
In de coronajaren heeft de ANWB de hulp ingeroepen van een vakjury om de diverse dagattracties te beoordelen (samen met publieksstemmen.) Twee juryleden van destijds, Riëtte Mulder-Lemein van Go-Kids en Walter Jonker van Pretwerk.nl namen het initiatief om de Awards voor de dagrecreatie voort te zetten onder de naam Go-Kids Leukste Uitje. Al snel sloot ook de Recreatie Vakbeurs zich daar bij aan – en de Great Stay App voor de nodige technische ondersteuning. Inmiddels staat de verkiezing voor 2026 weer op de rails. En nog mooier; de uitreiking in 2026 wordt gecombineerd met de vakbeurs Recreatie Next Level in Gorinchem, die deels in het teken zal staan van ondersteuning in de dagrecreatieve sector.
De awards worden bepaald door een publieksstemming, gecombineerd met de beoordeling door een vakjury. Daarvoor is het kennis, en opleidingsinstituut BUAS aangehaakt. En ook docent Goof Lukken (BUAS) was destijds één van de vakjuryleden van ANWB Leukste Dagje Uit.
Wat betekent dit voor dagattracties?
Vanaf 1 juni gaat de online stemronde van start voor consumenten. Stemmen kan t/m 31 oktober. Alle attracties die een pagina hebben in de Go-Kids erop-uit categorie komen in aanmerking voor een beoordeling. Staat jouw dagattractie er nog niet tussen, dan is (gratis) aanmelding mogelijk via [email protected].
Er is materiaal beschikbaar om op je eigen website duidelijk te maken dat je ook meedoet met de verkiezing. Daarmee spoor je jouw fans en ambassadeurs aan om hun beoordeling te geven. Ook dit kan via [email protected] aangevraagd worden.
Tijdens de Recreatie Vakbeurs in Hardenberg (11 – 13 november 2025) worden de nominaties voor de landelijke en provinciale top 10 bekend gemaakt.
De winnaars worden bekendgemaakt tijdens het event Recreatie Next Level (11 – 12 februari 2026). De organisatie zorgt dat dit een leuk netwerk- en kennismoment wordt voor de hele dagrecreatieve sector (ook voor de partijen die niet zijn genomineerd).
Meer informatie: www.go-kids.nl/leukste-uitje
Auteur: Riëtte Mulder-Lemein
Op de TravDay ontmoeten we Elise Menkveld, teamleider van Wander Journeys. Hier gaf zij een presentatie voor een volle zaal over de nieuwste ontwikkelingen in e-mailmarketing voor de reisbranche. We spraken haar direct na afloop.
Wander Journeys werd eind 2023 opgericht vanuit de holding van Red Online Marketing, met vestigingen in Utrecht, Keulen en Lille. Wat ooit begon als een specialisatie binnen een groter geheel, is inmiddels uitgegroeid tot een zelfstandig bureau volledig gericht op e-mailmarketing binnen de reis- en recreatiebranche.
“We zijn nu ruim een jaar onderweg en het gaat ontzettend goed,” vertelt Elise. “Het team groeit, we werken met mooie klanten en het is duidelijk dat e-mailmarketing volop in de belangstelling staat. Ik ben trots dat ik vandaag voor zo’n grote zaal mocht spreken. De leuke e-mail gesprekken op de Red Online Marketing stand bevestigen alleen maar dat we met Wander Journeys op het juiste moment zijn gestart.”
Internationale samenwerking als meerwaarde
De groei van Wander Journeys beperkt zich niet tot Nederland. Ook in Duitsland en Frankrijk is het bureau actief, met lokale collega’s.“Het is ontzettend waardevol om native speakers in huis te hebben,” legt Elise uit. “Zij weten precies welke toon en inhoud aanslaat bij Duitse of Franse gasten. Je kunt niet simpelweg een Nederlandse nieuwsbrief door een AI-tool halen en vertalen. Elke taal vraagt om een eigen benadering, met aangepaste content en beeldmateriaal.”
Als voorbeeld noemt Elise een Duitse nieuwsbrief waarin per ongeluk een wandeling langs gedenkplaatsen uit de Tweede Wereldoorlog werd aanbevolen. “Dat is natuurlijk niet gepast voor een Duitse vakantiegast. We hebben de content aangepast naar een vriendelijker uitje.
E-mail ouderwets? Integendeel.
Op de vraag of e-mailmarketing niet wat achterhaald is, reageert Elise resoluut.
“Juist niet! E-mail is springlevend. Mensen denken bij e-mailmarketing vaak aan een simpele nieuwsbrief die maandelijks wordt verstuurd. Maar er is zoveel meer mogelijk, zeker nu third party data steeds lastiger te gebruiken is. First party data, data die je zelf verzamelt via je eigen kanalen, wordt daarmee alleen maar belangrijker.” Met die data kun je uiterst gepersonaliseerde campagnes opzetten. “Denk aan aanbiedingen gebaseerd op eerdere boekingen of voorkeuren van gasten. Dat werkt niet alleen effectiever, maar wordt ook beter ontvangen door de klant.”
Deliverability: alleen versturen is niet genoeg
Een ander belangrijk thema is ‘deliverability’, de mate waarin e-mails daadwerkelijk aankomen in de inbox van de ontvanger. “Het verzenden van een e-mail betekent nog niet dat hij ook aankomt,” zegt Elise. “Sinds een half jaar zien we enorme veranderingen in dit speelveld. Bulkverzendingen zonder personalisatie worden afgestraft. E-mailclients zoals Gmail en Hotmail herkennen dit en plaatsen zulke mails vaker in de spam.”
In een recent blog op de website van Wander Journeys zette Elise de belangrijkste best practices uiteen. Haar advies: “Zorg voor relevante, gepersonaliseerde content, en stuur nooit zomaar één boodschap naar je volledige database. Relevantie is de sleutel.”
Slim segmenteren loont
Een praktisch voorbeeld geeft Elise over de meivakantie. “Stel, je stuurt een mailcampagne over de meivakantie. Dan wil je iedereen die al een boeking heeft gedaan juist uitsluiten van die campagne. Anders wek je verwarring of creëer je onnodige vragen bij de klantenservice. Je kunt vervolgens juist oud-gasten targeten die eerder in de meivakantie zijn geweest, of mensen die nog nooit hebben geboekt.”
Zelfs een kleine aanpassing in de onderwerpregel, “Vier de meivakantie op ons park” versus “Kom weer de meivakantie vieren op ons park”, kan een groot verschil maken. “Ook het soort gast telt mee. Gezinnen met kinderen vragen om andere content dan echtparen zonder kinderen. Kampeerders willen iets anders zien dan huurders van accommodaties. En door die segmentatie goed toe te passen, verhoog je niet alleen de relevantie, maar ook de mate waarin je communicatie structureel aansluit bij je doelgroep”
Wander Connect: data slim benutten
Om e-mailmarketing te automatiseren en te optimaliseren, ontwikkelde Wander Journeys de tool Wander Connect. Hiermee wordt klant- en reserveringsdata uit systemen als BookingExperts, BookZo, EveryLeisure, TommyBooking en Recranet gekoppeld aan het e-mailplatform Deployteq.“Daarmee kunnen marketeers eenvoudig zelf selecties maken op basis van boekingsdata. Je kunt binnen één verzendprofiel verschillende varianten van een e-mail opnemen, afhankelijk van het type gast. Alleen al een andere afbeelding kan bepalen of iemand zich aangesproken voelt of niet.”
Wander Journeys werkt inmiddels samen met gerenommeerde recreatiebedrijven als De Leistert, De Kleine Wolf, Beerze Bulten en de Kennemer Duincampings.
Innovatie: van vakantiespreiding tot weerberichten
Naast de connectie met reserveringssystemen ontwikkelt Wander Journeys ook innovatieve tools, zoals een vakantiespreidingsmodule op basis van postcode. Voor Nederlandse gasten wordt automatisch bepaald of zij tot regio Noord, Midden of Zuid behoren.”Stel je hebt alleen nog beschikbaarheid in de allereerste week van de zomervakantie, dan weet je dat je alleen de regio Zuid hoeft aan te schrijven en mensen met schoolgaande kinderen niet onnodig hoeft te mailen”. In Duitsland is dit complexer, met maar liefst 16 regio’s.
Daarnaast zijn er creatieve oplossingen zoals een digitale kraskaart – bijvoorbeeld na een verbouwing – en een RDW-koppeling waarmee wordt herkend of gasten een elektrische auto hebben. Op basis daarvan kunnen ze automatisch informatie over laadpalen ontvangen. “We spelen ook in op het weer,” aldus Elise. “Is er regen voorspeld bij aankomst? Dan tonen we in de pre-arrival mail het binnenzwembad. Is het droog en warm? Dan krijgt de gast een uitnodiging voor het buitenbad. Zo laat je zien dat je écht met de gast meedenkt.”
Begin klein: handmatige campagnes als startpunt
Tot slot begrijpt Elise dat sommige ondernemers aarzelen over het koppelen van hun reserveringssysteem aan een geavanceerde e-mailtool. “Als je nog niet overtuigd bent van de investering van een koppeling, kun je ook starten met handmatig boekingsdata uploaden. Selecteer bijvoorbeeld iedereen die vorig jaar in deze maand boekte, maar nog niet voor dit jaar. Upload die lijst in je e-mailprogramma en verstuur een gerichte campagne. Kijk vervolgens niet alleen naar de klikdata, maar vooral naar wie er uiteindelijk boekt.”
“De kans is groot dat je na zo’n test de meerwaarde inziet van een automatische koppeling met real-time data. En dan ben je klaar voor de volgende stap.”
Meer weten over e-mailmarketing binnen de recreatiebranche?
Bekijk de website www.wanderjourneys.com of neem contact op met Elise via [email protected] voor een kennismaking.
Auteur: Richard Otten
De nieuwste aflevering van de podcast LeisureTalk bracht een boeiend gesprek tussen host Richard Otten en Matthijs Stekelenburg, oprichter van GuestButler. Stekelenburg heeft een achtergrond in hospitality en e-commerce en is opgegroeid in een familiehotel. Zijn ervaring in de sector bracht hem tot een vernieuwende oplossing voor een veelvoorkomend probleem in de recreatiebranche: de eindeloze stroom van herhalende vragen van gasten. Met GuestButler heeft hij een innovatieve AI-oplossing ontwikkeld die de communicatie tussen gasten en recreatieondernemers efficiënter maakt en tegelijkertijd de gasttevredenheid verhoogt.
De aanleiding: een praktijkprobleem in de recreatiebranche
Tijdens het beheer van zijn eigen vakantiehuis werd Stekelenburg geconfronteerd met een bekend fenomeen: gasten stelden steeds dezelfde vragen, zoals “Wat is het wifi-wachtwoord?” of “Waar kan ik de dichtstbijzijnde supermarkt vinden?”. Hoewel dit soort vragen op zichzelf eenvoudig zijn, kunnen ze bij grote aantallen een aanzienlijke tijdsdruk leggen op ondernemers en beheerders van vakantieparken en recreatiebedrijven. Dit bracht hem op het idee om een AI-gestuurde tool te ontwikkelen die deze vragen automatisch kan beantwoorden, zonder afbreuk te doen aan de persoonlijke beleving van de gast.
Stekelenburg merkte ook dat veel ondernemers moeite hebben met het efficiënt beheren van de communicatie met hun gasten. Traditionele methoden, zoals de gastenmap in vakantiehuizen of e-mails voorafgaand aan een verblijf, blijken vaak verouderd of worden niet goed gelezen. In een tijd waarin snelheid en gemak steeds belangrijker worden, zocht hij naar een oplossing die beter aansluit bij hoe gasten vandaag de dag communiceren.
Wat is GuestButler?
GuestButler is een op WhatsApp gebaseerde AI-assistent die automatisch antwoord geeft op veelgestelde vragen van gasten. De tool gebruikt kunstmatige intelligentie om op een persoonlijke en laagdrempelige manier te communiceren, alsof je rechtstreeks met de eigenaar of beheerder appt. De antwoorden zijn gebaseerd op informatie uit onder andere de gastenmap, website en e-mails van het verblijf. Zo besparen recreatieondernemers tijd, en krijgen gasten snel en eenvoudig de juiste informatie, zonder langs de receptie te hoeven of eindeloos te zoeken
De tool is ontworpen om 80% van de meest voorkomende vragen zelfstandig af te handelen. Dit betekent dat medewerkers zich kunnen richten op complexere vragen en meer persoonlijke interacties met gasten, wat bijdraagt aan een verbeterde servicebeleving. Bovendien verzamelt GuestButler continu data over de interacties, waardoor ondernemers waardevolle inzichten krijgen in de behoeften en verwachtingen van hun gasten.
Naast het beantwoorden van vragen kan GuestButler ook proactief informatie delen met gasten. Zo ontvangen zij bijvoorbeeld een week voor aankomst automatisch een WhatsApp-bericht met praktische informatie over hun verblijf, zoals hoe ze bij de accommodatie komen, het wifi-wachtwoord en persoonlijke tips van de eigenaar. Dit voorkomt dat gasten zelf op zoek moeten naar informatie en draagt bij aan een zorgeloze start van hun vakantie.
Praktische toepassing en resultaten
Tijdens een pilot bij vakantiepark Het Beloofde Land werd GuestButler getest om te meten hoe effectief de tool is in een realistische setting. De resultaten waren indrukwekkend: per gast vonden er gemiddeld meer dan vijf interacties plaats via de WhatsApp-assistent. Dit leidde tot een hoge mate van tevredenheid onder gasten, met een gemiddelde waardering van 9,5.
GuestButler verhoogt niet alleen de gasttevredenheid, maar levert ook duidelijke operationele voordelen op. Omdat 80% van de vragen automatisch wordt beantwoord, besparen medewerkers kostbare tijd. Die tijd kunnen ze inzetten voor persoonlijk contact met gasten, precies waar ze de meeste impact hebben. Dit maakt het werkproces efficiënter én helpt recreatiebedrijven om kosten te besparen in een tijd van personeelstekorten.
Een ander belangrijk voordeel van GuestButler is de mogelijkheid om real-time feedback van gasten te verzamelen. Dit stelt ondernemers in staat om snel in te spelen op eventuele klachten of verbeterpunten. Bijvoorbeeld, als meerdere gasten aangeven dat een bepaalde faciliteit niet goed functioneert, kan hier direct op worden gereageerd voordat het leidt tot negatieve reviews. Zo ontdekte Stekelenburg via de tool dat meerdere gasten om een coolbox vroegen. Een behoefte die hij eerder nooit had opgemerkt. Door hier direct op in te spelen, verbeterde hij eenvoudig de gastervaring.
Samenwerking en groei
GuestButler wordt ondersteund door de Achmea Innovation Hub, waar zij samenwerken met specialisten op het gebied van AI, UX, marketing en techniek. Deze venture studio van Achmea helpt start-ups groeien met kennis, netwerk én financiële steun.Dankzij deze samenwerking kan GuestButler blijven innoveren en inspelen op de behoeften in de recreatiesector.
Stekelenburg ziet GuestButler als een aanvulling op de gastvrijheid, niet als een vervanging van menselijke interactie. “Onze missie is om repetitieve taken te automatiseren, zodat medewerkers meer tijd hebben voor echte gastvrijheid en persoonlijke service,” zegt hij in de podcast.
Door middel van continue innovatie werkt GuestButler aan verdere uitbreiding van zijn functionaliteiten. Denk hierbij aan integraties met andere boekingssystemen, automatische herinneringen voor in- en uitchecktijden en gepersonaliseerde aanbevelingen op basis van gastvoorkeuren. Dit maakt het platform steeds waardevoller voor recreatieondernemers die willen inspelen op de wensen van hun gasten.
De toekomst van AI in recreatie
De integratie van AI in de recreatiesector staat nog in de kinderschoenen, maar oplossingen zoals GuestButler laten zien dat technologie en gastvrijheid hand in hand kunnen gaan. In een tijd waarin digitalisering steeds belangrijker wordt, kan de inzet van slimme AI-oplossingen ondernemers helpen om concurrerend te blijven en de verwachtingen van moderne gasten te overtreffen.
Een belangrijk aspect van deze technologische ontwikkeling is de acceptatie door gasten. Hoewel sommige mensen nog terughoudend kunnen zijn tegenover AI-gestuurde communicatie, blijkt uit gebruikersonderzoek dat de meeste gasten juist de snelheid en efficiëntie van deze oplossingen waarderen. Zeker bij jongere generaties, die gewend zijn aan snelle (digitale) communicatie, zal de adoptie van AI-tools zoals GuestButler naar verwachting snel groeien.
Auteur: Richard Otten
Op 27 maart 2025 vond in Utrecht het kennisevent van Pleisureworld en Familyentertainmentcenters.nl plaats bij Karma Kebab, in samenwerking met Games XL. Tijdens dit event kregen deelnemers inzicht in hoe een slimme samenwerking tussen horeca en entertainment kan leiden tot een succesvolle invulling van social entertainment, een groeiende trend binnen de sector.
Slimme samenwerking overbrugt winterseizoen
Karma Kebab en Games XL zijn beide ontstaan op het bekende festival Lowlands. Karma Kebab maakte naam met hun vegetarische late-night snack, terwijl Games XL bekend staat om hun retro-arcadegames. Door hun krachten te bundelen, ontwikkelden ze een concept dat horeca en gaming effectief combineert en zo de rustige wintermaanden weet te benutten. Dit resulteerde in ruim 15.000 bezoekers in de eerste drie maanden.
Verlengde verblijfsduur en hogere omzet
De kracht van het concept zit in de synergie tussen horeca en gaming. Bezoekers komen bewust eerder voor hun geboekte tijdslot om alvast iets te drinken Ze spelen een spel, pauzeren voor een hapje of drankje, gaan weer spelen en nemen later uitgebreid de tijd om te dineren. Vaak sluiten ze hun avond af met nog een laatste drankje. Dit patroon zorgt niet alleen voor een langere verblijfsduur, maar biedt ook kansen voor hogere omzet per bezoeker.
Social entertainment: duurzame trend voor de recreatiesector
Tijdens het kennisevent benadrukte trendwatcher Hans van Leeuwen het belang van social entertainment als blijvende ontwikkeling. Volgens Van Leeuwen biedt deze vorm van entertainment ondernemers concrete kansen: “Mensen zoeken gezamenlijke belevingen die ze samen met vrienden, familie of collega’s kunnen beleven. Social entertainment zorgt voor terugkerend bezoek en klantenbinding.”
Actieve beleving en strategisch samenspel
Thijs Eerens, oprichter van Games XL, liet zien wat deze arcadehal bijzonder maakt. Games XL combineert nostalgische retrospellen zoals Pac-Man en Space Invaders met moderne multiplayer-elementen, waarbij high-tech en low-tech slim worden ingezet.
Een opvallend voorbeeld hiervan is een aangepaste versie van Tetris, gespeeld met een omgebouwde oude lelijke eend. Hierbij stuur je de blokjes door de deuren van de auto te openen en te sluiten en draai je ze met behulp van de richtingaanwijzer. De spellen vragen om samenwerking, actieve deelname en strategisch inzicht, waardoor ze bijzonder geschikt zijn voor groepen en teambuildingactiviteiten.
Bewust gewoon lekker eten
Karma Kebab’s medeoprichter Pascal Labrie gaf tijdens het netwerkmoment aan dat hun vegetarische aanbod bewust niet expliciet als zodanig gepositioneerd wordt. Door de nadruk te leggen op ‘gewoon goed en lekker eten’, verlaagt Karma Kebab eventuele drempels voor een brede doelgroep en versterkt het de totaalervaring.
De samenwerking van Karma Kebab en Games XL toont duidelijk hoe horeca en entertainment elkaar versterken en hoe leisure-ondernemers hiervan kunnen profiteren door het integreren van social entertainment in hun eigen aanbod.
Meer weten? Word nu lid van FamilyEntertainmentCenters.nl – hét ondernemersplatform voor innovatie, netwerken en kennisdeling binnen de FEC-branche in Nederland, België en Luxemburg!
Meer informatie: www.karmakebab.nl en www.games-xl.com
Auteur: Tessa Langedijk
Play-in Utrecht, gevestigd in het opvallende gebouw The Wall langs de A2, begon in 2018 als een FEC met grote pijlers: een klimpark (destijds Climb-in), een speelparadijs (toen Kids In genoemd) en een trampolinepark (Jump-in). Waar in het begin Play-in vooral bekend stond als met name speelparadijs, is dat nu helemaal anders en heeft het de positionering als ‘indoor adventurepark’ ingenomen. Dankzij aanzienlijke investeringen, een rebranding en een scherper afgestelde marketingstrategie werd Play-in zelfs zo succesvol dat het op de radar van de Noorse trampolineparkketen Activeon, die het park in 2024 overnamen. Volgens bedrijfsleider Michiel Fiscalini – die sinds 2019 bij Play-in werkt – is het bedrijf in niets meer te vergelijken met de organisatie uit de beginjaren.
Van onbenutte ruimte naar volledige benutting
In de begindagen liepen de oorspronkelijke ondernemers van Play-in tegen een aantal uitdagingen aan: de omzet per vierkante meter bleef achter en een heldere merkidentiteit ontbrak. “De naam ‘Play-in’ werd door veel mensen vooral geassocieerd met een kinderparadijs, terwijl we ook een klimmuur en een trampolinepark hadden, en Play-in tevens de overkoepelende naam was.” zegt Michiel. Die beperkte profilering weerhield het bedrijf ervan een bredere doelgroep te bereiken, zoals jongvolwassenen, studenten en bedrijven die op zoek waren naar groeps- en bedrijfsuitjes. Om deze nieuwe doelgroepen aan te spreken werd er stevig geïnvesteerd. Er werden een VR-game area, escaperooms, een retro-ogende arcade en een minigolfbaan door de jaren heen toegevoegd. Daarnaast kwam er een grote rebranding, die een doorslaggevende rol had: “We wilden een stoerdere uitstraling, zodat mensen Play-in niet meer uitsluitend aan kids zouden koppelen,” aldus Michiel. “Die omslag is mede bereikt door een nieuwe huisstijl, een serieuzere marketingafdeling en gerichte samenwerkingen met influencers.”
Een duidelijke herpositionering
De ingrijpende rebranding ging verder dan alleen een nieuw logo en frisse kleuren. De drie hoofdactiviteiten kregen nieuwe, heldere benamingen:
- Kids Paradise (voorheen het Kids-in speelparadijs)
- Climb Walls (het voormalige Climb-in)
- Trampolinepark (vroeger Jump-in)
Ondanks de nieuwe namen maakte de directie de keuze de overkoepelende naam Play-in te behouden. De merkbekendheid in de regio Utrecht was immers al aanzienlijk, en men wilde niet riskeren dat bestaande klanten door een volledige naamsverandering zouden afhaken. Wel werd in de communicatie steevast de term “adventurepark” toegevoegd, om duidelijker te maken dat de locatie een zeer divers aanbod heeft.
De kracht van marketing en social media
Play-in begon met één medewerker voor marketing en sales. Toen de strategie serieuzer en intensiever werd, groeide het team – onder andere om de zakelijke markt beter te bedienen. Ook de contentstrategie wijzigde. Het plaatsen van actiefoto’s en video’s op socialmediaplatforms als TikTok en Instagram heeft een enorme boost gegeven aan de bekendheid, zeker voor de klimactiviteit Climb Walls. Zo ging een filmpje van het beklimmen van de kenmerkende ‘Mario-palen’ viraal. Daarnaast werkt Play-in geregeld samen met grotere namen, zoals bekende YouTubers en radiopresentatoren. Een voorbeeld is Bram Krikke, die op de radio aandacht besteedde aan een bezoek aan Play-in. Zulke samenwerkingen zorgen voor landelijke bekendheid, wat opmerkelijk is voor een regiogebonden leisure-attractie.
Zakelijke markt in opkomst
Michiel benadrukt dat de zakelijke markt voor Play-in steeds belangrijker wordt, maar ook grillig kan zijn. “Op sommige momenten hebben we tientallen bedrijfsuitjes in een maand, en de volgende periode zijn het er minder, maar dan boekt één grote groep die alle activiteiten afneemt. Het is een markt vol pieken en dalen,” zegt hij. “Dat vergt een flexibele planning, want we willen personeelsinzet altijd zo efficiënt mogelijk inrichten.”
Overname door de Noorse keten Activeon
In 2024 kwam Play-in op de radar van de Noorse leisure-keten Activeon, die al meerdere trampolineparken in Europa exploiteert. Vanaf de zomer van 2024 is het Noorse bedrijf de eigenaar geworden van Play-in Utrecht. Hoewel Activeon flinke ervaring heeft met trampolineparken, moest men wennen aan het idee van een omvangrijk FEC inclusief een binnenspeeltuin die een veel lagere prijsstelling heeft dan de andere activiteiten. Michiel gaf echter gelijk aan bij de nieuwe eigenaar dat de kinderspeeltuin als basis cruciaal is: “Zonder die relatief stabiele bron van bezoekers hadden we nooit kunnen uitgroeien tot wat we nu zijn,” benadrukt hij.
Sindsdien rapporteert Michiel aan de Noorse directie en onderhoudt hij intensief contact over de lokale bedrijfsvoering. “We hebben directe lijnen, waarbij ik gewoon de CEO kan bellen. Bovendien wil men groeien in Nederland en liggen daar voor mij persoonlijk ook weer mooie kansen.”
Groeien door te blijven vernieuwen
Dat Play-in zich door de jaren heen flik heeft vernieuwd, wordt zichtbaar zodra je de locatie binnenkomt. De routing is sterk verbeterd door één grote balie te creëren in plaats van twee aparte ingangen. Maar ook het aantal horecapunten is uitgebreid en er zijn ook investeringen gedaan in slimme inrichting om bijvoorbeeld aparte ruimten voor bedrijven te kunnen verhuren. Daarnaast staat de peuterzone in het Kids Park op de nominatie voor een grondige verbouwing. “We willen dat elk onderdeel actueel blijft, zodat bezoekers niet het gevoel krijgen in een verouderde attractie rond te lopen,” zegt Michiel.
Naast het optimaliseren van de bestaande ruimtes wordt verder gekeken naar uitbreiding. De organisatie heeft opties op extra vierkante meters in hetzelfde gebouw, wat de potentie biedt voor nieuwe activiteiten. Over de precieze invulling wordt nog druk gespeculeerd, maar ideeën als augmented darts of andere technologische nieuwigheden zijn volgens Michiel reëel: “We willen altijd iets hebben dat mensen nieuwsgierig maakt. Innovatie is de kern van ons succes. Uiteraard is dit allemaal in goed overleg met het Noorse hoofdkantoor, maar ze nemen onze input uiterst serieus.”
Urgentie en trots
Tijdens een doordeweekse middag is het bij Play-in allerminst stil: in bijna elke zone vindt wel activiteit plaats, variërend van schoolgroepen tot mensen die een balletje slaan. Michiel kijkt met trots terug op de ontwikkelingen die Play-in heeft doorgemaakt en geeft veel credit aan het marketingteam en de bredere organisatie. Tegelijkertijd is er ook een zekere urgentie voelbaar: men beseft dat de markt competitief is en dat de kosten blijven stijgen. “Stilstand is geen optie,” zegt Michiel. “Wij willen blijven verrassen en verbeteren, zowel in financieel als operationeel opzicht.”
Met de rugdekking van Activeon, de eigen bevlogenheid van het team en de nieuwe aantrekkingskracht op meerdere doelgroepen, staat Play-in Utrecht er sterker voor dan ooit. Wat ooit begon als een combinatie van een binnenspeeltuin, een klimmuur en trampolines, heeft zich ontwikkeld tot een FEC van formaat met zeven activiteiten.
Auteur: Micha Reij
Campings krijgen steeds vaker te maken met toenemend elektriciteitsverbruik. De groeiende populariteit van elektrische voertuigen, airconditioners en diverse elektrische apparaten maakt dat het traditionele vaste stroomtarief per nacht minder houdbaar is. Daarom stappen steeds meer campingeigenaren over op een eerlijker en transparanter systeem: betalen naar daadwerkelijk verbruik. Wattcy biedt hiervoor een geïntegreerde en professionele oplossing, waarmee campings slimmer omgaan met energie, kosten besparen en het verbruik efficiënter beheren.
Van traditioneel naar modern stroombeheer
Jarenlang hanteerden campings een vast tarief voor elektriciteit, ongeacht hoeveel stroom gasten daadwerkelijk verbruikten. Deze aanpak levert tegenwoordig steeds vaker ontevredenheid op. De ene gast gebruikt slechts een lamp en waterkoker, terwijl de ander een elektrische auto laadt en continu airco gebruikt. Het resultaat: oneerlijke kostenverdeling en stijgende energiekosten voor ondernemers.
Door de verschuiving naar betalen naar verbruik ontstaat transparantie en eerlijkheid. Gasten betalen precies wat zij verbruiken, wat automatisch leidt tot bewuster energiegebruik en een algemene besparing. Bovendien worden gasten zich meer bewust van hun energiegebruik, wat bijdraagt aan verduurzaming.
Omgaan met netcongestie
Naast groeiende energiekosten vormt netcongestie een steeds groter probleem, vooral op grotere campings. Pieken in de vraag kan het elektriciteitsnetwerk zwaar belasten en storingen veroorzaken. Bovendien is in bijna heel Nederland uitbreiding van het netwerk geen optie vanwege beperkte capaciteit bij netbeheerders.
Slim energiebeheer biedt uitkomst
Het spreiden van stroomverbruik over de dag, het vroegtijdig herkennen van piekbelasting en het voorkomen van overbelasting maakt het mogelijk om binnen de bestaande infrastructuur toch optimaal te functioneren. Hierdoor zijn dure uitbreidingen van het elektriciteitsnet vaak niet nodig, wat aanzienlijke kostenbesparingen oplevert.
Daarnaast draagt slim energiebeheer ook bij aan de duurzaamheidsdoelstellingen van campings. Door bewuster gebruik en efficiëntere distributie wordt de ecologische voetafdruk van de camping verminderd. Dat sluit aan bij de toenemende vraag vanuit gasten naar duurzame en milieuvriendelijke vakantiebestemmingen. Hiermee onderscheiden campings zich positief in de markt, wat ook commercieel aantrekkelijk is.
Totaal energiebeheer op maat
Wattcy biedt ondernemers een compleet systeem om het energieverbruik professioneel en efficiënt te managen. Met een geïntegreerd platform wordt het hele elektriciteitsnetwerk inzichtelijk en bestuurbaar, van hoofdverdeelkast tot individuele aansluitpunten op de kampeerplekken.
Belangrijke functionaliteiten van Wattcy:
- Volledige monitoring: stroomverbruik wordt gedetailleerd geregistreerd, van individueel verbruik per kampeerplaats of accommodatie tot verbruik per veld of verdeelkast.
- Slimme aansturing: aansluitingen kunnen op afstand worden geactiveerd of gedeactiveerd, wat handig is bij aankomst of vertrek van gasten.
- Automatische afsluiting: na afloop van reserveringen stopt de stroomtoevoer automatisch, waardoor ongewenst verbruik verleden tijd is.
- Real-time dashboards: via overzichtelijke interfaces hebben beheerders continu toegang tot actuele data, zowel lokaal als op afstand.
Betrouwbaar en onafhankelijk systeem
Een van de belangrijkste voordelen van Wattcy is de volledige onafhankelijkheid van de bestaande IT- en wifi-infrastructuur op de camping. Het systeem werkt met een eigen betrouwbaar en robuust communicatieprotocol. Dit betekent dat het systeem ook blijft functioneren wanneer wifi of andere externe netwerken storingen hebben. Dit vergroot niet alleen de betrouwbaarheid maar voorkomt ook dat campings afhankelijk worden van derden voor hun energiemanagement.
Flexibele verrekenmodellen voor elke camping
Wattcy biedt diverse modellen aan voor het verrekenen van elektriciteitskosten, afgestemd op het type camping en de wensen van de ondernemer:
- Verbruik-gebaseerd model: Gasten betalen exact voor hun verbruikte kilowatturen. Dit model biedt maximale transparantie en stimuleert energiezuinig gedrag.
- Amperage-keuzemodel: Bij reservering kiest de gast een vooraf vastgesteld amperage (bijvoorbeeld 6A, 10A of 16A). De kosten zijn vooraf duidelijk en wanneer het gekozen vermogen wordt overschreden, pauzeert het systeem om na een instelbare tijd weer stroom te leveren. Dit voorkomt structurele overbelasting van het netwerk en stimuleert gasten bewuster om te gaan met elektriciteit.
Breed inzetbaar en eenvoudig te implementeren
De veelzijdigheid van Wattcy is een belangrijk onderscheidend kenmerk. Het systeem kan in vrijwel elke situatie worden toegepast. Ondernemers hebben de keuze om losse componenten te installeren in bestaande aansluitkasten of kunnen kiezen voor volledig vooraf samengestelde en geïntegreerde verdeelkasten met ingebouwde Wattcy-technologie.
Daarnaast kan Wattcy worden gecombineerd met elektronische toegangscontrole, waarmee sleutels verleden tijd zijn. Toegang tot verdeelkasten wordt digitaal geregeld via reserveringssystemen of beheerplatforms, wat het gemak, de veiligheid en controle aanzienlijk verbetert. Een bijkomend voordeel is dat er gelijk een registratie is van wie er in de kast zijn geweest.
Professioneel en toekomstbestendig energiebeheer
Stroombeheer op campings is uitgegroeid van een eenvoudige stroomvoorziening naar een essentieel onderdeel van professionele bedrijfsvoering. Betalen naar daadwerkelijk verbruik, slimme distributie, onafhankelijke netwerken en automatische aansturing zijn niet alleen wenselijk maar ook noodzakelijk geworden.
Wattcy stelt campingeigenaren in staat om de stap naar slim, duurzaam en toekomstbestendig energiebeheer te zetten. Daarmee zijn ondernemers niet alleen klaar voor de uitdagingen van vandaag, maar vooral voorbereid op de energiebehoeften van morgen. Meer informatie is te vinden op www.wattcy.com.
Over ondernemer Rob Schoonings:
Wattcy is ontwikkeld onder leiding van Rob Schoonings, een ervaren ondernemer met jarenlange expertise in slimme IoT-oplossingen, met een sterke focus op toepassingen in de buitenruimte en energiebeheer. Vanuit zijn bedrijf Ximore ontwikkelde hij eerder de oplossing Smart-Caming en was daar mede-eigenaar van. Een energiemanagement systeem speciaal voor campings, dat inmiddels op tal van campings in binnen- en buitenland succesvol in gebruik is. De technologische vooruitgang en de groeiende eisen op het gebied van betrouwbaarheid, schaalbaarheid en digitale veiligheid vormden de aanleiding om het systeem volledig opnieuw te ontwikkelen. Onder de vlag van Ximore is daarop Wattcy ontstaan: een toekomstbestendig platform dat is gebouwd volgens de nieuwste normen en securityvereisten.
Auteur: Micha Reij